Vissers zullen het een bijvangst noemen, maar door de fameuze anderhalve meter kunnen we momenteel een bezoek brengen aan een normaal afgesloten plek in de binnenstad, vroeger bekend als d’n duusteren kerhaof. Het klinkt mysterieus, toch? Duister kerkhof, het zou de titel kunnen zijn van een verhaal van Edgar Allen Poe. In het Venlo van de negentiende eeuw of eerder kende iedereen d’n duusteren kerkhaof.
Het was het deel van het kerkhof dat aan de noordzijde lag van de Martinusbasiliek. In de schaduwzijde dus, waar het zonlicht niet doordrong. Vandaar de onheilspellende naam.
Prentbriefkaart Vleesstraat jaren dertig, rechts hoek Klaasstraat, naast hoekpand is de Kruisherenpoort die toegang gaf tot de Sint-Nicolaaskerk (collectie Piet Braem)
De Kruisherenpoort aan de Vleesstraat gaf toegang tot het voorpleintje van de Sint-Nicolaaskerk, voor de Tweede Wereldoorlog (collectie Piet Braem)
Het klinkerpad over het voormalige kerkhof heeft tegenwoordig de status van eigen weg. Aan de Grote Kerkstraat wordt het afgesloten door de achttiende-eeuwse Kruisherenpoort. De religieuzen hadden een klooster aan de Begijnengang. De poort stond aanvankelijk op de hoek met de Gasthuisstraat, later in de Vleesstraat, vanaf 1974 naast het Goltziusmuseum en sinds een aantal jaren alweer hier. De Kruisherenpoort staat in deze dagen van corona overdag open, zagen we. Een goede gelegenheid om het bordje ‘Verboden Toegang Voor Onbevoegden’ te negeren en dit vergeten stukje binnenstad te betreden.
Kruisherenpoort naast Sint-Martinusbasiliek, mei 2020 (foto Sef Derkx)
Afgelopen weken heb ik me verdiept in de rampjaren dat de pest Venlo trof. Pestlijders en hun huisgenoten werd de toegang tot de Sint-Martinuskerk ontzegd. Op d’n duusteren kerkhof stond een Mariakapel, de kapel van Onze Lieve Vrouw Inghendael, waar ten tijde van de epidemie van 1615 en 1616 voor hen missen werden gelezen. Wie vermoedde dat hij was besmet, moest naar deze kapel gaan om de biecht te laten afnemen en alvast het sacrament van de stervenden te ontvangen.
Detail stadsplattegrond Blaeu, links van de Sint-Martinuskerk staat de kapel van Onze Lieve Vrouw Inghendael (Gemeentearchief Venlo)
Het laatste was geen onnodige maatregel, want wie besmet was met de builenpest overleed binnen enkele dagen. Het is moeilijk om je een voorstelling te maken van de sfeer in onze stad wanneer de pest toesloeg. Doodsangst en radeloosheid zullen de boventoon hebben gevoerd. Met name hier dus, op d’n duusteren kerkhaof. Aan die verschrikkingen herinnert niets, de plek is nu een toevluchtsoord voor vogeltjes.
Pestordonnantie 1598 (Gemeentearchief Venlo)
De pestmeester wordt op deze zeventiende-eeuwse prent afgebeeld in speciale bescherming biedende kleding die bestond uit een hoed, een masker met kijkgaten, een houten stok om zieken te kunnen onderzoeken zonder ze aan te raken, grote leren handschoenen, lange leren laarzen en een lange leren of geïmpregneerde cape. Het snavelachtige masker zou gevuld zijn geweest met kruiden en specerijen om de lucht te zuiveren omdat men dacht dat de pest zich door de lucht verspreidde. Of pestmeesters er werkelijk zou uit hebben gezien, is zeer de vraag (collectie British Museum Londen)
We zijn het pad op gelopen om een vrijwel onbekend oorlogsmonumentje te bezoeken. Ter herinnering aan deken Van Oppen, pater Meulendijks, kapelaan Naus en dominee De Jong is tegen de buitenmuur van het priesterkoor in 1995 een gedenksteen aangebracht. Boven de plaquette hangt een gestileerd kruisbeeld. Een rijtje stoeptegels leidt erheen. De vier geestelijken kwamen in verzet tegen de nazi’s, werden gearresteerd en lieten het leven. Pest of ideologie - soms is er geen verschil.
Plaquette verzet geestelijkheid Venlo (foto's Sef Derkx)
Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.
Prachtig stökske research en nieuwe feiten die een volgende wandeling door os stad nog bijzonderder maken!
BeantwoordenVerwijderen