- door Sef Derkx -
De ontmanteling van de Glorieuze Gäöt over de Keulsepoort heeft tot enige commotie geleid in 't stedje. Oud zeer over het vermaledijde gemeentelijk prestigeproject speelde op. Bij de werkzaamheden werden fragmenten teruggevonden van de Keulsepoort. Zie: (https://sefderkx.blogspot.com/2021/03/keulsepoort-zichtbaar-bij-ontmanteling.html). Na onderzoek en verslaglegging van de vondst, is deze weer bedekt met zand. Het leidde wederom tot reacties.
Een bewoner van de Keulsepoort die er volkomen stoïcijns onder is gebleven, is evenwel het Heilig Hartbeeld. Wijselijk had hij de Glorieuze Gäöt al de rug toegekeerd, vooraleer die op de Keulsepoort werd aangelegd.
Nu de huiskamervraag. Wie de binnenstad bezoekt, is waarschijnlijk vaak aan het beeld voorbijgekomen. Er een inscriptie aangebracht op de sokkel. Wie kan de tekst zo uit het hoofd reproduceren?
Niemand?
Heilig Hartbeeld met op de achtergrond de Glorieuze Gäöt, een historisch straatbeeld inmiddels (foto Torval/Wikipedia)
Er staat Regi Suo Cives. Dit is Latijn voor De burgers aan hun koning. Het beeld werd onder overweldigende belangstelling onthuld en ingezegend op zondag 5 juni 1921 door de in Venlo geboren bisschop van Roermond, Laurentius Schrijnen.
Het was druk op zondag 5 juni 1921 (collectie Jos Symons)
De staande Christusfiguur heft zegenend zijn beide handen op en toont daarbij zijn wonden. Op zijn borst prijkt het zogenaamde Heilig Hart, een geopende borstkas met daarin een hart met een vlam.
Het eerste werd geplaatst in Venlo en viel klaarblijkelijk in goede Roomse aarde, want in de jaren die volgden kreeg hij opdrachten voor soortgelijke beelden in onder meer Oss, Sappemeer, Veghel en Reuver. Het Christusbeeld in Venlo is klassiek. Falise gaf hem haren tot op de schouders, gespreide armen en een lang plechtstatig gewaad met daaroverheen een schoudermantel. Christus heeft zijn blik naar beneden gericht en lijkt wel van de sokkel af te willen stappen.
Tussen 1915 en 1950 zijn in het bisdom Roermond ongeveer honderdvijftig Heilig Hartbeelden van verschillende kunstenaars geplaatst. De monumenten waren halteplaatsen bij processies en werden bij zo’n gelegenheid versierd met bloemen en kaarsen. Vooral tussen de beide wereldoorlogen was de devotie was groot.
Het plan voor het beeld aan de Keulsepoort ontstond in 1918. Binnen een jaar had een comité een bedrag van ruim tienduizend gulden bij elkaar gesprokkeld. Het idee werd geopperd een deel van de giften te besteden aan de voorgenomen bouw van de Heilig Hartkerk in Genooy, maar na ampel overleg werd besloten hiervan af te zien. Er werd een prijsvraag onder katholieke beeldhouwers uitgeschreven, waarvan de inzendingen te zien waren op 14 december 1919 in het Sint-Vincentiusgebouw aan de Houtstraat.
Detail luchtfoto, in rood ovaal het gebouw van de sint-Vincentiusvereniging, voor 1940 (met dank aan Piet Braem/Mooder Maas)
Een jury wees uiteindelijk August Falise als winnaar aan. Dat de onthulling nog ruim anderhalf jaar zou duren, had twee oorzaken. Er waren meningsverschillen met Falise over het geld en de aangezochte bronsgieterij in Brussel bleek pas in 1921 ruimte te hebben om het beeld te kunnen vervaardigen. Begin mei 1921 kwam Christus aan.
Al maandenlang stond aan de Keulsepoort een lege sokkel van Beiers graniet, die geleverd was door de Venlose steenhouwerij H. Goossens. Nadat het beeld erop was geplaatst werd de Latijnse tekst aangebracht en verguld. Tot slot werd eronder een plaquette met schapen toegevoegd. Na de Tweede Wereldoorlog is het beeld, dat ernstig beschadigd was, van de sokkel getakeld en gerestaureerd in Loosduinen. In oktober 1948 keerde Christus terug aan de Keulsepoort.
August Falise, 1875-1936, in zijn atelier (bron Wikipedea)
Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl
Geen opmerkingen:
Een reactie posten