donderdag 13 november 2025

De Halte XXL van woensdag 12 november 2025 - Truuj Bolwater

- door Sef Derkx -

 Er is een niet zo voor de hand liggende reden om vandaag al om negen uur in de ochtend naar de Bolwaterstraat te gaan. Het was een droom, die naar een nachtmerrie neigde. Een droom over het halen van de griepprik. De overspannen, rood aangelopen praktijkondersteunster die het spuitje ging zetten, stelde zich in de droom aan mij voor als Truuj Bolwater. Juist, de legendarische Venlose voor wie een beeldje staat in de naar haar vernoemde straat. 

We vallen meteen met de deur in huis. Wanneer de sculptuur bedoeld is als een hommage aan de leeuwinnenmoed door de eeuwen heen van vrouwen uit deze stad, is het beeld een jammerlijke mislukking. Een gotspe. Niet één plank misgeslagen, maar alle planken die ooit om de hoek bij Houthandel Van Liebergen in het lager aan de Noord-Buitensingel lagen. 

De onverzettelijke Truuj Bolwater verdient een heroïscher beeld. In november 1511 werd Venlo belegerd. De stad was in deze periode een van de belangrijkste vestingen in het Maasdal. Speelbal voor Europese grootmachten in de strijd om macht. In 1511 wilde Margaretha van Oostenrijk, hertogin van Bourgondië, Venlo inlijven. Voor wie de oogverblindende tentoonstelling ‘Bourgondiërs in Limburg’  in het Limburgs Museum heeft bezocht: Margaretha over wie we het hebben is een dochter van Maria de Rijke. 


Terug naar het beleg van 1511. De eerste stormloop werd afgeslagen, de tweede en derde stormloop eveneens. Eind november lukte het de belegeraars om door de vestingwerken te breken en de stad binnen te dringen. Ze werden echter teruggeslagen; de Bourgondische soldaten werden gespiesd in valkuilen. Het verzet van Venlo tegen grootmacht Bourgondië werd alom bewonderd. Margaretha werd het lachertje onder vorsten. Naar verluidt speelde een vrouw een belangrijke rol in dit epos. Gertruid Bolwater - zeg maar Truuj - zou bij een van de aanvallen een zware steen op het hoofd van een vijandelijk vaandrig hebben gegooid. Vervolgens zou zij hem zijn vaandel uit de handen hebben gerukt. Het vaandel was het symbool van de vijandelijke macht die door Venlo was vernederd. Bolwater werd in triomf door de stad gedragen. Het dundoek van de vijand werd onder gejuich aan haar huis opgehangen. Een prachtverhaal. Maar deze bijzondere heldinnendaad is hoogstwaarschijnlijk verzonnen. Uit de duim gezogen. Pas in 1648 is er voor het eerst een verwijzing naar. 

De pater jezuïet Famien Strada refereert aan haar in een geschiedschrijving over de Tachtigjarige Oorlog. Niet zo verwonderlijk, want juist in deze tijd duiken in de literatuur steeds vaker heldinnen op. Ze worden, heel vrouwonvriendelijk, ‘maninnen’ genoemd. Patriottische vrouwen die uit liefde voor hun stad naast mannen op de vestingwerken staan om de strijd aan te binden met de vijand. Over dat bijzondere fenomeen hoeft trouwens geen twijfel te bestaan.

Reageren? Stuur Sef Derkx een email: floddergats@xs4all.nl.

donderdag 6 november 2025

De Halte XXL van woensdag 5 november 2025 - De Paerdskoel

- door Sef Derkx -

 De Paerdskoel

Lange jaren geleden was er aan de Parade in Venlo het huiskamer-café De Witte. Het was een etablissement zonder poespas, Spartaans bijna. Een klein buffet, eenvoudig meubilair en om te eten bij mijn weten alleen pinda’s uit een bolvormige automaat van glas. Er werd geen muziek gedraaid. De toiletten in de gang hadden een zekere faam. Wanneer het druk was in De Witte, kwam de odeur je tegemoet wanneer je erheen liep. Authentieke bruine kroegen en buurtcafés zijn er steeds minder, hetzelfde geldt voor dorpscafés. Er wordt over geklaagd door de clientèle die er ooit kwam. Maar ze moeten sluiten, omdat diezelfde klagers ze steeds minder bezoeken.



Wij koesteren cafés met geschiedenis, zijn voorstanders van het behoud ervan. Daarom zijn we met de bus naar Blerick gereisd om een glas bier te drinken in café De Paerdskoel. ‘De huiskamer van Blerick’ dreigde voorgoed de deuren te sluiten. Maar gelukkig kon dit voorkomen worden door het café te verbinden met ’t Raodhoes dat ernaast ligt. Een nieuwe binnendeur bleek de lumineuze oplossing.

De Paerdskoel is de enige plek op het noordelijk halfrond waar je een ‘Greek’ kunt drinken. Een Weizenbier van de tap, vernoemd naar de vorige kastelein Ton Jeurissen. Iemand die nooit verlegen zat om een weerwoord. Maar achter de brombeer, ging een gemoedelijke en goudeerlijke vent schuil. We bestellen dus een ‘Greek’.        


Hoe lang zal op deze locatie, pal tegenover de kerk al een café zijn? Op een gewassen pentekening uit 1863 zien we dat voor het pand twee prachtige bomen stonden. De boerderij werd bewoond door Piet Spee en zijn familie. Ze bestierden niet alleen een café, ze hadden ook een tuinderij en een handel in brandstoffen en vee. Het ging Spee voor de wind. In het begin van de vorige eeuw liet hij zijn boerderij verbouwen tot de karakteristieke horecagelegenheid die er nu staat. 


Op een prentbriefkaart lezen we op de markies boven het terras ‘Hotel Sint Antonius’. Inderdaad, de heilige die werd aangeroepen wanneer iemand iets kwijt was. Blerick kreeg in 1899 een neogotische Antoniuskerk naar ontwerp van Caspar Franssen. Een heuse relikwie van de Antonius  moest ervoor zorgen dat er een bedevaart op gang kwam. In 1944 werd de prachtige kerk door de terugtrekkende Duitsers opgeblazen. Terug naar De Paerdskoel. Piet Spee verkocht de zaak in 1922 aan Sef Schreur; diens zoon Frans maakte er een slijterij van. In 1977 werd het interieur weer in zijn oorspronkelijke staat teruggebracht. Sindsdien herbergt het pand het bruine café De Paerdskoel. 

Reageren? Stuur Sef Derkx een email: floddergats@xs4all.nl.

vrijdag 31 oktober 2025

De Halte XXL van woensdag 29 oktober 2025 - Marktdag in Blerick, op naar De Paerdskoel

 - door Sef Derkx -

Het buurtcafé en de bruine kroeg verdwijnen meer en meer uit het straatbeeld. In 2024 meldden de rekenmeesters van het CBS dat het jaar tevoren in Nederland gemiddeld iedere week drie cafés hun deuren hadden gesloten. Schokkende cijfers. In kleinere kernen was de neergang sneller gegaan dan in steden. De nasleep van corona, veranderende leefstijlen en de hogere leeftijdsgrens om in een café te mogen drinken, werden als belangrijkste oorzaken genoemd. Eén voorbeeld uit vele. In het centrum van Belfeld zijn alle cafés verdwenen. Zaal Juliana aan het Koninginneplein werd enkele jaren geleden verkocht en doet inmiddels dienst als uitvaartcentrum. Hoe symbolisch is dit?

Als bezoeker ervan doet de daling van het aantal cafés pijn. Maar in  sombere tijden is er soms hoop. Een sprankje hoop. Om ons daaraan te warmen, zijn we met de bus naar Blerick gegaan. Het is vrijdag, marktdag. Dus is het drukker en gezelliger dan gewoonlijk in de Kloosterstraat.

Op 5 september 1964 kreeg Blerick een eigen weekmarkt. De burgemeester, mr.dr. Leonard de Gou, was er de brug voor overgekomen. In de collectie van het Gemeentearchief Venlo berust een foto van deze dag. Schijnbaar stijf als een hark die lang op een droge zolder heeft gelegen, loopt De Gou over de Kloosterstraat. We durven er wat onder te verwedden dat De Gou nooit zelf boodschappen heeft gedaan in een super, buurtwinkel of op de markt. Wellicht zijn echtgenote ook niet, want het burgemeestersgezin had daarvoor een hulp in de huishouding.

Blerick was blij met een eigen markt. De bevolking was sinds de jaren vijftig enorm gegroeid. Dagblad Het Parool heeft het over 20.000 inwoners. Er speelden ook sentimenten. Voor velen was het letterlijk een brug te ver om in Venlo naar de markt te gaan. Venlo was ‘de stad’ en dit was niet positief bedoeld, integendeel. Bovendien bezochten Duitse kooptoeristen massaal de markt in Venlo. Groente, fruit en andere handelswaar werden er luidkeels in het Duits aangeprezen. Niet iedereen zinde dit, want Duitsland was lange jaren na de Tweede Wereldoorlog in veler ogen nog het land van de daders. Daarbij kwam  dat de Venlose markt niet goedkoop was. Door het Wirtschaftswunder hadden de Duitsers wel wat te besteden. Hun kooplust dreef de prijzen op. Blerickenaren winkelden liever in hun eigen ‘dorp’ en dat was wél positief bedoeld.

De Venlose middenstand was niet blij met het intitiaf voor een weekmarkt Blerick. De weerstand was ingegeven door concurrentievrees. Bovendien hadden de collega-winkeliers uit Blerick eerder bij het college van burmeester en wethouders een verzoek ingediend, dat her en der in het stadsdeel op de oostelijke Maasoever tot een hartverzakking had gezorgd: verplichte winkelsluiting op Maria Hemelvaart (15 augustus) en Allerheiligen (1 november), zogenaamde 'Duitse' dagen. Met steevast een grote toeloop aan kooplustige Oosterburen in Venlo. 

Maar nu eindelijk naar het café, want dat hoort bij marktbezoek. In Blerick waren in de jaren zestig cafés in overvloed. Maar ook hier keerde het tij, de traditionele horeca is er inmiddels goeddeels verdwenen. Vorig jaar nam kastelein Ton Jeurissen noodgedwongen afscheid van De Paerdskoel. 

Veertien jaar had hij samen met zijn broer Michel in de ‘hoèskamer van Blieërick’ gewerkt. In 2020 sloeg het noodlot toe: Michel overleed onverwacht. Corona volgde en Ton kreeg steeds meer gezondheidsklachten. Blerick vreesde met grote vreze voor het voortbestaan van het geliefd café De Paerdskoel aan het Antoniusplein (wordt vervolgd).   

Reageren? Stuur Sef Derkx een email: floddergats@x4all.nl.


donderdag 23 oktober 2025

De Halte XXL van woensdag 22 oktober 2025 - Maria de Rijke

- door Sef Derkx/foto's Limburgs Museum en Wilkipedia)

 De busreis gaat vandaag naar het Missiemuseum. Er is overvloedig regen voorspeld, dus besluiten we ook de expositie ‘Bourgondiërs in Limburg’ te bezoeken in het Limburgs Museum. Doorgaans zijn we geen liefhebbers van audiotours.

Voor ‘Bourgondiërs in Limburg’ maken we een uitzondering. We hebben er geen seconde spijt van. De pracht en praal én de ellende van het hertogelijke hof uit de vijftiende eeuw worden opgedist als in RTL Boulevard. In dit type tv-programma’s wordt gedweept met het wel en wee van royals in het huidige tijdsgewricht. Koningshuisdeskundigen van dienst struikelden onlangs bijvoorbeeld bijna over hun woorden toen het ging over een off-shoulder jurk met groene glitters van kroonprinses Amalia. Ze droeg de jurk bij het galadiner van de nieuw aangetreden groothertog van Luxemburg.


De hertogelijke familie van Bourgondië uit de vijftiende eeuw zou er de al dan niet blote schouders over hebben opgehaald. Wat armoedig, zouden ze meesmuilend gefluisterd hebben. Wat betreft kostenverslindend vertoon waren Filips de Goede, Karel de Stoute en Maria de Rijke onovertroffen. Dit hertogelijk trio - respectievelijk vader, zoon en kleindochter - staat centraal in de prachtige tentoonstelling. Een voorbeeld van Bourgondisch geld-over-de-balk-smijten. In 1453 veroveren de Turken Constantinopel. Filips organiseert ‘Het Banket van de Fazant’. 

Wanneer we beschrijvingen van tijdgenoten serieus kunnen nemen, moet het een uitspatting van de buitencategorie zijn geweest die in eeuwen zijn weerga niet heeft gekend. Honderden gasten worden getrakteerd op overvloedig spijs en drank. Een muziekensemble duikt op uit een reuzenpastei. Op het hoogtepunt maakt de Grote Turk zijn entree met een olifant met erop Vrouwe Constantinopel. Ze roept de aanwezige ridders op haar te bevrijden. Dit soort spektakel. Als eerste zweert Filips de Turken te verdrijven, de ridders volgen braaf. 


Het exorbitante banket is een succes, maar van een kruistocht komt het nooit. In de expositie in het Limburgs Museum is een door een gouden gordijn afgeschermde ruimte, waarin het 'Banket van de Fazant' kan worden herbeleefd. 


Na het wel, het wee van het hof. Ook daar smullen we van. Maria de Rijke wordt in 1457 geboren. Bij haar doop schitteren Filips en Karel door afwezigheid, omdat zij ‘slechts een meisje is’. Maria is twintig als haar vader sterft en zij hem moet opvolgen. Kommer en kwel kenmerkt haar regeerperiode. Wanneer ze vijfentwintig is, struikelt haar paard en valt op haar. Na enkele dagen verschrikkelijke pijn te hebben geleden, overlijdt Maria. 

De jonge, geliefde hertogin wacht sindsdien in een praalgraf in Brugge op de Jongste Dag.

Reageren? Stuur Sef Derkx een email: floddergats@xs4all.nl.

vrijdag 17 oktober 2025

Van nul tot nu van woensdag 15 oktober 2025 - Sterrenparade, berentent, bokstent, vlooientent (2)

- door Albert Lamberts - 

Her en der in de regio hebben of hadden de kermisexploitanten hun attracties opgebouwd. Moderne, vaak hightech bouwwerken. Heel wat anders dan de eenvoudige draaimolens van voorheen. Nu gaat het hoog, is het razendsnel. Vroeger was de grote rups wel zowat het summum naast de botsauto’s. Wel stonden er toen meer tentjes met bezienswaardigheden en boden sommige zelfs regelrecht sensatie. 

Een kraam met zoetigheden (foto collectie Albert Lamberts)

De berentent bijvoorbeeld. Daar konden dappere mannen het gevecht aangaan met een beer. Over die berentent is trouwens wel een aardig verhaaltje te vertellen, waarin de doelman van de Venlose Hockeyclub een belangrijke rol speelt. 26 mei 1953, aanvoerder Piet Nefkens moest zijn ploeg oppeppen voor de belangrijke wedstrijd tegen het Haagse HHYC enkele dagen later. Nefkens had zijn eigen methode. Op die 26ste mei toog hij met zijn ploeggenoten, na het nodige aan Bachhus te hebben geofferd, naar de kermis in Blerick. Bij de berentent werd halt gehouden en daar werd keeper Maan Jacobs nietsvermoedend door grinnikende clubgenoten naar voren geschoven om de confrontatie met bruintje aan te gaan. De doelman wist, eenmaal met de beer in de ring, niets anders te verzinnen dan tegen de beer aan te hangen, het beest uit evenwicht te brengen en er bovenop te belanden. Hij werd tot overwinnaar uitgeroepen en mocht 2,50 gulden incasseren. VHC won in Den Haag met 4-0 en werd kampioen van Nederland. Missie geslaagd.

En dan was er de vlooientent, waar ‘getemde’ vlooien uit hun onderkomen, luciferdoosjes, werden gepakt en door de dresseur voor piepkleine zilveren karretjes werden ingespannen en vervolgens rondjes draaiden of andere kunstjes uitvoerden.

Absoluut vermakelijk, zeker voor de pubers, was de tent van de Sterrenparade, waar enkele jonge dames in voor die tijd gewaagde pakjes hun danskunsten vertoonden.

Interactie was er ook, want behalve krachten meten met de beer konden de flinke Venlose jongens daarvoor ook terecht in de bokstent. Eén familie had nogal wat sterke boys in de gelederen. Het verhaal gaat als volgt: de kermisattracties gingen na het middaguur open, dus ook de bokstent. Al snel werd, terwijl de boksers en worstelaars (waaronder ene Johnson en Baby Austin; sta niet in voor juiste spelling) een ware show opvoerden, een oproep gedaan: wie durfde zijn krachten met een van de boksers te meten. Voor de mannen van de Venlose familie een kolfje naar hun hand. Een goed half uur later kwamen zij met winstpremie naar buiten en moest de bokstent voor enige tijd sluiten; de boksers moesten worden opgelapt.

Vroeger besloeg de kermis het hele Nolensplein. De botsauto’s stonden steevast aan de zuidzijde van het plein, tegenover de ijssalon van Meijers. Kraampjes met snoepgoed zoals wijnbollen, wijn-, kaneel- en boterstokken stonden aan de oostzijde tussen plein en park, waar kinderen ook touwtje konden trekken of de grotere jeugd zich een prul bij mekaar kon schieten aan de schiettent. Aan de andere kant van de straat stonden de goktentjes, waar vooral werd verloren.

Wordt vervolgd

Reageren? Stuur Albert Lamberts een email: albertlamberts@home.nl.

donderdag 16 oktober 2025

De Halte XXL van woensdag 15 oktober 2025 - Karel 'de Verschrikkelijke' en Venlo

 - door Sef Derkx/foto's Limburgs Museum -

Het is voor iedereen herkenbaar. Je kunt met geen mogelijkheid op de naam van iemand komen. Het gebeurde op de dag van onze expeditie met de bus. Het regende en zou blijven regenen. Dus besloten we naar het Missiemuseum te gaan en tevoren de wonderschone expositie ‘Bourgondiërs in Limburg’ in het Limburgs Museum te bezoeken. De laatste tentoonstelling is een uitgelezen kans om voorwerpen van kunst, kunstnijverheid en ambacht uit de vijftiende eeuw te zien.




Bourgondië was een hertogdom in Frankrijk; in de vijftiende eeuw breidde het zijn macht uit. Het oog viel op de steden langs de Maas. Afschrikwekkend was het beleg van Venlo in 1473 door een  Bourgondische troepenmacht onder Karel de Stoute. De stad gaf zich na enkele dagen over. De hertog liet twee bekende inwoners onthoofden en driehonderd militairen in de Maas verdrinken. Om bespaard te blijven voor plundering moest Venlo bovendien 32.000 guldens ophoesten.

De Gemäldegalerie in Berlijn gaf een portret van Karel de Stoute (1433-1477) in bruikleen voor de expositie. De hertog van Bourgondië oogt een beetje beduusd. Wanneer we aandachtiger kijken, valt ons ineens op dat Karel als twee druppels water (als twee druppels bourgognewijn is toepasselijker) lijkt op iemand uit het Venlose uitgaansleven uit de jaren zeventig van de vorige eeuw. Op wie? We pijnigen tevergeefs onze hersenen.


Daarom terug naar Karel de Stoute zelf. De hertog was bijna permanent bezig met oorlogen in buurlanden of met het uiterst wreed neerslaan van opstanden. Tijdgenoten noemden hem le Terrible, de Verschrikkelijke. Zijn gedrag werd gezien als gestoord. In 1468 liet hij zijn troepen tekeer gaan in Luik. Moordend, brandstichtend en plunderend. Het portret in de expositie is met precisie, geduld en met grote kennis en kunde geschilderd. Verbluffend. Portretten waren populair als een soort van remedie tegen het verstrijken van de tijd. De tijd waarin herinneringen aan personen worden opgeslokt en verdwijnen. Het portret laat een andere hertog zien dan Karel de Verschrikkelijke.  Eerder een schijnheilige kwezel, angstig wellicht voor hemelse straffen na zijn dood. Daarover gesproken. Letterlijk in het harnas sterft Karel voor de stadsmuren van Nancy. Eenzaam achtergelaten, zijn lijk aangevreten door wolven. Bij een onderzoek in 1979 van zijn praalgraf in Brugge bleek zijn skelet verdwenen. Waar het gebleven is? Het is niet bekend. Net zoals de naam van de cafébezoeker, waarnaar we op zoek zijn sinds het bezoek aan het Limburgs Museum (wordt vervolgd).

Reageren? Stuur Sef Derkx een email: floddergats@xs4all.nl.

donderdag 9 oktober 2025

De Halte XXL van woensdag 8 oktober 2025 - 't Knibbelke

- door Sef Derkx -

Onderweg van bushalte Goltziusstraat naar Stadsherberg Ald Weishoes krijg ik gezelschap van een muzikale oorwurm. Een lied van Jack Poels,  dialectdichter uit America, met de strofe: Al stort de ganse werlt inien 't kan niks geave/Zolang 't beer en de café mar blieve stoan. Ware woorden, geen speld tussen te krijgen. Een omgevallen glas bier is een klein ongemak. Droogdeppen en nieuw glas bestellen. Maar een ingestort café is een ramp van ongekende grootte. Ook als er geen slachtoffers te betreuren zijn. Cafés zijn belangrijk voor de sociale cohesie. Je vindt er vaak wat je in de rest van de samenleving tevergeefs zoekt. Liever een gezellige kroeg dan een stapel duurbetaalde rapporten over het sociale domein. Als frequente cafébezoekers hoeven we ons in Venlo geen zorgen te maken over de teloorgang van de horeca. Stadsherberg Ald Weishoes waar we heengaan is gevestigd in een monumentaal pand dat enkele jaren geleden is gerestaureerd en verduurzaamd.

We ontmoeten er vandaag Jeroen van de Ham (1974). Hij heeft er een respectabel verleden liggen. Voor het eerst kwam hij er op uitnodiging van Jocus Toekóms. Met Kim Duyvenstein werd hij adjudant bij jeugdprins Leon Smeets. Enkele jaren later werd hij zelf hoeëgheid van Jocus Toekóms: ‘De vastelaovend voor de jeugd in het Ald Weishoes was echt geweldig. We hebben zo’n plezier gehad. Als jongens en meisjes in de tienerleeftijd waren we echt onder elkaar. Dansen in kringen met de armen over elkaars schouders, de vastelaovesliedjes zingen of gewoon rondrennen door het gebouw.’


Wat de toezichthoudende volwassenen niet wisten, was dat de jeugd alle hoeken en gaten van het Ald Weishoes kende. En wist te vinden als Amors pijlen raak hadden geschoten. Jeroen bleef ook door het jaar heen in het Ald Weishoes komen. Het werd voor hem een soort huiskamer: ‘Op zeker moment ben ik op de vrijdagavonden gaan dj’en in ’t Knibbelke. De zaal voor de wat oudere jeugd, zo van rond de zeventien. Ik had twee draaitafels en een mengpaneel. Er werden alleen singletjes gedraaid. Toptijd was het. Ik heb me hier kunnen ontplooien en ging ook dj’en op verjaardagen.’

Voor de voormalige jeugdprins en dj heeft het Ald Weishoes vorig jaar een diepe emotionele betekenis gekregen: ‘We zijn er samen gekomen met familie en vrienden om afscheid te nemen van mijn broer. Niels kwam hier ook als kind. Zijn met voetbalclublogo’s beschilderde kist stond op de binnenplaats. Ik weet absoluut zeker dat hij dit samenzijn op deze plek heel fijn had gevonden.’

Reageren? Stuur Sef Derkx een email: floddergats@xs4all.nl.

Van nul tot nu van woensdag 8 oktober 2025 - Sterrenparade, berentent, bokstent, vlooientent

- door Albert Lamberts -

Zoals in de kop vermeld: allemaal attracties op de kermis van pakweg zestig, zeventig jaar geleden. Op de dag van vandaag zijn de evenementen van enige allure in Venlo op de vingers van twee handen nog bijna niet meer te tellen, maar dat was vroeger bepaald anders. Vastelaovend, kermis, of een feest van Harmonie of Fanfare, dat was het wel zo’n beetje. Laat ik de kerkelijke feesten buiten beschouwing.

De kermis was vroeger één van de écht feestelijke gebeurtenissen in de stad. Eigenlijk twee, want er was een voorjaars- annex Pinksterkermis en in september de najaarskermis. Attracties op het Nolensplein en rond het centrum, op de Bolwaterstraat, Helbeek, in de Parkstaart en langs de Maas stonden de wagens van de kermisexploitanten: woonwagens en wagens voor hun attractie. In mijn jeugdjaren werd de kermis ingenomen door draaimolens, grote en kleine rups, botsautoos, schiettent, holly-holly, berentent, vlooientent en bokstent en de duizelingwekkende steile wand voor motoren, die als het ware aan de wand kleefden. Sensatie alom. En een tent met, jawel, met wel heel aparte bezienswaardigheden als een vrouw van 180 kilo of meer, lammetje met twee koppen, een of ander exotisch beest op sterk water en dat soort rariteiten. 


Draaimolen op de kermis in de jaren zeventig van de vorige eeuw (foto collectie Gemeentearchief Venlo) 

Over de kermis van nog langer geleden put ik uit een verhaal uit 1953 over de kermis van vóór de Tweede Wereldoorlog. Geschreven in dialect, maar hier in het Nederlands.

Op de grote markt stonden de spullen, op het Gaasplein (Nolensplein), waar op de andere helft de oude gasfabriek nog stond, langs het klein park (Nolenspark) en op de Puteanusstraat stonden allerlei kraampjes en tentjes. Maar dat was het nog lang niet allemaal. Ook in de Parkstraat, op het Hanenmeer (?) en op de Helbeek hadden de kermismensen hun spullen neergezet.

Ten koste van een halve of hele gross kon men zich in de tentjes laten bezeibele (beduvelen). Je werd er keurig in het ootje genomen, want het was nog geen äörtje (halve cent) waard wat je werd getoond. Een zwart gemaakte van de Kleine Hei, vastgeklonken aan zware kettingen, at rauwe rijst en brulde als een leeuw, die met zijn staart tussen de deur zat. Dat zou dan een gevangen menseneter uit Somalieland zijn. Je kunt je er alles bij voorstellen...

Uiteraard speelde het kermisfeest zich ook af in de vele cafees, die heel kien de prijs van een pilsje hadden opgewaardeerd van tien naar vijftien cent. Deze forse prijsverhoging bracht heel wat tongen in beweging: om er zijn misnoegen mee duidelijk te maken en om er zeker niet één minder om te drinken. In de kranten werd royaal geadverteerd met café-chantant of kermismatinee, die zich altoos in royale belangstelling mochten verheugen. Familie van buiten de stad kwam, vaak in het nieuw gestoken, naar Venlo. Er werd extra gekookt en, vanzelfsprekend van groot belang, had zowat elk huishouden een ‘kiendje’ beer in de kelder liggen, netjes tussen enkele ijsstaven om het goed koel te houden. Zo’n vaatje bevatte tussen de achttien en twintig liter bier.

Wordt vervolgd.

Reageren? Stuur Albert Lamberts een email: albertlamberts@ home.nl.

donderdag 2 oktober 2025

De Halte XXL van woensdag 1 oktober 2025 - Geloftes aan Maria

- door Sef Derkx/ beeld via Delpher en Wikipedia -

 Het is inmiddels vertrouwd: met de trein naar Tegelen, een wandeling door de geboorteplaats van mijn moeder naar het Wilhelminaplein en daar de bus terug naar Venlo. Op de eerste dag van de astronomische herfst is het weer wondermooi. De expeditie gaat vandaag naar een bijzonder Mariabeeld. In Tegelen heerst onvrede over het groen rond het monument. Velen vinden dat het perkje aan de Raadhuislaan er verwaarloosd bij ligt. De reactie van de gemeente is voorspelbaar: de wildgroei verhoogt de biodiversiteit. Als wij er zijn, is de plek afgezet met hoge hekken en wordt er hard gewerkt.

De sculptuur van Charles Vos uit 1948 verdient een mooie omgeving. De cultuurhistorische waarde is bijzonder groot. Het beeld is nauw verweven met de oorlogsgeschiedenis van Tegelen én de vastelaovestraditie. Tegelen werd in het najaar van 1944 overspoeld door Venlonaren, die de bombardementen waren ontvlucht. Er was nauwelijks meel om brood te bakken en de evacuatie van Tegelen dreigde. Op Tweede Kerstdag 1944 deed een groep inwoners drie plechtige geloftes aan Maria.



Wanneer Tegelen gespaard zou blijven voor oorlogsrampen, zou er vijfentwintig jaar geen vastelaovend meer gevierd worden. Bovendien zou als dank een pelgrimage naar een Maria-bedevaartoord worden ondernomen en zou er een beeld geplaatst worden van Maria. De geloftes werden in 1946 zelfs door de gemeenteraad bekrachtigd.

De sculptuur uit Portland-kalksteen kwam er dus. Het plaatselijk nieuwsblad beschreef de symboliek als volgt: ‘De hele houding van de ranke Mariafiguur – de naar achteren gestrekte rechtervoet, de wapperende hoofddoek en de golvende lijnen der kleding – spreekt van een te hulp snellen. Alsof O.L. Vrouwe zich haast om de dreigende onheilen van onze plaats af te weren. Het Kind Jezus drukt Tegelen (voorgesteld door het wapen onzer gemeente) aan Zijn hart als om aan te duiden dat Tegelen Hem na aan het hart ligt.’ Op de sokkel staat de tekst: ‘Door U heeft Hij onze vijanden vernietigd.’

Ook de andere gelofte werd ingelost, die van een pelgrimage naar een plek met een bijzondere verering van Onze Lieve Vrouw. Het werd kapel In ’t Zand in Roermond. Maar ja, dan was er nog de derde gelofte. Deze lag als een molensteen om de nek. Vijfentwintig jaar geen vastelaovend vieren. Het was te veel gevraagd. Grote groepen Tegelenaren gingen vanaf 1946 naar de Venlose vastelaovend. In 1951 werd de gelofte ingetrokken, waarna D’n Oeles werd opgericht. Op 17 november van dat jaar presenteerde de vereniging de eerste zitting.

(Met dank aan Jos Wolbertus)

Reageren? Stuur Sef Derkx een email: floddergats@xs4all.nl.

maandag 29 september 2025

Van nul tot nu van woensdag 24 september 2025 - Het zoveelste plattelandsblaadje (2 en slot)

- door Albert Lamberts -

De Waarheid voor Venlo en Omgeving was natuurlijk een naaste bloedverwant van het landelijke, communistische verzetsblad De Waarheid, dat vanaf het begin van de Tweede Wereldoorlog illegaal werd verspreid. De Venlose editie van na de oorlog ging vanaf het begin stevig van boord. Gif en frustratie spatten van het papier. Vooral, zoals eerder geschreven, het nieuw verschenen Dagblad voor Noord-Limburg had het gevreten en ook velen met een gevulde beurs moesten het ontgelden bij de heren redacteuren van De Waarheid.  De correspondenten konden hun kopij inleveren op adres Sloot 1. Vervolgens nam J. Snellen de verantwoordelijkheid voor de inhoud op zich. 

De bewoners van het Wilhelminapark (Villapark) moesten het in De Waarheid ontgelden (foto: Albert Lamberts)

In de eerste uitgave van De Waarheid voor Venlo en Omgeving – zaterdag 2 juni 1945 - kregen Tegelse politiemensen ervan langs onder het veelzeggend kopje Tegelse Judassen, werd het Dagblad van (sic) Noord-Limburg weggezet als het zoveelste plattelandsblaadje en werd een openlijke oproep gedaan:

Werkt mee aan een betere wereld, treedt toe de Communistische Partij en Vraagt formulieren aan onze colporteurs. Natuurlijk moest de uitgave van het aan twee kanten bedrukte A4-tje worden bekostigd, maar advertentie-inkomsten waren er niet. Of er toen abonnementsgeld moest worden betaald is (mij) onbekend. Er wordt ook geen melding van gemaakt in de uitgaven. Daarom werd in de uitgaven wel gevraagd om het Waarheid-persfonds te steunen.

Nou, op de beurs van de welgestelden in Venlo hoefde meneer Snellen niet te rekenen, want …

… met de ene na de andere werd in nummer 3 van zaterdag 23 juni 1945 de vloer aangeveegd. Een hele rits Venlonaren werd in Snellens blad aan de schandpaal genageld, met naam en toenaam. Er werd weliswaar gewag gemaakt van een zuiveringscommissie, maar ook hierbij werden kanttekeningen gezet: hoewel wij ons gekwetst voelen door de brutale wijze waarop ook hier weer het volk gepasseerd wordt, doet het ons genoegen dat men ditmaal niet, zoals in Tegelen met inspecteur W. (in De Waarheid stond de volledige achternaam) het geval is, liever den misdadiger door zichzelf dan door het volk laat vonnissen. Wij hopen echter dat het volk alsnog de gelegenheid krijgt aan de berechting van zijn vijanden tenminste deel te nemen.

Volgens de auteur hadden de groot-collaborateurs gedurende de oorlogsjaren het motto gehanteerd Après nous le délugé - na ons de zondvloed. Dus Nu de Augiasstal reinigen, zeggen wij. Wij durven het aan !!!

Onweerstaanbaar, zo wordt wel heel erg optimistisch geschreven, verovert “de Waarheid” Nederland.

De hoop wordt uitgesproken dat ook in Venlo en omstreken het blad het dwangbuis van weekblad (zal) afwerpen en ook hier vrijelijk en ongehinderd als dagblad de geestelijke behoeften van het werkende volk bevredigen.

Agressief blijft de houding ten opzichte van Dagblad: Duizendtongig is de leugen en het sophisme van de aan het kapitalisme vastgeklonken burgerlijke pers. De redactie van De Waarheid claimt te spreken met één stem – de stem van de naamloze werkers voor hun dagelijks brood.

Reageren? Stuur Albert Lamberts een email: albertlamberts@home.nl.

donderdag 25 september 2025

De Halte XXL van woensdag 24 september 2025 - Schoten in de Mercatorstraat (2)

 - door Sef Derkx -

Het geheugen opfrissen. Van Halte Viecuri zijn we naar de Begraafplaats gelopen, naar het graf van Piet van den Hoef. De achttienjarige overleed op 11 maart 1943 in de gevangenis aan de Ulmenstrasse in Düsseldorf. Als doodsoorzaken staan in de overlijdensakte open tbc, hartzwakte en ondervoeding vermeld. Hoe gruwelijk moeten de laatste levensdagen van de jonge Venlonaar zijn geweest? Piet wordt begraven in Düsseldorf. De Nederlandse Oorlogsgravenstichting zorgt voor de herbegrafenis in Venlo.


Piet en zijn vriend Hein Detillon hadden op 15 mei 1941 geprobeerd de Duitse militair Walter Mühle te beroven van zijn pistool. Het was tot een schotenwisseling gekomen in de Mercatorstraat. Mühle was zwaargewond weg gestrompeld, de beide Venlose jongens hadden het op een lopen gezet. Daar zijn we de vorige week gestopt. De aanslag liet alle alarmbellen rinkelen bij de Duitse bezetter. Een Sonderkommando uit Den Haag melde zich op 16 mei 1941 bij burgemeester Berger. Als represaille voor de aanslag overwoog men om tien bekende Venlonaren te fusilleren. De gemeente kreeg bovendien als straf een boete van 350.000 gulden opgelegd. Berger stelde per direct een avondklok in. Alle verloven van de politie werden ingetrokken. De gewonde Walter Mühle was aanspreekbaar. De militair had duidelijke signalementen. Daarmee ging de recherche naar café Van de Ven aan de Maasstraat, waar Mühle een biertje was gaan drinken. De kasteleinsdochter noemde de naam van Piet van den Hoef. Die had op de avond van de aanslag met een vriend in het café zitten kaarten. Piet werd thuis opgehaald. Op het politiebureau vertelde hij dat hij met zijn vriend Hein Detillon in het café  was geweest. Hein werd gearresteerd en verhoord. Op zeker moment brak hij. Hein bekende dat Piet van den Hoef op Mühle had geschoten.

De beide arrestanten werden overgebracht naar de gevangenis van Scheveningen. Piet van den Hoef werd veroordeeld tot zeven jaar gevangenisstraf, Hein Detillon zes jaar. In januari 1942 werden ze op transport gesteld naar Duitsland. Hein Detillon was opgesloten in gevangenissen in onder meer Bochum, Berlin-Tegel en Suhrenkamp. Na de oorlog kwam hij terug naar Venlo. Piet van den Hoef overleed tijdens zijn detentie. Op 24 december aanstaande zullen om vier uur ’s middags bij het graf van Piet en de andere oorlogsgraven in de gemeente Venlo graflichten worden ontstoken. Het gebeurt door vrijwilligers van de werkgroep L.O.O.G, een afkorting die staat voor: Leechskes Op Oorlogsgrave Groeët-Venlo.

Met dank aan Gerrit van der Vorst.

Reageren? Stuur Sef Derkx een email: floddergats@xs4all.nl.


maandag 22 september 2025

Van nul tot nu van woensdag 17 september 2025 - Over een plattelandsblaadje (1)

- door Albert Lamberts -

Je zult als serieuze krant worden uitgemaakt voor een zoveelsterangs plattelandsblaadje. Daar word je als directeur, hoofdredacteur of journalist toch niet bepaald vrolijk van, lijkt me zo. Ik heb geruime tijd geleden in het kader van deze rubriek geschreven over de wederopstanding van de plaatselijke krant na de Tweede Wereldoorlog, die op 18 april 1945 voor het eerst verscheen onder de naam Dagblad voor Noord-Limburg.

Niet iedereen even blij, zo bleek. De nieuwe krant had al weldra de ergernis gewekt van plaatselijke lieden, die zich zeer verbonden achtten met de Communistische Partij: het nieuwe dagblad koos onomwonden voor de rijken en voor het Vaticaan, had zelfs de neiging met het fascisme te heulen. Aldus stond te lezen in nummer 1 van Uitgave naast “De Waarheid” voor Venlo en Omgeving. Het blaadje verscheen op zaterdag 2 juni 1945.

Het ging van dik hout zaagt men planken. De redacteuren van De Waarheid schroomden niet vermeende wantoestanden in niets aan de verbeelding overlatende teksten aan het papier toe te vertrouwen. Auteur P.J. stelde de bevoordeling van rijke jongetjes, die naar Engeland op vakantie mochten, aan de kaak. 125 Venlonaartjes werden geselecteerd. De uitzendingscommissie onder voorzitterschap van den Heer van Meegeren zou zich schuldig hebben gemaakt aan bevoordeling van kinderen van de middenstand en betere burgerij. Na onderzoek bleek die klacht ongegrond; dokters hadden de beslissende stem en dat werd door P.J. ruiterlijk toegegeven. De zwakken hadden de voorrang.

In Tegelen was het puur de uitzendingscommissie die bepaalde. P.J. schreef: Gevolg natuurlijk, dat de arbeiderskinderen die over het algemeen een dergelijke vacantie het meest van node hebben, toe mochten kijken. Hier zijn dus de klachten, zoals gewoonlijk gegrond. Wie zorgt voor de namen van de verantwoordelijken voor deze valsheid, opdat we hen voor de gehele wereld aan de schandpaal kunnen slaan?

Hoofdredacteur Gijs Bertels van het nieuwe Dagblad voor Noord-Limburg, het ‘zoveelste plattelandsblaadje' (Foto uit jubileumboek De Venlose Krant 125 jaar in Noord-Limburg) 

Tegelen en het pas weer verschenen Dagblad voor Noord-Limburg hadden het sowieso wel gedaan bij de redactie van De Waarheid, die onomwonden een lans brak voor het communisme. Na weer een sneer richting Dagblad en het Vaticaan, dat het ook voortdurend moest ontgelden, schrijft de niet verder met naam genoemde redacteur: wij communisten zijn als democraten bij voorbaat tegen alle vormen van fascisme; het is ons principieel volmaakt onverschillig of het zich aandient met de swastika, de pijlenbundel of onder andere meer populaire symbolen… De schrijver pleit voor samenwerking met alle werkelijke democraten. Dat een dergelijke hoopvolle samenwerking hoopvol voor de toekomst der democratie in het vrije noorden reeds tot stand is gekomen kan een zoveelsterangs plattelandsblaadje als het “Dagblad van Noord-Limburg” (sic) natuurlijk nog niet weten. Trouwens de heren redacteuren zouden het eenvoudig niet kunnen begrijpen en het enige dat zij, bij gebrek aan voldoende kracht om de geschiedenis bij te houden, kunnen presteren is, de atmosfeer achteraf een beetje te vertroebelen.

Wordt vervolgd

Reageren? Stur Albert Lamberts een email: albertlamberts@home.nl.

zaterdag 20 september 2025

Hannelore en het raadsel ‘Maske’

- door Sef Derkx -

Vandaag krijgt Hannelore Winter tijdens de Nach van ’t Limburgs Leed het eerbetoon dat haar meer dan toekomt. In mijn collectie Venlose vastelaovend op vinyl is een heel bijzondere EP, die een kleine vijfenzestig jaar geleden op de markt kwam. Er staan vier Venlose vastelaovesleedjes op. ‘Blauwe Auge’ en ‘Wao doon we det van’, worden vertolkt door een man die zich bedient van de schuilnaam ‘Maske’. Hannelore Roggeveen, die we beter kennen als Hannelore Winter, zingt ‘Meuderke leef’ en ‘Zo’n maedje’.

 


Het orkest dat de vocalisten begeleidt, zijn de Venlo Boys. Het bestaat uit Willy Caron (bas-saxofoon), Piet Holthuysen (slagwerk), Peter van Horick (trompet), Gotje Schuurmans (accordeon) en Harry Bodde (bas). De leider van het muziekensemble is Dré Flos, hij speelt klarinet en saxofoon. Het plaatje is een uitgave van de Europese Fono Club die een hoofdvestiging had in Amsterdam en een bijkantoor in Venlo aan de Hoogstraat 11. Het label richtte zich oorspronkelijk alleen op natuurliefhebbers. Het bracht platen op de markt met vogelgeluiden. In de kringloopwinkel van Doortocht hebben we drie van dergelijke ‘gevleugelde’ uitgaven gevonden. Die draaien we af en toe voor onze katten Lilo en Okkie.

‘Vastelaovend in Venlo’ heeft een opvallend hoesje. In een tekening zijn de portretfotootjes van de artiesten gemonteerd. Een heel jonge Hannelore staat in het midden. Het plaatje is niet in een studio opgenomen. Daarvoor klinkt het te iel. Ik heb me laten vertellen dat het een registratie is van een optreden in de Citybar, toentertijd geëxploiteerd door Giel Aerts. Zo te horen is er weinig techniek aan te pas gekomen, maar dat is natuurlijk juist de charme.

Even iets over de liedjes. ‘Meuderke leef’ is van de vastelaovend van 1960. ‘Zo’n maedje’ was nummer één in 1961. In het begin van de jaren zestig was het nog zo, dat de artiesten die op de Leedjesaovend gewonnen hadden, niet per definitie op de plaat van Jocus kwamen. Het Venlose vastelaovesgezelschap liet de liedjes in de studio inzingen door steeds dezelfde, geprivilegieerde vocalisten: de zogenaamde Hofzangers. Zo kon het gebeuren dat Hannelore met ‘Meuderke leef’ op de Leedjesaovend een derde prijs in de wacht sleepte, maar dat Lieske van Wessel het opnam. Hetzelfde overkwam Hannelore met ‘Blauwe Auge’. Zij won ermee, maar het werd op de plaat gezet door Felix Peters. Met deze uitgave van de Europese Fono Club kreeg Hannelore de eer die haar als vocaliste toekwam. Buiten Jocus om natuurlijk!

‘Blauwe Auge’ wordt op dit plaatje door een mystery guest vertolkt. Net als ‘Wao doon we det van’ wordt het gezongen door een persoon die zich verschuilt achter ‘Maske’. Een toepasselijke artiestennaam voor de vastelaovend. Nu zoveel jaren verstreken , wordt het tijd het mysterie te onthullen. ‘Maske’, zo vertelde Hannelore Winter, is niemand minder dan Willy Caron. De Venlose Caruso stond in 1961 onder contract bij Philips. Als aanstormend talent nam hij voor het Eindhovens label drie 45-toeren plaatjes op. Een met een koor en orkest onder leiding van Jack Bulterman, de kundige musicus en arrangeur die we ook kennen van de Jocusplaatjes uit de jaren zestig. Er was geen denken aan dat hij voor een ander label mocht werken. Met ‘Maske’ omzeilde hij dit verbod.

Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.