- door Sef Derkx -
Het is ideaal weer voor mossen. Gestage druilregen die kortstondig wordt afgewisseld door een flets zonnetje. Ideaal weer dus ook voor kunstenaar Hans Reijnders, een van de weinige fans van mossen in Venlo. Veel tuinliefhebbers zijn hyperallergisch voor mossen. Ze bestrijden ze. Reijnders koestert ze als ware ze couveusebaby’s.
Lijn 5 van Arriva heeft ons naar het voormalige klooster en weeshuis Nazareth in ’t Ven gebracht. De beeldhouwer woont en werkt in een vleugel van het monumentale pand. Het onderhoud ervan is een constante bezigheid. Maar dat is een ander verhaal. Vandaag zijn we hier voor de mossen. Schuilen voor de regen is er niet bij. We gaan eerst een kijkje nemen in de tuin. Die is niet zo groot maar ongelooflijk mooi. Mits je oog hebt voor de bijzondere esthetiek en Hans Reijnders je als bevlogen gids op de details wijst.
Zo’n twintig jaar geleden ontdekte hij op het graniet bij zijn openluchtatelier sporen van mossen die aan het ontluiken waren. Bestaande plannen om op die plek een vijver te graven, waren meteen van de baan. Er werden bomen geplant om schaduw te creëren. Met een wig in het gebladerte, waardoor zacht, gefilterd licht in de tuin valt. Hier en daar staan Koreaanse lantaarns van opeengestapelde ronde stenen. Het ene mos is het andere niet. Je hebt bijvoorbeeld bladmossen, hauwmossen en levermossen. Met tal van soorten en subsoorten. Ze worden beschouwd als de oudste, primitieve landplanten.
Het is een misvatting te denken dat mossen nauwelijks verzorging vragen. Dus ideaal zouden zijn voor de luie tuinbezitter. Bijna dagelijks is Reijnders in de weer om gevallen blaadjes weg te halen. Chirurgische precisie vraagt het verwijderen van grassprietjes. Kost wat kost moet worden voorkomen, dat bij het wieden van de ongewenste indringers er stukjes mos worden losgetrokken. De techniek heeft de beeldhouwer voor het eerst gezien in 1991 in het park Kokedera in de Japanse metropool Kyoto. In de tuin groeien naar schatting 120 verschillende mossen. Ze staan onder esdoorns, pijnbomen en varens. Het complex is zo’n 1300 jaar oud.
Reijnders vertelt er lyrisch over. Hij zag hoe tientallen frêle Japanse dames op sloffen voorzichtig langs de plakken mos schuifelden. Zodra ze een stengeltje van een andere plant ontdekten, werd er ingegrepen. De indringer werd geklemd tussen wijsvinger en middelvinger en met de andere hand losgetrokken. Reijnders onderging een eeuwigheidervaring, zoals hij het zelf omschrijft. Een blijvende liefde voor mossen was geboren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten