maandag 30 december 2024

Van Nul tot Nu van dinsdag 24 december 2024 - Bisdom wilde echt alles weten

 - door Albert Lamberts -

Begin 1945, zowat half Noord-Limburg was in de winter ’44 –’45 naar het noorden van het land geëvacueerd, wilde het bisdom Roermond weten hoe het de begeleidende zielzorgers was vergaan. Vooral wilde het bisdom weten hoe de andersgelovigen zich hadden gedragen ten aanzien van de katholieke, Limburgse evacuees.

17 januari '45: evacuatie. Weinig kon er mee. (foto uit Oorlog en herstel in Noord-Limburg. Uitgeverij Dagblad voor Noord-Limburg, tweede druk, 1950)

Niet een paar vragen, o nee, het bisdom vroeg de geestelijke dienaren werkelijk het hemd van het lijf. De vragen waren niet enkel gericht aan mede-geëvacueerde priesters, maar ook priesters, die niet geëvacueerd zijn, en toch zielzorg voor geëvacueerden uitoefenen, gelieve deze vragen ook te beantwoorden, mutatis mutandis.

Een van degenen, die het vragenformulier werd geacht in te vullen was pater Raphaël van de paters dominicanen aan de Kleine Beekstraat in Venlo.

Voor het antwoord op de voorlaatste vraag, vraag 13, was de meeste ruimte vrijgelaten. De vraag luidde: Korte beschrijving van heelen gang van zaken. En dan komt de toelichting op de vraag: Klein historisch relaas: hoe alles verliep, waarbij verwezen kan worden naar de antwoorden op bovenstaande vragen, (o.a. vanwaar en op welken datum bent Uzelf vertrokken; reisroute, kamp, stopplaatsen van langere duur, ongelukken, waar, wanneer aangekomen? Was U bij Uwe parochie? Is die geheel of gedeeltelijk geëvacueerd? Hoeveel procent? Waar werden Uw parochianen ingekwartierd? Welke kloosters of gestichten werden uit Uw parochie geheel of gedeeltelijk geëvacueerd?

Nou, ga er maar aan staan. Pater Raphaël was nog niet teruggekeerd naar Venlo. Hij woonde nog, zo kunnen we opmaken uit zijn antwoord op 1 Personalia, sub 4: Tegenwoordig adres: 26 Januari – 15 Mei p/a Ds. J. Nieuwkoop, Noorderstr. Ulrum

Na 15 mei tot …. p/a R. Oostshuis. Garage, Noorderstr. Ulrum (klein dorp ten oosten van de Lauwerszee in het noordwesten van de provincie Groningen).

Na de vraag over personalia barst het los: 2. Plaats. 1. Nauwkeurige naam van plaats(en) en plaatsjes waar U werkt. Plichtsgetrouw vult pater Raphaël in: Gemeente Ulrum, onvattend de volgende dorpen: Ulrum, Zoutkamp, Vishuizen, Hornhuizen, Niekerk. 2. Onder welke Parochie en Dekenaat ligt dit terrein (met naam en adres van den betreffende pastoor. 3. In welke Provincie en onder welke Gemeente(n): Zoo enigszins mogelijk, make men of late men maken een klein kaartje, waarop bedoeld gebied gedetailleerd wordt aangegeven met aanduiding van afstanden en hoe dit gebied aan dat van andere geestelijken, die voor geëvacueerden zorgen, grenst en daarin overgaat. Dat ging pater Raphaël kennelijk iets te ver, want zijn antwoord was kort en krachtig: Groningen

Vraag 3 ging over andere geestelijken en religieuzen, maar op alle drie de daaronder gestelde vragen kwam een streep.

4. Kerkdienst. 1. Waar en wanneer Kerkdienst (nauwkeurig opgeven aard van het gebouw, aan wien het toebehoort, waar gelegen: als het een kerkgebouw is: van welke belijdenis, naam van den resp. dienaar; dagen en uren, waarop Katholieke Kerkdienst pleegt gehouden te worden enz.);

Wordt vervolgd.

Reageren? Stuur Albert Lamberts een e-mail: albertlamberts@home.nl.

Kerstmis ondergronds

- door Albert Lamberts -

 Zondag 3 December. De Duitschers beginnen er mee bepaalde straten tot Sperrgebiet te verklaren en de menschen op zeer korten termijn uit hun huis te zetten. Pater Ambrosius van Adrichem o.p. putte in augustus 1945, enkele maanden na de bevrijding, uit zijn geheugen om Langer dan ik beloofde   … een verslag van de Venlosche oorlogsgebeurtenissen en een kaartje te maken.

De dominicaan was een van de velen die een verhaal schreven of een dagboek bijhielden over het laatste halfjaar van de oorlogshandelingen in Venlo. Bij de een is sprake van een gedetailleerde verslaggeving, de ander is summier. De een vertelt hoe Kerstmis 1944 werd doorgebracht, in schuilkelders, in spanning. De ander kijkt al een hele tijd vooruit naar de dreiging van de evacuatie.

 Het verslag van pater Ambrosius over de kerstdagen van ’44 bijvoorbeeld is zeer, zeer beknopt in tegenstelling tot zijn verslaglegging over de bombardementen. Nauwkeuriger gezegd: over Kerstmis 1944 schrijft hij niet. Over zijn latere beknoptheid verontschuldigt hij zich nadrukkelijk: Ik heb getracht kort en zakelijk te zijn en ik hoop dat U het niet onvolledig zult vinden. Nou ja, lees maar mee. Hij springt na 3 december 1944 (de dag dat Blerick werd bevrijd) naar donderdag 11 januari: Er wordt bekend gemaakt dat de evacuatie onherroepelijk door zal gaan. Zondag 14 Januari. De Grünen zetten de bewoners van de Veldenscheweg en omgeving op straat.

 Zijn collega-pater Roemer is veel uitgebreider van stof in zijn dagboek, dat hij bijhield vanaf 1 september 1944 tot april 1945. Maar hij heeft het voornamelijk over huisvesting, nadat door de bombardementen hun patersklooster en College Albertinum volledig waren verwoest. Pater B. van de Meiracker schreef: 23 Dec. Heb ik op de Vijverhof biecht gehoord voor de menschen uit de buurt. 24 Dec. Biecht gehoord voor de menschen uit de buurt van de ’12 Apostelen’  (huizen aan Urbanusweg – Hogeschoor in Venlo) bij de boer Beaumont en daarna op de fabriek van Russel-Tiglia. Kerstnacht een op de Vijverhof mis gelezen voor de menschen uit de buurt, om 5 uur. Daarna bij de boer Beaumont in de koeienstal en in de fabriek van Russel-Tiglia.



Ook een telg uit de bekende Venlose ondernemersfamilie Van der Grinten hield een dagboek bij tussen 25 augustus 1944 en 13 mei 1945. In aanloop naar Kerstmis ’44 had de familie al heel wat doorstaan, onder andere door Duitse ‘inwoning’. De grootste schuilkelder in de fabriek was inmiddels de woning geworden. We weren ons duchtig, koken op spiritusstellen die geweldig roeten, zijn zo zwart als de plaat en trachten ons toch zo goed mogelijk schoon te houden. Kerstmis. Toch nog een feest, met Annemie lekker gekookt, een echt menu! 30 December. Het Sperregebiet wordt zoo uitgebreid dat we onze schuilkelder moeten verlaten.

Een uitgebreid verhaal schreef een broeder van O.L. Vrouw Onbevlekte Ontvangenis. Zijn klooster direct naast de Sint-Martinuskerk stond met Kerstmis ’44 zo goed als leeg. De broeders waren uitgezworven over talloze adressen aan de rand van de stad.

Het dagboek Zo maar een greep uit de belevenissen van de broeders te Venlo in de oorlogsjaren 1940 – 1945 is vrij uitgebreid. Daar waar hiaten zaten werden door een lotgenoot aanvullingen gedaan, puttend uit de herinneringen. 

Op Kerstmis werd er in verschillende kelders en kamers feest gevierd. Onze broeders luisterden op verschillende plaatsen deze plechtigheid met gezang op. Op de Straelseweg hadden de broeders een programma van kerstliederen gedrukt met de cyclostyle zodat de mensen gezamenlijk konden meezingen. De drie H.Missen werden voor die dag in de grote toneelzaal opgedragen, waar naast het altaar op het toneel een mooie kerststal met versiering was aangebracht. 

Reageren? Stuur Albert Lamberts een e-mail: albertlamberts@home.nl.

De Halte XXL van dinsdag 24 december 2024 - Hulsterhof

 - door Sef Derkx -

We zijn uitgestapt bij de Drie Kronen, de eerste halte in Tegelen vanuit Venlo. De Drie Kronen was een horeca-etablissement, dat bijna drie eeuwen op deze plek heeft gelegen. Het café was razend populair. Het kleurrijke duo Appie & Henk exploiteerden De Drie Kronen zo’n halve eeuw geleden. In 1990 werd het pand gesloopt om ruimte te maken voor de afrit van de Zuiderbrug. Zonde dat Arriva niet gekozen heeft voor de naam Drie Kronen, maar voor halte Zuiderbrug, Tegelen.



Drie Kronen (van Facebookgroep Groot Venlo van Arcen tot Belfeld/met dank aan Math Aerts)

We steken over naar de Bosserhofweg. In de interessante publicatie van Jos Wolbertus over straatnamen in Tegelen wordt de vijftiende-eeuwse Bosserhof vermeld. Vlak voor de Tweede Wereldoorlog is de hoeve gesloopt. De Bosserhofweg is heden ten dage een keurige straat met onder meer een appartementencomplex en moderne, ruime woningen.


Detail Tranchotkaart met in rood ovaal Hulsterhof, links ervan de Bosserhof en aan weg Tegelen-Venlo Drie Kronen (collectie Gemeentearchief Venlo)

Het doel van de expeditie vandaag is de Hulsterhof, een historische boerderij die godzijdank aan de slopershamer is ontsnapt. Van oorsprong is het een hoeve, bestaande uit drie gebouwen met eromheen een gracht. Het hoofdgebouw is ruim dertig meter lang en elf meter breed. Het bestaat uit een woon- en stalgedeelte, gescheiden door een brandmuur die boven het dak uitsteekt. 

Hulsterhof, 1924 (van Facebookgoep Heemkundige kring Tegelen)

De oudste vermelding van de Hulsterhof dateert van 1385. Twintig jaar later wordt de pastoor van Kaldenkerken als eigenaar genoemd, Johan van Nijvenheim. Telg uit een opvallende familie. Een neef van pastoor en latere bezitter van de hoeve was Godard van Nijvenheim. Bepaald geen brave borst, hij had in de gevangenis gezeten wegens moord. Broer Elbert stond bekend als ‘vijand van de stad Venlo’. Hij perste rijke boeren geld af door te dreigen met brandstichting. Naar verluidt had hij in een hoogoplopende ruzie iemand beide oren afgesneden. 

Geen lieverdjes die twee, dus zal de Van Nijvenheimstraat in Venlo niet naar hen vernoemd zijn. In aanmerking ervoor kwamen wel de zussen Catharina en Irmgard van Nijvenheim, vrome kloosterzusters. Maar een straat vernoemen naar een vrouw? Dit was ongebruikelijk tot diep in de vorige eeuw. Nee, de naamgever van de van straat is Nicolaas van Nijvenheim. Een latere eigenaar van de Hulsterhof en eveneens pastoor in Kaldenkerken. De zielenherder had vrouw noch kroost. Met de familie had hij weinig op. In 1541 laat pastoor de Hulsterhof na aan de zogenaamde Armentafel van de heilige Geest in Venlo. Het was een kerkelijke instelling die zich bezighield met armenzorg. De opbrengst uit de pacht van de hoeve vloeide in de kas van dit charitatief instituut (wordt vervolgd). 

Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.    

vrijdag 20 december 2024

December 1944... Kerstmis komt in zicht

 - door Sef Derkx -

December 1944. Over Venlo en Blerick ligt een sluier van ontzetting, van doodsangst, van rouw. Rauwe rouw, zonder mededogen. Een afgrondelijke afgrond van gevoelens. De bombardementen van oktober en november hebben de historische kernen van Venlo en Blerick getroffen. Met rampzalige gevolgen: doden, gewonden, vermisten en daklozen. Trauma’s. Telkens weer als het stof is neergedaald, blijken de bruggen over de Maas nog intact. Om radeloos te worden.



The perfect battle of Blerick is in volle gang (collectie Imperial War Museum, Londen)

Vanaf vijf uur in de morgen van zondag 3 december 1944 wordt een tapijt van granaten over Blerick gelegd. Er lijkt geen einde aan te komen, weinig huizen blijven onbeschadigd. Via verschillende invalswegen rukken pantservoertuigen en infanteristen op. Rond vier uur ’s middags komt The perfect battle of Blerick ten einde. Kees Kokke, gemeentearchivaris van Venlo noteert hij in zijn dagboek. ‘Vannacht zijn tussen 3 en 6 uur bij de Pope troepjes Duitsers komen binnendruppelen. Zij waren zeer onderkomen en neerslachtig. Sommigen druipnat. Ze waren uit Blerick ontvlucht en de Maas overgestoken. De hele troep was verder erg neerslachtig. Hoopten maar, dat ze gauw Urlaub kregen om met Kerstmis thuis te kunnen zijn.’

Kort na de bevrijding van Blerick, een dame wordt geholpen (collectie Imperial War Museum, Londen)

Blerick is bevrijd, de Maas frontlinie en Venlo frontstad. De geallieerden brengen de bevolking van Blerick naar veiliger oorden. De binnenstad van Venlo wordt Sperrgebiet. Bijna constant is er artillerievuur tussen de bezetter en bevrijders. Op straat ben je je leven niet zeker. 
Aanplakbiljet, 19 januari 1945 (collectie Gemeentearchief Venlo)

De bewoners moeten hun huizen achterlaten. Ze zoeken onderdak bij familie en vrienden of voegen zich bij de duizenden Venlonaren in Tegelen, waar de situatie verre van gunstig om geheel onvoorzien en onvoorbereid, enige duizenden berooide gasten te ontvangen. Ook een gedeelte van Tegelen was Sperrgebiet. Men leefde er grotendeels in kelders, de voedselvoorziening was zeer nijpend. Maar de Tegelenaren zetten spontaan hun haart en huis open voor de vluchtelingen uit Venlo. Ze ruimden in kelders een plaatsje in; ze waren bereid lief en leed samen delen. Op elke drie inwoners van Tegelen trof men in die decemberdagen één Venlonaar aan.


Venlose evacués bij de trappisten op Ulingsheide (collectie Gemeentearchief Venlo)

Op de oostelijke Maasoever ontstaat in december 1944 een schrijnend gebrek aan voedsel, medicijnen, brandstof, kleding – ja, eigenlijk aan alles. Bovendien gaat het gerucht dat de bezetter de bevolking dwingt te vertrekken. Een evacuatie met onbekende bestemming is een schrikbeeld. Venlo is weliswaar een puinstad, maar het is hún puinstad, waar de bewoners het liefst blijven.

Mia van Lokven van de door bommen goeddeels verwoeste Steenstraat heeft onderdak gekregen in het patronaatsgebouw van de Heilig Hartparochie. Mia helpt pastoor. Op 22 december 1944 wordt de kerstgroep geplaatst: ‘Hoe jammer dat we weer in het donker zitten. Hopelijk hebben we met Kerstmis licht.’  

Kerstavond 1944 breekt aan. Het bataljon Fallschirmjäger, dat het Sperrgebiet bewaakt, is met onbekende bestemming vertrokken, meldt archivaris Kees Kokke: ‘Wachtposten zijn ingetrokken en velen maken daarvan gebruik om nog levensmiddelen en goederen uit hun huizen te halen.’ ‘In de Kerstnacht,’ meldt hij aangedaan ‘zijn 2 kinderen van honger en koude gestorven, terwijl afgelopen dagen 8 kinderen, afkomstig uit de schuilkelder in de Rummerstraat, bij het ziekenhuis werden binnengebracht, die de hongerdood nabij zijn. Zij waren blauw van de kou en hun lichaampjes waren gezwollen. De winter is ingevallen en het heeft de laatste nachten 7 tot 8 graden Celsius gevroren.’

Jan Smets (particuliere collectie)

Naar Helden-Dorp is Blerickenaar Jan Smets met zijn gezin geëvacueerd. Hij noteert op zondag 24 december 1944: ‘Dit zal wel de meest ellendige Kerstmis zijn die we ooit zullen beleven of ooit beleefd hebben. Nooit hebben we zo goed de betekenis begrepen van de woorden en er was geen plaats voor hen. Het is bitterkoud. De ijsbloemen staan op de ruiten. De kinderen hebben een stalletje gemaakt van een leeg sigarenkistje. Het kerstgroepje knippen ze uit van een plaatje uit een missieboekje. Het boompje is een dorre tak. Ze hebben hem versierd met papiersnippers die door vliegtuigen uitgeworpen zijn.  Ja, morgen is het Kerstfeest, vredesfeest!’

Eucharistieviering in kelder (collectie Gemeentearchief Venlo)

In Venlo worden veel kelders in de kerstnacht missen gelezen. Ruim zestig priesters zijn over de verschillende wijken verdeeld. Mia van Lokven helpt in de patronaatszaal van Heilig Hartparochie. Elektrisch licht is er niet: ‘Het was erg donker in de zaal, want alleen de kaarsen op het altaar brandden. Er waren alleen staanplaatsen. Er werden prachtige kerstliederen ten gehore gebracht. De meer bekende liederen werden door de parochianen meegezongen. Onder het uitreiken van de communie liet pastoor een hostie vallen. Het was ook zo donker. Ik nam de kandelaar van de communiebank en plaatste die op de grond, zodat pastoor het kon zien.  

Mien Meelkop schrijft in deze gitzwarte dagen een gedicht over haar geboortestad. ‘Erm Vendelo’ wordt  door velen als een kettingbrief overgeschreven en verspreid. In de Kerstnacht van 1944 wordt het gedicht voorgelezen:

Erm Vendelo, geleefde stad
wie dreuvig noow dien straote,
dien alde huuzer waalbekind,
kepot, ineingeschaote.

’t Is alles duëds en stil, d’r zien
gen minse, die nog praote
mien erme, alde vaderstad
geslage en verlaote.

Ós ald stadhoes steit gans allein
in ós getroffe stad:
mien stedje, och noow weit ik pas
wie leef det ik dich had.

Reageren? Stuur Sef Derkx een email: floddergats@xs4all.nl.

donderdag 19 december 2024

De Halte XXL van woensdag 18 december 2024 - De gruwelijke laatste levensjaren van Erich Hirschberger uit Blerick

- door Sef Derkx - 

We waren bij de onthulling geweest in Blerick van de struikelstenen voor Joodse Holocaustslachtoffers. De belangstelling was hartverwarmend groot. Zo'n tachtig geïnteresseerden liepen mee vanuit 't Raodhoes.


Onthulling struikelstenen aan de Antoniuslaan (foto's met dank aan Renier Linders)

Maar bij een bezoek aan struikelstenen horen stilte en aandacht. Dus namen we enkele dagen later de bus naar de Burgemeester Gommansstraat. Onze eerste halte was de Van Laerstraat, de volgende de Antoniuslaan. Voor de panden met de huisnummers 49 en 51 liggen acht struikelstenen. Met evenveel afgrondelijk trieste verhalen. Dat van Erich Hirschberger raakte ons diep. Het werd verteld door Paul Alexander, een ver aangetrouwd familielid.

Gezin Hirschberger-Mayer (archief familie Mayer-Alexander/met dank aan Gerrit van der Vorst)

Erich Hirschberger, twee jaar oud (archief familie Mayer-Alexander/met dank aan Paul Alexander)

Erich Hirschberger (1922-1945) woonde in het voorjaar van 1932 met zijn ouders in Mönchengladbach. In november 1933 vertrokken Erich en zijn moeder Selma Hirschberger naar Venlo. Vader Stephan voegde zich later bij het gezin, waarna ze samen verhuisden naar de statige Sint-Antoniuslaan in Blerick, dat destijds nog deel uitmaakte van de gemeente Maasbree. 

Prentbriefkaart Sint-Antoniuslaan, jaren twintig (geplaatst in Facebookgroep Groot Venlo van Arcen tot Belfeld/met dank aan Math. Aerts)

Sint-Antoniuslaan ter hoogte van de Antoniuskerk, jaren dertig (collectie Limburgs Museum)

Sint-Antoniuslaan, waarschijnlijk jaren dertig (geplaatst in Facebookgroep Groot Venlo van Arcen tot Belfeld/met dank aan Math. Aerts)

Erich ging aanvankelijk nog naar school in Kaldenkerken. Later kwam hij op de Ambachtsschool in Venlo. Erich was een intelligente en vrolijke jongeman, volgens de familieverhalen. Eind jaren dertig werden de berichten uit Duitsland angstaanjagend. Vader Stephan Hirschberger zou tegen bezorgde Blerickenaren hebben verzucht: ‘Waar maakt u zich zorgen om als de Duitsers komen? U hebt alleen maar de kogel te vrezen, wij echter de Gestapo.’ Op de dag van de inval, 10 mei 1940, zal het gezin Hirschberger ongetwijfeld in de vroege ochtend wakker geschrokken zijn door een daverende klap: de Maasbruggen waren opgeblazen.  

Ambachtsschool, still uit documentaire 'Venloo', 1930 (geplaatst in Facebookgroep Groot Venlo van Arcen tot Belfeld/met dank aan Math. Aerts)

Kort na de inval laat een Duitse militair zich vereeuwigen bij de opgeblazen bruggen tussen Venlo en Blerick (collectie Gemeentearchief Venlo)

Erich Hirschberger met zijn fiets (archief familie Mayer-Alexander/met dank aan Paul Alexander)

We maken een sprong in de geschiedenis. Vanaf 3 mei 1942 moesten joodse Nederlanders een ster dragen. Duidelijk zichtbaar en zelf betaald. Enkele weken later moest Erich zijn nieuwe fiets inleveren, waar hij zo trots op was. Op zondag 23 augustus 1942 sloeg het noodlot toe. Het gezin kreeg de oproep zich de volgende dag te melden op het Venlose politiebureau voor transport naar Maastricht. Van daaruit werden ze overgebracht naar Kamp Westerbork. Zes dagen na hun gedwongen vertrek vanuit Blerick werden vader en moeder Hirschberger vermoord in Auschwitz. Op het transport erheen waren ze gescheiden van hun zoon Erich. 



Blechhammer was een werkkamp en vanaf april 1944 een buitenkamp van Auschwitz. Gevangenen werkten in de Oberschlesische Hydrierwerke AG fabriek, waar synthetische brandstof geproduceerd werd. In januari 1945 zaten er ruim 4.000 gevangenen. Ze werden later geëvacueerd naar Gross-Rosen, waarbij een deel van de gevangenen om het leven kwam (foto boven Frank Falla Archive/University of Cambridge, foto beneden Wikipedia)

Hij kwam in het werkkamp Blechhammer terechtkwam. De omstandigheden moeten er gruwelijk zijn geweest. Op 23 januari 1945 werd het kamp ontruimd omdat het front naderde. De gevangenen die nog konden, werden gedwongen in een dodenmars door de ijzige vrieskou naar het westen te lopen. Op 27 januari 1945 noteerde een dominee in het begrafenisboek van het dorpje Müllmen (nu Wierzch) dat hij drie bevroren mannen langs de kant van de weg had gevonden. Ze werden ter aarde besteld op de plaatselijke begraafplaats. Pas in 2004 werd duidelijk dat Erich Hirschberger een van hen was.   


Begraafplaats in Wierzch (foto's met dank aan Paul Alexander)

Tot slot. In het boek De geschiedenis van mijn nieuwsgierigheid beschrijft Paul Alexander de zoektocht naar het graf van Erich Hirschberger. De Blerickse jongen, die gruwelijke laatste levensjaren heeft gekend.


Reageren? Stuur Sef Derkx een email: floddergats@xs4all.nl.

donderdag 12 december 2024

Van Nul tot Nu van woensdag 11 december 2024 - De Groote Heide was oefenterrein (3 en slot)

 - door Albert Lamberts -

Toen in september 1944 geallieerde bommen een einde maakten aan het Duitse vliegveld Der Fliegerhorst op de Groote Heide bij Venlo betekende dat nog geenszins het einde van militaire activiteiten op dit terrein op de Steilrand. Net als de Nederlandse militaire autoriteiten en net als de Duitse bezetter zagen ook de Amerikanen de voordelige ligging van een vliegveld op dat stukje grond in Venlo en Duitsland.

Evenals trouwens de Duitse veldmaarschalk Herman Göring, de baas van de Duitse Luftwaffe, kwam ook de Britse leider Winston Churchill in hoogsteigen persoon naar dat vliegveld aan de rand van Venlo. Göring bezocht de Fliegerhorst in 1943 om Duitse onderscheidingen uit te reiken. Churchill stapte er uit op weg naar het geallieerd hoofdkwartier in Walbeck, enkele kilometers noordwaarts van Venlo.

Toen de strijd dan eindelijk gestreden was en de Duitsers op 8 mei 1945 capituleerden zat Venlo opgescheept met een vliegveld, dat somtijds plek bood voor optredens, zoals eens door de befaamde Glenn Miller Band, voor sportwedstrijden en voor trainingsdoeleinden. Geen oorlogshandelingen, geen bombardementsvluchten meer. De Amerikanen ontmantelden het vliegveld, waar vandaan trouwens ook ‘Venlose’.


Een vlieger bevestigt een met een boodschap voorziene bom aan zijn kist (foto collectie Albert Lamberts) 

Merauders bijdroegen aan de strijd tegen Nazi-Duitsland.

Nog jarenlang stond kapot oorlogstuig op het voormalige vliegveld om nog maar niet te spreken over niet ontplofte explosieven. Pas veertig jaar nadat het vliegveld door de Geallieerden onklaar was gemaakt startte de Explosieven Opruimingsdienst (EOD) met een schoonmaakactie. De resultaten waren verbluffend. Binnen zes jaar had de dienst al meer dan 311.000 stuks bommen, waaronder een 500 lbs (pounder, circa 225 kilo) en een 250 lbs, uitgegraven, naast niet ontplofte granaten en andere explosieven. De Explosieven Opruimingsdienst had jaren en jaren nodig om de Groote Heide ‘schoon’ te maken. De betonnen restanten van start- en landingsbanen werden geruimd, evenals tal van voormalige onderkomens voor officieren, piloten en ander personeel. Maar nu nog, tachtig jaar na de uitschakeling van het vliegveld op de Groote Heide in Venlo en op Duits grondgebied, is het terrein toch nog vergeven van overblijfselen van het oorlogsverleden. Geraamtes van hangars en in het landschap opgenomen gebouwen herinneren aan die zwarte episode van de Groote Heide.

Een andere herinnering is een plaquette tegen het Mariakapelletje aan de Schaapsdijkweg: 1940-1945 - Vliegveld Venlo – aan hen die vielen – Royal Air Force – United States Army Air Forces – burgers en dwangarbeiders – Luftwaffe.

Nog aan het begin van deze eeuw bezochten veteranen de voormalige Fliegerhorst. In colonne trokken de jeeps in 2001 met de Geallieerden de Schaapsdijkweg op om bij de onthullingsplechtigheid van de plaquette aanwezig te zijn.

Natuurlijk, toen de eerste militairen in 1883 naar de Groote Heide trokken om te oefenen kon niemand de vreselijke toekomst voorspellen. Die toekomst is verleden geworden en de natuur heeft inmiddels haar recht weer opgeëist.

Reageren? Stuur Albert Lamberts een e-mail: albertlamberts@home.nl. 

De Halte XXL van woensdag 11 december 2024 - Een struikelsteen in de Van Laerstraat

 - door Sef Derkx -

We waren in Blerick geweest bij de onthulling van struikelstenen voor de Joodse slachtoffers van de Holocaust. Het was overweldigend druk. Enkele dagen later besloten we terug te gaan. In alle rust. 


Onthulling struikelsteen in de Van Laerstraat voor Martin Mayer (foto's met dank aan Foto Kino Linders)

De bus naar De Vossener bracht ons naar de eerste halte over de brug, die aan de Burgemeester Gommansstraat. Vandaar is het slechts een kippeneindje naar de eerste struikelsteen. Die voor Martin Mayer in het trottoir voor het pand Van Laerstraat 28. Dankzij het diepgravend onderzoek van Gerrit en Heleen van der Vorst zijn we geïnformeerd over leven en lot van deze vluchteling uit nazi-Duitsland. 

Martin Mayer (foto met dank aan Gerrit van der Vorst/collectie Gemeentearchief Venlo) 

Veehandelaar Martin Mayer (1877-1943) woonde in de jaren dertig in Niedermendig. Zijn vrouw was overleden in 1935. Hun kinderen waren na de machtsovername van Hitler voor en na uit Duitsland vertrokken. Dochter Bella vestigde zich in Venlo en trouwde in 1937 met Peter Fassbender. Het echtpaar ging aan de Oude Markt wonen. Kort na de Kristallnacht in 1938 diende Peter een verzoek tot toelating van zijn schoonvader tot Nederland in. In januari 1939 werd een voorlopige verblijfsvergunning verleend, eind april meldde Martin Mayer zich bij de douane op het station van Venlo. Steunend op een stok wandelde hij zijn familie tegemoet. Opgelucht dat hij aan de vreselijke onderdrukking in nazi-Duitsland was ontkomen. Eindelijk vrij, maar nog niet wetend dat die vrijheid slechts van korte duur zou zijn.

Station Venlo, 1933 (met dank aan Math Aerts)

Station Venlo (met dank aan Math Aerts)

Op 3 mei 1940 verhuisde hij met dochter en schoonzoon naar de Van Laerstraat in Blerick. Zeven dagen later schrokken ze even na vier uur ’s nachts wakker van een enorme dreun. De strategische bruggen tussen Venlo en Blerick waren opgeblazen. De Tweede Wereldoorlog was ook voor Nederland een feit. Het door afgrondelijke Jodenhaat doordesemde regime waarvoor Martin Mayer ruim een jaar eerder was gevlucht, had hem ingehaald. Hoe zou het hem te moede zijn geweest?

Nieuwe Venlosche Courant, 30 maart 1945 (gevonden via www.delpher.nl)

De eerste deportatie op dinsdag 25 augustus 1942 ging aan Martin Mayer en andere oudere joodse inwoners van de gemeente Venlo voorbij. Maar het was slechts uitstel. Op 30 maart 1943 verscheen een bericht in de Nieuwe Venlosche Courant, waarin een verblijfsverbod voor alle joodse personen werd afgekondigd. De vijftien oudere, achtergebleven joodse inwoners moesten naar Kamp Vught. Acht doken onder, Martin Mayer en zes lotgenoten werden gearresteerd. 

Struikelsteen voor Martin Mayer (met dank aan Foto Kino Linders)


Na Kamp Vught volgde kamp Westerbork. Van daaruit vertrok op 11 mei 1943 een trein met 1.446 mensen naar vernietigingskamp Sobibor. Martin Mayer werd meteen na aankomst vermoord.   

Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.

woensdag 11 december 2024

Van Nul tot nu van woensdag 4 december 2024 - De Groote Heide was oefenterrein (2)

- door Albert Lamberts -

Defensie is op zoek naar locaties voor de aanleg van militaire oefenterreinen. Venlo en ook Blerick hadden voorheen oefenterreinen binnen hun grenzen: de Groote Heide in Venlo en Crayelheide in Blerick. De laatste locatie stond tot onlangs enigszins op het netvlies van Defensie, maar de blik is verlegd. Hieronder gaat het over de Groote Heide als militair terrein in de vorige eeuw.

De militaire aanwezigheid in het gebied aan de oostkant van Venlo dateerde van 1883 en bood cavalerie en infanterie prima oefenterrein. De uitstekende ligging voor de aanleg van een vliegveld was in 1940 ook weldra door de Duitsers onderkend. In november 1940, een goed half jaar na de inval in mei van dat jaar, begonnen de Duitsers voortvarend met de aanleg van wat de Fliegerhorst ging heten, het grootste militaire vliegveld op het westelijk vasteland van Europa. Zo’n zestig bedrijven en maar liefst 15.000 arbeiders legden in nog geen half jaar een enorm vliegveld aan. Voor zo’n tien miljoen gulden werden 2500 hectare Groote Heide (ook het deel op Duits grondgebied) verbouwd tot drie start- en landingsbanen, hangars, onderkomens voor officieren, piloten, werkplaatsen, afweergeschut, enzovoorts. Vanaf de Fliegerhorst werd de luchtoorlog in het zogenoemde Grossraum V gevoerd. Er zouden zelfs V1-wapens vanaf Venlose bodem zijn gelanceerd. Dat was een van de redenen, waarom de Geallieerden in 1944 dit vliegveld koste wat kost uitgeschakeld wilden hebben. Na al een reeks van aanvallen op het vliegveld te hebben uitgevoerd maakten maar liefst 105 bommenwerpers op 3 september 1944 een einde aan het vliegveld. Overigens, ook deze bombardementen hadden in Venlo talrijke doden en gewonden tot gevolg; het ergste moest nog komen. Wat er op 5 september nog restte aan bruikbare accommodatie werd door de in allerijl vertrekkende Duitsers opgeblazen. 

Resten rondbooghangaar op voormalige Fliegerhorst Venlo-Herongen (foto collectie Albert Lamberts) 

Einde van het militair gebruik van de Groote Heide? Nee, niet bepaald. Bijna direct na de bevrijding van Venlo op 1 en 2 maart 1945 namen de Geallieerden poolshoogte van de toestand van het vliegveld en al op 3 maart besloten zij het vliegveld weer gebruiksklaar te maken. In no time hadden zij de door hun eigen bommen en door Duitse destructie omgeploegde start- en landingsbanen hersteld en kon er vanaf de Fliegerhorst worden gevlogen. Nu niet richting westen, maar ditmaal naar de andere kant.  

Vliegtuigen van allerlei types deden Venlo aan om vanaf het vliegveld de Fliegerhorst  missies te ondernemen. Voor de enkele dappere Venlonaar, die het waagde stiekem een kijkje te gaan nemen en zelfs een foto te maken was er heel wat te zien. De Geallieerde vliegeniers en ander boordpersoneel hadden er schik in hun kisten en bommen behalve van een afbeelding van een bevallige dame ook van een passende boodschap te voorzien: Early morning scrub en To Hitler from mom and little Jim. Het waren bepaald geen aangename cadeautjes die meegezonden werden. Vanaf het Venlose vliegveld werden vele bombardementsvluchten naar nazi-Duitsland ondernomen.

Wordt vervolgd.

Reageren? Stuur Albert Lamberts een e-mail: albertlamberts@home.nl.

maandag 9 december 2024

De anonieme brief van een Ajax-supporter

- door Gerrit van der Vorst -

Op vrijdagavond 13 januari 1961 bracht Herman Teeuwen een anonieme brief mee naar de training van VVV. ‘Aan de heer Herman Teeuwen, semiprof V.V.V. in Venlo’, luidde de adressering. Regerend landskampioen Ajax – 2e op de ranglijst voor dat seizoen – zou die zondag naar Venlo komen, en daar ging die brief over. De schrijver noemde zich Ajax-supporter en een vriend van Ajax-speler Co Prins.

Tienvoudig international Co Prins (1938-1987) – op de foto rechtsvoor – met andere voetbalsterren, zoals Pele, in de oorlogsfilm ‘Escape to Victory’ (Daily Telegraph).

N.N. schreef: ‘Mijn vriend zegt dat hij zich helemaal niet bang maakt om de wedstrijd in Venlo. Ook meent hij, dat Ajax met minstens drie doelpunten verschil aan De Kraal zal winnen. Ajax heeft een beter moreel dan VVV.’ Rechtsbinnen Herman Teeuwen zou geen schijn van kans krijgen tegen Ajax-linkshalf Bennie Muller. De schrijver sloot dat Amsterdams-arrogante betoog hatelijk af met de vraag waarom VVV niet in stadion De Goffert in Nijmegen ging spelen: ‘Dan krijgen jullie misschien meer dan 4.500 toeschouwers per wedstrijd!

43-voudig international Bennie Muller (1938) overleed op 17 januari 2024 (Wikipedia).

Het zou voor VVV zeker een zware dobber worden tegen Ajax, met vedetten als Henk Groot, Bennie Muller, Co Prins, Ton Pronk en Sjaak Swart. Maar het streekelftal van VVV had een ijzersterke mentaliteit en stond daardoor op een dikverdiende 6e plaats. De ‘Good Old’ had nota bene de vorige zondag ranglijstaanvoerder Feyenoord op een 3-3 gelijkspel weten te houden. In de eigen Kuip, voor maar liefst 40.000 toeschouwers.

De stand voor de eredivisie op 13 januari 1961.

Als die Ajax-supporter gedacht had om dat strijdbare VVV te ontmoedigen, was hij dus aan het verkeerde adres. Zijn brief wakkerde de strijdlust in Venlo alleen maar aan: ‘Waat nondedju!’ Als extra doping werkten laatdunkende opmerkingen over de voetbaltechnische kwaliteiten van Herman Teeuwen. Die kritiek had Herman himself toevallig gehoord, toen hij op zondagmiddag voor de wedstrijd langs de kleedkamer van de gasten liep.

Herman Teeuwen was de onbetwiste leider van het VVV-collectief en voor veel tegenstanders een Angstgegner. Op de foto staat hij op het punt om de 2-2 gelijkmaker in de bovenhoek te jagen tijdens de wedstrijd VVV-Ajax (3-2) op 12 oktober 1958, ondanks de angstaanjagende tackle van Ajax-rechtsback Piet Ouderland.

De 11.000 toeschouwers in De Kraal – niks, 4.500! – zagen een tot het uiterste geprikkeld VVV stormachtig uit de startblokken komen. Maar Ajax was natuurlijk technisch en tactisch de betere ploeg, dus kwam VVV gaandeweg ook regelmatig in de verdrukking. Gelukkig staken Willy Erkens en Ton van den Hurk in een bloedvorm. Dankzij die twee uitblinkers kwamen de Amsterdammers niet aan scoren toe.

De felle technicus Willy Erkens in een resolute actie tijdens VVV-Sparta (1-1) op 23 oktober 1960. Net als Ton van den Hurk stond hij voorjaar 1961 in de toptien van alle eredivisiespelers.

Ook doelman Frans Swinkels weerde zich duchtig tijdens de wedstrijd VVV-Ajax op 15 januari 1961, dit keer ten koste van Ajacied Henk Groot. Ton van den Hurk zag goedkeurend toe.

Het zouden geen drie goals verschil in het voordeel van Ajax worden. Integendeel, het vurige Venlose enthousiasme werd uiteindelijk beloond met een 2-0 overwinning van VVV. De eerste goal viel kort voor rust. Een hoge pass van linksbuiten Jan Schatorjé kwam via het hoofd van Ajax-spil Ton Pronk voor de voeten van rechtsbuiten Hans Sleven. Die bedacht zich geen moment en schoot de bal snoeihard laag in de uiterste linkerhoek van het Ajax-doel. De tweede goal werd ook door Sleven gescoord. Die rondde een bekeken pass van Herman Teeuwen af, door de bal beheerst langs de invaller-doelman van Ajax te plaatsen.


De kop boven het artikel in De Tijd De Maasbode van 16 januari 1961.

In dagbladen als De Telegraaf, De Volkskrant en De Tijd De Maasbode werd het Venlose succes deels toegeschreven aan die hatelijke brief. Toch was de anonieme schrijver dik tevreden met de overwinning van VVV. Dat was namelijk Herman Teeuwen zelf, wie het aan originaliteit niet ontbrak.

Herman Teeuwen (10) na weer eens een doelpunt tegen Ajax, vergezeld door enthousiaste medespelers als Willy Erkens (8) en Karl Heinz Spikofski (7) op de terugtocht naar de eigen helft.

Reageren? Stuur Gerrit van der Vorst een e-mail: gp.vandervorst@xs4all.nl.

donderdag 5 december 2024

De Halte XXL van woensdag 4 december 2024 - Vliegtuigcrash in Hout-Blerick

 - door Sef Derkx -

Verbijstering. Zojuist stond op de lichtkrant van Arriva bij station Venlo nog lijn 77 vermeld. Over acht minuten vertrek vanaf halte F naar Hout-Blerick. De vertrektijd verstrijkt en er komt geen bus. We horen niets. Op advies van een medereiziger nemen we de bus naar De Vossener. Het laatste stuk naar Zalzershaof gaan we maar lopen. We worden er verwacht voor een bijeenkomst in het kader van tachtig jaar bevrijding. Met de laatste bezoekers gaan we naar binnen. 

Ruim een uur later wandelen we met dik driehonderd mensen in stoet naar Springbeach, het strandje aan de Springbeek. We lopen over met Frans Hermans, chartermeester van het Gemeentearchief Venlo. Hij is geboren in Hout-Blerick en vertelt enthousiast over de lagere school en dorpswinkels uit zijn jeugd. De bakkers en de textielwinkel zijn verdwenen, opgeslokt door grootwinkelbedrijven.

Van veel huizen in Hout-Blerick hangt vandaag het rood-wit-blauw. Ter herinnering aan het einde van de Tweede Wereldoorlog voor het dorp. Er is nog een aanleiding. Bij Springbeach wordt vandaag een informatiebord onthuld ter herdenking aan de crash van een geallieerde bommenwerper in 1943.


Van maart tot en met juli 1943 vond de zogeheten Battle of the Ruhr plaats, een reeks bombardementen van de Britse en Amerikaanse luchtmacht op het industriële hart van Duitsland. Het offensief omvatte aanvallen op industriesteden en specifieke doelen zoals staalfabrieken, wapenfabrieken en transportnetwerken. Duisburg had belangrijke rangeerterreinen en de grote staalfabriek van Thyssen. De stad werd in april 1943 drie keer gebombardeerd, zo ook in de late avond van 8 april. Op weg naar de thuisbasis in Engeland kwam een van de toestellen bij Venlo onder Duits afweervuur terecht en raakte in brand. Het scheerde over de buurtschap Nabben in de richting van Hout-Blerick. Daar vloog het langs de kerktoren om even na middernacht neer te komen aan het eind van de Holleweg, langs de Springbeek op het land van kwekerij Gerarts. De vijfkoppige bemanning kwam daarbij om het leven. Het waren James Smith (20), Paul Smith (20), Cuthburt Burke (30), Russel Cook (31) en Olivier Schulz (29).


Ze kregen een gezicht op een waterkoude novemberdag in 2024. Mark en Pippa Smith, neef en nicht van één van de bemanningsleden, waren voor de plechtigheid naar Hout-Blerick overgekomen. In een bewogen toespraak deelden ze de verhalen die zij in de familie hadden gehoord over hun oom. Indrukwekkend… zeker in het besef dat vrijheid opnieuw inzet is van een oorlog in Europa.

Reageren? Stuur Sef Derkx een email: floddergats@xs4all.nl.