dinsdag 4 januari 2022

Een interessante, uitgebreide reactie op twee afleveringen van 'De Halte' over de kloostertuin van Bethanië

- door Heinz Vink - 

Met je columns over de kloostertuin van Bethanië bracht je me terug naar mijn vroege jeugd. Mijn eerste herinneringen zijn verbonden aan de tuin van klooster Bethanië aan de Beckersweg.


De broers George, Frans en Heinz Vink op de step. Het zwart dak links op de achtergrond is van ruimte die in de jaren vijftig in gebruik als wasserij en mangelkamer van klooster Bethanië én als slaapkamer van Heinz Vink (foto familie Vink)

Jouw omschrijving: ‘Een gedeelte van de grote tuin is bestemd voor gebed en meditatie. Slingerpaden, kunstmatige grotten, kruiswegstaties en grote heiligenbeelden maken het ommuurde terrein tot een uniek stukje Venlo,’ geldt vanuit spiritueel perspectief.  Maar rond 1950 herbergde dit terrein ook tal van voorzieningen die voor de dominicanessen van belang waren om zelfvoorzienend te zijn. Daardoor kon namelijk geld worden gespaard.


V.l.n.r.   Heinz, Frans en George Vink. De tractor is de eerste van klooster Bethanië. (collectie familie Vink)

Daartoe behoorde onder meer een U-vormige boerderij met koeien, varkens en kippen. Deze lag vanaf de Beckerweg gezien rechts van het klooster. Nabij het zogenaamde Kleine Huisje, het startpunt van het kloostercomplex. Van origine was dit de herberg De Rustplaats aan de Kaldenkerkerweg. Later zou het mijn ouderlijk huis worden. De boerderij werd aanvankelijk gerund door de zusters zelf. Naderhand samen met lekenpersoneel. Helaas is deze boerderij rond 1964 door brand volledig verwoest. 

Zuster Antoinette, 1934 (foto Wiel van der Randen)

Voor de brand waren de varkensstallen al voor een deel verplaatst naar de muur langs de Kaldenkerkerweg. De slachtvarkens kregen een vrije uitloop en modderwei. Tegenwoordig zou dit het Beter Leven-keurmerk krijgen. Na de brand en vervolgens sloop van de boerderij, werd de varkenshouderij verplaatst naar Beesel. De kloosterlingen hadden er een modelboerderij opgezet, waar meer vee kon worden gehouden. Op de voormalige modderwei kwam een overdekt en verwarmd zwembad met een dakdeel dat in de zomer open kon. Veel Venlonaren zullen een herinnering hebben aan dit zwembad, dat voor het publiek was opengesteld. Het zwembad is afgebroken en daarvoor in de plaats kwam een vijver. 

Bij het klooster waren bovendien uitgestrekte moestuinen, een bloementuin en een grote kas. De moestuinen lagen bij het huidige hertenpark. De opbrengsten waren voornamelijk voor eigen gebruik. Een deel ging ook naar kloosters van de dominicanessen in Stevensbeek, Horn en Mook. 

Nog even naar een ander deel van het kloosterterrein. In de hoek Kaldenkerkerweg en Beckersweg lag een moderne, goed geoutilleerde timmerwerkplaats met eigen droogplek en opslag voor hout. In deze werkplaats werd kloostermeubilair vervaardigd of gerepareerd. Er werden bovendien veilingkistjes gemaakt voor groente en fruit. Zelf heb ik hier ook menig kwartje verdiend met het timmeren van de kistjes. Later volgde een uitbreiding met een garage en een stalling voor de auto’s van de hoofdzusters, de zogenaamde soeurs. Nadien is het gebouw ook gebruikt als woonhuis voor lekenmedewerkers en als administratiekantoor voor de organisatie.

Zuster voert het pluimvee, 1934 (foto Wiel van der Randen)

Op het terrein, bij de begraafplaats, lag een wasserij. In de Tweede Wereldoorlog kreeg ze de status van officierscasino van Fliegerhorst Venlo. De wasserij verzorgde de was van het klooster en van huize Lataste, een internaat voor meisjes. Daarnaast werd gewassen voor verschillende horecagelegenheden en voor bemiddelde Venlose burgers. De was werd met paard en kar opgehaald en rondgebracht. Verder exploiteerden de zusters een eigen nertsenfokkerij voor bont. Bontjassen zouden ze zelf nooit zouden mogen dragen.

Begraafplaats klooster Bethanië, 1934 (foto Wiel van der Randen)

Tegenwoordig is het kloosterterrein verkaveld en in het bezit van particulieren. Het noordoostelijke heeft een parkachtige uitstraling met als bijzonderheid een hertenpark. Het gedeelte langs de Bethaniëweg bestaat uit bos thans overwoekerde slingerpaden. Vroeger werd er door een deel van de zusters gebrevierd oftewel gemediteerd. De meeste religieuzen hadden hun handen vol aan de dagelijkse werkzaamheden in het kloostercomplex, in de tuinen of op de boerderij.

Er is veel meer te vertellen, maar ik heb met deze reactie geprobeerd om - zonder ook maar iets af te doen aan je column De Halte - het andere verhaal over deze tuin voor een deel te belichten.

Venlo, 28 december 2021.

Reageren? Stuur Heinz Vink een e-mail: heinz.vink@planet.nl.

3 opmerkingen:

  1. Mooi om te lezen en de geschiedenis van Bethanië te leren kennen.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Helder verhaal, waardoor nu meer zaken duidelijk zijn

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Heerlijk gedanst vroeger onder het wakend oog van een non. Mij kon niks gebeuren!

    BeantwoordenVerwijderen