donderdag 17 april 2025

Impressies uit Venlo in het najaar van 1944

Op 25 september 1944 verscheen in Maastricht, kort na de bevrijding van de stad, het eerste nummer van Veritas. Volgens de statuten was de doelstelling van het blad ‘het verdedigen en verspreiden van katholieke beginselen op alle gebieden en meer in het bijzonder de bevordering eener principieel juiste voorlichting in Nederlandschen zin van de Limburgsche bevolking'.

Een interessant artikel lezen we in de uitgave van 20 januari 1945. Het is een vraaggesprek met een verder onbekende Maastrichtse jongeman, die ruim een maand eerder Venlo is ontvlucht.

De sfeer in de stad is treffend weergegeven. De impressies zijn van hulp geweest bij het vinden van een toon voor de theatervoorstelling Eindelijk vrij! Grensstreek in oorlogstijd, die op zaterdag 26 april a.s. in première gaat. Voor tickets ga naar: Kaarten.

Op 7 December ontsnapte een Maastrichtsche jongen uit het nog steeds bezette Venlo met een sensationeelen zwemtocht over de hooge Maas, en ren dwars door een Duitsch mijnenveld de Engelsche bevrijders tegemoet. Thans, na een lahg oponthoud in de geallieerde linies, is hij in de ouderlijke woning teruggekeerd. Daar heeft hij ons verteld van zijn wedervaren in Venlo, waarbeen hij om veilig te zijn voor de Duitschers was ondergedoken.

Het was een triest verhaal van ontbering en folterende onzekerheid, een opsomming van Duitsche terreurdaden, een overzicht van verwoesting en oorlogsleed, dat de Venlosche bevolking ondergaat, al sinds maanden van verscherpte bewaking der Duitsche bezettende militairen, die geen man op straat dulden die de huizen binnendringen en doorzoeken op slavenjacht voor den dwangarbeid aan Duitsche versterkingen rond de stad. De jonge Maastrichtenaar, die in de eerste week van December ontsnapte, weet natuurlijk niet hoe thans het stad-beeld verwrongen en verwoest is, maar in de tweede helft van November reeds was de Venlosche binnenstad een troosteloze ruïne.

Het huizencomplex, zich uitstrekkende van de brug langs de Kerkstraat naar de Parade, van de Parade over de Nassaustraat naar de Markt en vandaar naar de Maas vormt één puinhoop, waartusschen slechts enkele huizen en muren nog overeind staan.

De Venlosche kerken, behalve de H. Hartkerk aan den Veldenschenweg - en ook daarvan is het lot onzeker, nu de strijd om Venlo zich tot deze streek heeft uitgebreid - zijn er niet meer of zoodanig beschadigd, dat ze slechts afgebroken kunnen worden: de St Martinuskerk en de Klaaskerk zijn heelemaal uitgebrand, de Paterskerk aan de Beekstraat weggebombardeerd.

Het Venlosche raadhuis, het, stationsgebouw, het zakenpand van V. en D. bijv., hoewel ernstig beschadigd, stonden er nog ln begin December. Maar.... Venlo ligt nog steeds onder het artillerievuur!...

De bevolking leeft er een leven van ontbering in kelders en schuilgelegenheden: gas kent men er sinds begin September niet meer, sedert de verbinding met Zuldlimburg was afgesneden. De verlening van electriciteit en water geschiedde aanvankelijk van Duitschland, maar de lichttoevoer verminderde door de vernietiging der leidingen in het moordend granaatvuur van week tot week, van dag tot dag. Kolen waren er nog wat in de openplaatsen van het station, waar geen trein meer rijdt en geen locomotief nog op stoom komt: over het van granaten doorscheurde emplacement slopen vaak Venlonaren, omzichtig rondspeurende teneinde de enkele Duitsche militaire wachten te ontgaan, naar de kolenhoopen om wat brandstof in een zakje weg te halen.

De grootste ellende vormden de razzia's, die de Duitschers meedoogenloos en onverwacht in Venlo ondernamen om mannen en jongens weg te sleepen naar de Duitsche oorlogsindustrie of voor den aanleg van tankgrachten rond de stad.

Dan was de stad plotseling als uitgestorven; geen man, geen vrouw, geen jongen of meisje vertoonde zich op straat. Enkele dagen lang duurde het dan, voordat men zich weer eens naar buiten waagde, naar den buitenrand der stad, naar Schandelo, om daar op een boerderij wat melk voor de zuigeling of wat groenten los te krijgen.

Want het officieele rantsoen van een broodje per week, dat mren soms wel eens na uren wachten bij een der weinig overgebleven bakkers kreeg, was precies even te veel om van honger om te komen; maar de Venlosche dlstributiedienst, welke ln de Pope-fabriek neg wat werkt, had niets anders ter beschikking dan dit karige rantsoen.

Melk, vet, boter, koloniale waren enz. zijn sedert maanden in Venlo niet meer verkrijgbaar; de zwarthandel heeft hier zelfs geen kans meer, want de weinige particulieren die nog een klein beetje voorraad voor de Duitschen roovers hadden weten te verbergen, geven voor geen geld ter wereld daarvan iets af. Het sterftecijfer, vooral onder de zuigelingen is heel hoog, maar er is geen overzicht. Begrafenissen kunnen niet plaats vinden. Niemand werkt, geen fabriek, geen kantoor, geen ambtenaar.

leder leeft er zijn eigen leven. Is slechts bedacht op het behoud van zich en de zijnen en ziet en hoort alleen wat in eigen kring gebeurt. In één opzicht stemmen de menschen echter overeen, n.l. in de hoop op een spoedige bevrijding. Een verlangen, dat gevoed werd door geruchten en berichten over den voortgang van den strijd door België en in Nederland. En niettegenstaande alle teleurstelling over het vastliggen der frontlijn blijft de hoop op die bevrijding als een lichtende lijn aan den donkeren einder van de Duitsche bezetting.

Wel heel sterk spreekt die verlangende hoop uit het dagboek van den jongen Maastrichtenaar, die uit Venlo ontsnapte, en die - van dag tot dag bijna - de gebeurtenissen, belevenissen, wenschen en verlangens opteekende in sobere, onopgesmukte zinnen en woorden:

Begin September spreken de opgevangen berichten en geruchten over den geallieerden opmarsch elkaar tegen. Maar dan worden de aanteekeningen feitelijker.

14 September. Op het Venlosche vliegveld gaat alles de lucht in!...... Maastricht is vandaag bevrijd, maar naar men zegt heerscht er hongersnood (!)

17 September. Weinig mannen gaven gevolg aan den Duitschen oproep om te komen werken. Maar er verscheen een plakkaat, dat als er niet minstens 2000 kwamen, tien gijzelaars op de Markt zouden doodgeschoten worden. En verdomme ,oude taaie" zingend, trok alles met de schop naar buiten!......

29 September, 't Schieten komt al naderbij. Ze zouden Meijel. Helden, Venray en Horst al hebben. Wanneer zijn wij aan de beurt?......

12 October. Onraad! Duitschers hebben den Straelschen weg afgezet en zijn huiszoekingen aan het doen. Ons klein meiske speelde op straat en een SS-er ondervroeg het argelooze kind. „Ist dein Papa zu hause?" Gelukkig stelde hij thuis geen nauwkeurig onderzoek in. Dan komen herhaaldelijk dagaanteekeningen over Engelsche aanvallen op de bruggen.

6 October. 't Eten wordt mager hoor! Vanmorgen één snee droog brood, van avond twee!......

3 November. Vandaag dreunden de ruiten, zoo kort bij was het schieten

Wanneer zouden ze hier zijn? Dinsdagnacht reden er Duitsche tanks over de brug en ze mieterden er door heen. Liggen nu in de Maas.

In October en November maakt het dagboek voortdurend melding van luchtaanvallen der Tommies. en van geruchten over het snel doordringen der geallieerden naar Venlo.

17 November. Eindelijk is het zoover: ze zijn op komst, 't Staat vast: Baexem is gevalien. De Tommies zijn nog 3 K.M. van Roermond.

19 November. De kerktoren van Blerick is kapotgeschoten.

21 November. Schrik niet. De Tommies zitten in Baarlo. Of ze in Blerick zitten, weet ik niet, maar de mitrailleurs kun je hooren knetteren. De Duitsche gaarkeuken is weg en Kaldenkirchen is al ontruimd.

24 November. Het 2e Britsche leger heeft de brug bij Venlo over de Maas bereikt Maar nu er over!?

't Bleef wachten en hopen voor de heele Venlosche bevolking. Maar de oorlogsmachine laat zich met wenschen en verlangens niet dwingen. Toen in de eerste dagen van December onze Maastrichtenaar zijn sensationeelen ontsnappingstocht over de Maas ondernam liet hii een geteisterde, zwaar beproefde stad achter. Maar hoe wreed de oorlog ook verder zal beuken op Venlo, haar bewoners blijven een ongeschokt vertrouwen stellen in de bevrijding.

Moge deze spoedig komen voor Venlo. . . voor het geheele bezette deel van Limburg..... voor overig Nederland.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten