Een botanische stoepkrijter heeft 'onkruid' op straat een naam gegeven en daarmee ook betekenis (particulire collectie)
Voor de een is het onkruid, voor de ander interessante stadsflora. Stedelijke planten zijn lang veronachtzaamd, maar vanuit Frankrijk is een bijzonder fenomeen overgewaaid: het botanische stoepkrijten. Liefhebbers gaan de stad in om planten een naam te geven. Op stoepen worden plantennamen gekrijt. Steden zijn bolwerken van biodiversiteit, de kunst is om het te zien. Een praktische hulp is het boek Stadsflora van de Lage Landen van ecoloog Ton Denters. Hij beschrijft achthonderd urbane plantensoorten. In steden groeit twee-derde van de flora die in Nederland voorkomt. Wat dat betreft kan de stad wedijveren met de natuur. Als stadsmens klinkt het laatste mij als muziek in oren. Een wandeling naar mijn stamcafé aan de Parade kan voortaan geschaard worden onder de noemer plantenexcursie.
Onze gids tijdens de plantenexcursie naar...
ons stamcafé Take Five (foto Fontaine Uitgevers en Venlo Verwelkomt)
Met Edmond
Staal van het Limburgs Landschap is van cafébezoek echter geen sprake. We speuren
onderweg alleen naar planten. Het vertrekpunt is het Maasschriksel, een
eldorado van stadsflora constateerden we de vorige week. We ontdekken er de
schijfkamille, een plant die rond het einde van de negentiende eeuw opduikt in
Nederland. In Venlo is het op jaar gedocumenteerd, 1899. De soort is vanuit
Oost-Azië met houttransporten verspreid geraakt. Stadsflora is botanisch
erfgoed.
Schijfkamille (uit: J. Kops - Flora Batavia, 1898)
We lopen verder. Op het Helschriksel gaat Edmond Staal demonstratief op
een plantje staan. Een wrede daad? Nee het is brede weegbree, een zogenaamde
tredplant. Dit zijn soorten met een elastisch weefsel en groot herstelvermogen.
Brede weegbree is stresstolerant en onverschillig voor milieufactoren. Verder,
naar twee braakliggende terreinen vlak voor de Lomstraat. We ontdekken net zo’n
taaie rakker als brede weegbree. Het is een grassoort met de Jocus-vriendelijke
naam, Europese hanenpoot. Op akkers wordt het bestreden, in steden kan het vrijuit
groeien. Vogelmuur is ook een overlever, die bijna niets nodig heeft. De oliehoudende
zaden dienen als voedselbron voor allerlei vogels, vandaar de naam.
De teunisbloem
met de prachtige gele kelkbloemen duikt ook op aan het Helschriksel. Het is een
plant die altijd in beweging is. Als andere vegetatie opdringt, neemt ze de
wijk naar elders. We kunnen niet alle ontdekkingen noemen van beide Schriksels.
We hebben in een uurtje determineren meer dan zestig namen opgeschreven. Maar één
plantje moet nog vermeld worden. Vanaf dit jaar is het bezig aan een onstuitbare
opmars. De bruinpaarse klaverzuring duikt opeens overal op en is hét stadsplantje
van 2020.
Klaverzuring (www.wildeplanten.nl)
Reageren? Stuur een e-mail naar Sef Derkx: floddergats@xs4all.nl.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten