- met dank aan Marja Haanen-Wingbermühle -
Hoe lang zal de PTT er begin mei 1945 over hebben gedaan om een brief uit Venlo te bezorgen in Rotterdam? Al gauw een dag of vier, vijf rekening houdend met de staat van onderhoud van de infrastructuur in Nederland in de eerste week na de bevrijding. Post van overheden zal sowieso prioriteit hebben gehad.
Het zou dus betekenen, dat de envelop met het levensteken van Han Wingbermühle gericht aan zijn familie, vandaag 76 jaar geleden op de deurmat is gevallen.
Het is een persoonlijk schrijven over de belevenissen in het zwaar getroffen Venlo aan de Maas naar het eveneens zwaar getroffen Rotterdam aan de Maas.
Han Wingbermühle was werkzaam bij de gebroeders Bervoets, de bekende zaak achter het stadhuis aan de westzijde van de Lomstraat. De kledingwinkel had een ijzersterke reclame slogan, die menigeen nog kent: Voor Iets Goeds Bervoets! De onderneming adverteert in de jaren twintig en dertig met de regelmaat van de klok in de Nieuwe Venlosche Courant. Er wordt daarbij niet gekeken naar de millimeters advertentieruimte.
Advertentie Bervoets in de Nieuwe Venlosche Courant van 19 maart 1937 (gevonden via www.delpher.nl)Na het huwelijk met Marie den Hals krijgen Han en zijn vrouw woonruimte op de bovenverdieping van Bervoets. In de familie zijn lang de verhalen rondgegaan over de kinderkamer. Die was in de hoektoren van het winkelpand, een torenkamer hoe spannend is dat als kind? Later verhuisde het gezin naar de Helbeek.
Van Jos Wolff, geboren aan de Lomstraat, heb ik gehoord dat de buurtbewoners bij de bombardementen in gewelfde en gestutte kelders van het warenhuis schuilden tot het gevaar voorbij was.
De karakteristieke gevel van Bervoets, het winkelpand dateert uit 1919 en is een schepping van architect Jules Kayser (met dank aan Will Sorée)
Han Wingbermühle kort na zijn in dienst treding bij Bervoets (foto met dank aan Marja Haanen-Wingbermühle)We maken een hink-stap-sprong voorwaarts in de tijd en ploffen atletisch neer bij de generatie van de kleinkinderen.
Kleindochter Marja Haanen-Wingbermühle vond de brief van haar opa enkele jaren geleden bij het ruimen van het huis van haar overleden ouders Chris en Mia Wingbermühle-Hendrikx. Het schrijven van opa Han bleek bestemd voor zijn moeder, broer en zus in Rotterdam. We laten de brief in transcriptie en in origineel hieronder volgen. Eerst een detail van de aanhef.
Aanhef brief van Han Wingbermühle aan zijn familie in Rotterdam ( met dank aan Marja Haanen-Wingbermühle)"Venlo 5 mei 1945
Lieve allemaal,
God geve toch dat u er allemaal nog bent! Want dan pas is onze vreugde volkomen en bidden wij een vurig Te Deum. Wat zullen jullie de laatste maanden geleden en getobd hebben. Wij zijn de narigheden te boven maar vergeten zullen wij het nooit wat we van september t/m 1 maart beleefden. Het zou een dik boek zijn indien ik alles moet beschrijven.
Bombardementen 15 maal. Razzia’s, evacuatiedreigingen enz. enz. het een nog erger dan het ander. De geheele maand september moest ik me zelf schuil houden voor gedwongen arbeid voor de Moffen. Later had ik met veel kunst en vliegwerk een Ausweis bekomen. Waarmede ik nog maar alles behalve veilig was.
12 october was om die reden mijn zwaarste dag van mijn leven. 13 october was nog zwaarder. Het 1e bombardement van Venlo, ik was juist in de zaak en Marie was net even bij me binnengelopen. We hoorden de vliegers.
Marie ging naar een schuilkelder en ik zou volgen, maar werd hun achterna geslingerd en kwam terecht in de naastgelegen winkel. Onder vallend puin en andere rommel, maar bijna zonder letsel. Marie en de andere menschen hadden de kelder ook nog niet bereikt maar kwamen eveneens met de schrik vrij. Het grootste gedeelte van de Parade waar onze zaak gevestigd was bleek een puinhoop te zijn. Verschillende bommen vielen in onze naaste omgeving. Een straat recht tegenover de zaak was radicaal weg.
Daarna volgden de bombardementen elkaar bijna dagelijks op. 17 october had ik toch de zaak weer zo’n beetje aan het draaien op de Lomstraat in oude zaak. Daar de bombardementen steeds heviger werden hebben we 4 november de stad verlaten. We dorsten de risico niet langer te nemen. Wel ging ik of Marie dagelijks en dikwijls onder granaatvuur door naar de stad om onze spulletjes na te zien tot dat we op zekere dag ontdekken dat ons huis aan de zaak ongeveer leeg gestolen was.
We hadden van kleding niet veel meer als we aan hadden. Meubelen, kleden gordijnen enz zijn verdwenen tenminste grootendeels. Piano boekenkast en buffet stonden er nog enkele stoelen en ledikanten ook schilderijen zijn weg. Maar we leven toch nog en zijn gelukkig als u er nog maar bent. We hebben tot 5 maart in het stadsbosch gewoond bij de ouders van onzen loopknecht. Op een gegeven moment waren er 33 evacuees uit Venlo. Wat we daar nog meegemaakt hebben aan koude sneeuw, razia’s laat zich niet zo gauw beschrijven. Dat vertellen we wel eens. We hebben ons volle portie gehad.
Eten kregen we genoeg om in leven te blijven maar vooral de laatste tijd was het er schraal aardappelen en roggepap met water gekookt. Brood natuurlijk veel te weinig tot overmaat van ramp werden er om het huis door het moffentuig nog 40 granaatwerpers geplaatst en deze werden oudejaarsavond onder vuur genomen door de engelschen.
Een oud- en nieuwjaarsdag om nooit te vergeten. Laatst februari werden we ook dat huis gedreven en trokken we maar in een ander huis waarvan de bewoners reeds geevacueerd waren. Er zijn er ongeveer 15000 uit Venlo weggedreven en ± 2000 zijn er gedood door bommen & granaten. We waren allen erg mager geworden. Marie woog nog 123 pond overschot van de 178. Maar nu groeien we weer en zien er weer goed uit.
De band van mijn broek wordt zo nu en dan weer te nauw, dankzij de zorgen van Amerikanen en Engelschen die een keuken hadden in de school naast ons. Zij hebben ons in werkenlijke zin overladen met weldaden. Nu lieve moeder br & z ik hoop hartgrondig u allen nog eens gauw te mogen zien. God dank als dat toch maar mag zijn.
Van Rotterdam weten we ook nog niets. Naar Beb ben ik op fiets geweest ik trof het goed want zij vertrok op dezelfde dag als ik naar Sittard. Zij was in de wolken dat zij me zag. Van Moeder Overste kreeg ik nog diversen kleeren voor de kinders en zelf een paar schoenen, ze vonden die ik aan had blijkbaar niet erg mooi. Ze waren het ook niet hoor, maar het waren ook krijgertjes en ik was er mee geholpen. Nu eindig ik en bid de ganschen dag door dat ik spoedig gunstige berichten van u mag hooren.
Heel veel hartelijke groeten van uw liefhebbende Marie, Han, Chris, Sjaak, Joke, Mieke
De oudsten gaan weer school."
Tot zover de transcriptie, volgen nu de scans van de originele brief:
Vader Han, zoontje Sjaak, moeder Marie en zoontje Chris (met dank aan Marja Haanen-Wingbermühle)
Heb je een foutje gezien of een opmerking over dit artikel? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten