donderdag 13 mei 2021

Van nul tot nu van woensdag 12 mei 2021 - Er woedde een Venlose schoolstrijd

 - door Albert Lamberts/ foto’s uit: Het Kruisherenklooster te Venlo -

Duizenden en nog eens duizenden kinderen en jong-volwassenen hebben uitstekend les genoten van de vele kloosterlingen, die in Venlo voor de klas stonden. Maar ooit  woedde er binnen de stadsmuren een schoolstrijd.

Het Kruisherenklooster en de Kruisherenkerk, latere Klaaskerk (rechts). Links de kerk van de protestanten aan de Gasthuisstraat.  

Wat was het geval? Het boterde niet (meer) tussen de Kruisheren en de Venlose magistratuur. De Kruisheren, die al lange tijd onderwijs in Venlo verzorgden, - we hebben het hier alleen over de jaren tussen pakweg 1640 en 1795 - kregen van de plaatselijke overheid subsidie om de professoren te betalen. De slordige uitbetaling wekte bij de Kruisheren voortdurend behalve een financieel tekort ook veel wrevel op. Van de andere kant had de magistratuur steeds meer te klagen over het niveau van het onderwijs. Dat geld een rol speelde bij toelating tot het gymnasium zette ook kwaad bloed. De schoolmeester van de Jonghe Latinische Jeucht an der Choralen, een voorbereidende school bij de Martinuskerk, sprak in 1651 over ronselen en klaagde dat die heeren Cruisbroeders jaarlijks uit overbekwame kinderen zijner school volop keus konden doen en toch slechts onbekwame kinderen, maar wier ouders goed konden betalen, op hun school namen en daarna over het onderwijs van de schoolmeester durfden klagen. Toen er nog een keer werd geklaagd over deze praktijken greep de magistraat in en verbood de Kruisheren leerlingen zonder geschiktheidsverklaring van de schoolmeester van de Latijnse school nog op hun gymnasium toe te laten.

Niet alleen met de magistratuur, ook met de franciscanen boterde het niet. Diverse leken-leerlingen volgden liever met en bij de franciscanen onderricht in de logica en dat zinde de Kruisheren allerminst. In dit geval besliste de wethouder in het voordeel van de Kruisheren en bepaalde dat de minderbroeders (behorend tot de franciscanen) geen studenten van de Kruisheren mochten toelaten.

De onmin over het lesniveau van de Kruisheren en met hun prior, pater Henricus Branten, duurde voort, waartoe de onbehouwenheid van deze prior het hare zal hebben bijgedragen.

Bemiddeling resulteerde in een herstart van de opleiding. Twee docenten werden vervangen en een nieuw reglement werd door de magistraat ingevoerd.

Leest u even mee:

geen leraar mocht meer geschenken aannemen, tenzij een schelling op bepaalde feestdagen; geen professor strafwerk, telaatkomen of ander vergrijp tegen geld zou laten afkopen; op vastgestelde tijden moest het schoolklokje worden geluid; er werden leerlingen aangesteld die slecht gedrag moesten rapporteren en ook moesten melden als iemand geen Latijn sprak; ieder der professoren diende op tijd aanwezig te zijn om zijn studenten de tucht in te scherpen en de studenten moesten geregeld biechten en communiceren (ter communie gaan);  er mocht geen geld worden gevraagd voor schilderijen en / of beelden; ook geen geld voor de aanschaf van rekwisieten voor toneel, want daar voorzag de stad al in; vakantie had de school tijdens de maand september, de week voor en na Pasen en elke week op dinsdag en donderdag; de sleutelbewaarder zou bij voorkeur iemand uit Venlo zelf zijn; bij het gaan der leerlingen van de school naar de kerk, moesten de professoren hen vergezellen om wanorde onderweg en in de kerk, vooral tijdens de H. Mis te voorkomen en de leraren moesten zowel persoonlijk als door hun censores (klassenvertegenwoordiger) op straten en wallen surveilleren om deugnieterijen te voorkomen.

Deze poort aan de Vleesstraat gaf voorheen toegang tot de Klaaskerk. Zij staat thans naast de Sint-Martinusbasiliek. 

Alle goede voornemens ten spijt: het kwam niet goed tussen Kruisheren en magistratuur. De laatste klaagde over schenden van het reglement en over de onbekwaamheid van de docenten. De Kruisheren moesten hun school opgeven, protesteerden vergeefs bij de Staten Generaal van de Republiek (protestants!), maar kregen om niet bekende redenen na jaren hun school terug. Tot aan het begin van de Franse tijd, 1794, konden de Kruisheren met vallen en opstaan hun school overeind houden, maar toen de Fransen de kloosters ophieven, was het toch gedaan. De Kruisheren keerden niet terug in Venlo en leven slechts voort in een straatnaam.

Reageren? Stuur een e-mail naar Albert Lamberts: albertlamberts@home.nl.


 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten