donderdag 14 oktober 2021

Vrijdag de dertiende

 - door Sef Derkx -

Vrijdagen de dertiende hebben een slechte reputatie. Veel mensen geloven dat het een ongeluksdag is. Paraskevidekatriafobie heet het als je panisch bent voor deze dag. Statistisch is er overigens geen bewijs voor.

Maar toch, op vrijdag 13 oktober 1944 werd Venlo getroffen door een van de grootste rampen uit de geschiedenis. Even na negen uur die morgen steeg vanaf een vliegveld in Noord-Frankrijk een formatie van 41 bommenwerpers en jachtvliegtuigen op. Het doel van de aanval waren de Maasbruggen bij Venlo en Blerick, een belangrijke verbindingsschakel voor de Duitsers die een verbeten strijd voerden in de Peel. Twee uur later bereikte het eskader zijn bestemming. 


In de stad had niemand notie van de ernst van de situatie. Men was vertrouwd geraakt met het geronk van vliegtuigen en het geratel van het Duits afweergeschut, maar de toestellen hadden altijd gekoerst richting Duitse steden of kwamen ervandaan. Er was op deze grijze herfstdag nog een bijkomstigheid. De bewolking belemmerde het zicht op wat er zich aan de hemel boven Venlo afspeelde. Geheel onverwacht lieten de bommenwerpers hun dodelijk last boven de stad los. Het was één minuut over elf. Gisteren heb ik op dit tijdstip even stilgestaan bij de catastrofale ramp voor Venlo.



De bommen troffen de Venlose binnenstad vol. De Parade, Nassaustraat, Picardie, Van Cleefstraat en Hamburgersingel (nu Deken van Oppensingel) waren gehuld in grauwe stofwolken. In enkele seconden werden talloze huizen, winkels en kantoren verwoest, veranderde het Rembrandttheater in een vuurzee en werd het statige Arsenaalgebouw met de grond gelijk gemaakt. Een grijze nevel van dreiging en dood hing boven de stad. De hulpdiensten kwamen meteen in actie en spoedden zich naar de getroffen wijk, vanwaar mensen bestoven onder stof en gruis wankelend wegvluchtten. Al meteen tekenden zich de contouren af van de ramp die Venlo getroffen had op deze vrijdag de dertiende. De volle omvang was pas dagen erna duidelijk toen alle gewonden en dodelijke slachtoffers waren geborgen. De eindbalans van het eerste, van in totaal dertien bombardementen op de Maasbruggen, was verschrikkelijk: 59 doden en vele tientallen gewonden. Venlo verkeerde in een shock.      


 Dinsdag 17 oktober 1944, de dag van de begrafenissen, was een dag van collectieve rouw. Vanwege de voortdurende dreiging van luchtaanvallen was het alleen aan naaste familieleden toegestaan om de plechtigheden bij te wonen. In de morgen werden de doodskisten overgebracht van het ziekenhuis naar de begraafplaats aan de Tegelseweg, waar ze werden geplaatst boven een gemeenschappelijk graf. Eén overledene - de naam was niet bekend gemaakt - werd met een koets naar de Sint-Martinuskerk gebracht, waar een requiemmis plaatsvond voor alle dodelijke slachtoffers. Na afloop ervan vormde zich geen officiële stoet, maar gingen de rouwenden vanwege het gevaar in kleine groepen richting begraafplaats. Voorafgegaan door een deputatie van de Technische Noodhulp die namens de stad een krans droeg, trok de lijkkoets door de Venlose straten. Velen langs de route kwamen door verdriet overmand uit hun huis om een laatste groet te brengen. Tijdens deze aangrijpende tocht daverde continu het afweergeschut over de stad.




In de Nieuwe Venlosche Courant, die twee dagen later verscheen, staat een emotioneel verslag dat eindigt met: ‘Een siddering van leed is door onze Venlosche gemeenschap gevaren, ontroering heeft ons allen doorschokt. De wonde, die dezen zwarten vrijdagmorgen aan onze stad heeft toegebracht, zal moeilijk heelen en zij zal vooral blijven naschrijnen in het leed van hen, die om omgekomen verwanten treuren.’    



Vorige week was ik in het Museum Vam Bommel Van Dam, in de presentatie boven uit de vaste collectie hangen twee werken van Piere van Soest (1930-2001). Ze hebben de Tweede Wereldoorlog tot onderwerp. Als veertienjarige verloor hij bij een van de geallieerde bombardementen op de Maasbruggen zijn iets oudere zusje. Het greep hem diep aan en heeft zijn oeuvre mede bepaald. De emoties van de kunstenaar zijn op de museumzaal bijna tastbaar. Zo werken de verschrikkingen van de luchtaanvallen op onze stad in 1944 ook nu nog door.

Reageren? Mail Sef Derkx: floddergats@xs4all.nl.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten