- door Albert Lamberts -
Twee jaar geen of amper vastelaovend, ai. De grootschalige evenementen kunnen wegens de corona-pandemie ook in 2022 nog steeds geen doorgang vinden. Inscheete, vastelaoveszittinge, Boëtegewoëne Boëtezitting, matinees, hofbal, optochten, boërebroëlofte, ook in 2022 niks van dit alles. Te riskant; te groot risico op besmettingen bij massale bijeenkomsten. De geluiden klinken al: ojee, als dat maar niet het begin van het einde is. Nou, geen zorgen. Vastelaovend wordt al eeuwen gevierd, de laatste pakweg 175 jaar in Venlo met vooral door Jocus georganiseerde evenementen. Maar ook in die 175 jaar zitten grote hiaten.
1930 - geen optocht, wel een Venlosche Vastealoves-Krant (foto Albert Lamberts)
Op deze plek citeerde ik al eerder oud-Jocusvorst Joeccius XI Sef Hendrickx: We hebbe groëte en bleujende tiëdvakke belaef, we hebbe periodes gehad, wao-in Jocus sleep en d’n haan naor ut scheen op retraite waas. Maar ik geluif neet, det d’r wörkelik enne tiëd gewaes is, wao-op de idee van Vastelaovend ech doëd en begrave waar.
We gaan een eindje terug, om precies te zijn 635 jaar. Dan komen we in 1387. Zoals wel vaker zijn de stadsrekeningen een fantastische bron, want in de rekening van dat jaar staat: des Sonnendags na groot Vastenavonde. Zeven jaar later is er sprake van Rasende Maandag en in 1432 logeerde hertog van Gelder op de grote Vastenavond in Venlo.
Vastenavond in die tijd –
inderdaad aan de vooravond van de vasten – was waarschijnlijk geen
georganiseerd feest; de viering bestond uit goed eten en drinken en spellen, al
werden er in de vijftiende eeuw al wel voorstellingen gegeven door soelluden en de gesellen, die opten tafelen
spoelden.
Direct na het beëindigen
van de Tachtigjarige Oorlog (Vrede van Münster in 1648) werd het carnaval
verboden. Eeuwenlang smeulde het carnavalsvuurtje,
maar doven deed het niet. In het naburige Rijnland wakkerde het
carnavalsvlammetje begin negentiende eeuw aan en weldra volgden Maastricht
(Momus) en Venlo (Sociëteit Jocus).
In een bovenzaaltje van Wullem Bours aan de Vleesstraat, waar later bioscoop City onderdak had, werd in 1842 Jocus opgericht. Binnen enkele maanden was de organisatie van een optocht rond en die trok dan ook in januari (!) door de met duizenden belangstellenden omzoomde straten. Ook de optocht van de Wannevlegers in datzelfde jaar mocht zich in grote belangstelling verheugen. Carnaval sloeg aan, dat was duidelijk, temeer omdat de Wannevlegers, die andere carnavalsvereniging in Venlo, en Jocus zich uitstekend verstonden.
Even een uitstapje naar
die Wannevlegers, officieel Société de Wanne geheten. Mogelijk bestond deze club, vooral onder de
gewone burgerij geliefd, al sinds ‘ergens’ in de achttiende eeuw, want toen
stond in een Keulse krant een verhaal van een Venlose inzender, die het had over
de hiesiger Academiae des Wannes.
Maar goed, noch de Wannevlegers, noch Jocus konden hun activiteiten volhouden. De vieringen verdwenen even plots als zij waren opgekomen. De Jocus-secretaris notuleerde op 11 februari 1844 tijdens een algemene ledenvergadering dat door gebrek aan deelneming van de zijde der leden geen optocht zal kunnen worden gehouden. Vervolgens 32 jaar windstilte. Vanaf 1877 was er weer een optocht en ook de Wannevlegers werden weer actief, maar voor hun was het nieuwe leven van korte duur, want in 1888 sloegen de Wannevlegers definitief hun boeken dicht. Jocus ging door en presenteerden zelfs een eigen vastelaoveskrant, Kikeriki, maar die verdween na drie jaar geruisloos van de carnavalsbühne. Ook Jocus hield er weer mee op. Vanaf 1908 was er 28 jaar lang geen optocht, noch waren er zittingen. Ja gekostumeerde bals, die waren er, vooral georganiseerd door café-houders, die extra inkomsten goed konden gebruiken.
De laatste langere
onderbreking van de grote carnavalsvieringen, optochten en zittingen was tussen
1940 en 1946. In dat jaar – we hebben het onlangs kunnen lezen – trok er weer
een optocht door de gehavende Venlose binnenstad.
De Jocusoptocht met prins Piet I (Meuws) in 1948 draait van de Klaasstraat de Parade op. (Foto uit: Venlo binnen en buiten zijn muren, 1984 Dagblad voor Noord-Limburg)
Geen paniek, carnaval is in het Stedje van Plezeer absoluut niet kapot te krijgen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten