dinsdag 7 december 2021

In memoriam Annie Renkien - Voor eeuwig nylonkousen

- door Sef Derkx - 

Gisteren overleed op 94-jarige leeftijd Annie Renkien, meldde Omroep Venlo. Na de Tweede Wereldoorlog schitterde ze in de revues van Sef Cornet, zoals Och d'n Oedel.  In 1947 stond ze in Waat-e-waer en zong ze Maak veur os maedjes vreeje baan. Het zou haar bekendste liedje worden. 

In 2016 interviewden we Annie Renkien thuis. Als eerbetoon aan deze grande dame, haar ongelooflijke spirit en levensvreugde, plaatsen we dit vraaggesprek op de Floddergatsblog.  


Voor eeuwig nylonkousen

Al bijna haar hele leven kijkt ze uit op het voormalige raadhuis van Blerick. In die tijd heeft Annie Renkien (1927) alles zien veranderen. De tram Nijmegen-Venlo-Helden stopte in haar jeugd nog voor de deur. Dat ging gepaard met gesnerp, gesis en grote rookwolken. 

Nieuwe Venlose Courant, 3 oktober 1940 (gevonden via Delpher)

\De naam Renkien is bekend in Venlo en omgeving, maar toch ook een beetje apart. Annie Renkien: “Het is van oorsprong een familie van scheepsbouwers uit Frankrijk. Wij zeiden altijd gewoon Renkien. Maar ik had een deftige tante. Ze sprak de naam op zijn Frans uit.” Annie is in de Maasbreesestraat geboren. Haar vader was vertegenwoordiger van de Blaupunktradio’s. Hij zorgde voor de muziek op de Blerickse wielerbaan. Voor de oorlog waren radio’s nog bijzonder. Annie Renkien: “Als er een voetbalwedstrijd was, zat onze huiskamer stampvol en kon je de rook snijden. 



Studiofoto's voor de publiciteit

Naar de Markt zijn we enkele jaren voor de oorlog verhuisd. Mijn vader breidde het winkelassortiment uit. Hij ging ook porselein en huishoudelijke artikelen verkopen. In de tijd van Sinterklaas kwam er speelgoed bij. Hier was vroeger het centrum van Blerick. Je had er de school, cafés, een drankhandel, bakkerij, slagerij en andere winkels. In de loop van de jaren is het centrum verplaatst. Het kan ook niet anders. De straat waaraan ik woon, is enorm druk geworden. In mijn jeugd was er nog bijna geen verkeer.”

Voor tienermeisjes was er in het vooroorlogse Blerick weinig te beleven. Annie en  oudere zus Leny gingen naar Venlo, waar ze op dansles zaten bij de legendarische Jeanne van Rooy, een tante. De opgroeiende jeugd had een opvallend vermaak. Men liep eindeloos op en neer door het centrum van Venlo. De jongens aan de ene kant, de meisjes aan de andere kant van de straat. Een pantoffelparade, waarbij amor natuurlijk wel eens zijn liefdespijlen schoot. 

Vader Renkien was een van de weinige automobilisten in Blerick. Bij de inval van de Duitsers, op 10 mei 1940, kwam dat goed van pas. “Ik werd op de dag van de inval heel vroeg wakker door een enorme knal. De bruggen tussen Venlo en Blerick waren opgeblazen. Mijn moeder stond onder aan de trap en riep dat we op moesten staan, omdat de oorlog was uitgebroken. Alle mensen hier uit de buurt moesten weg. De Duitsers lagen aan de Venlose kant en schoten op alles wat bewoog. Pappa heeft met zijn auto oude mensen en gehandicapten weggebracht. Door de oorlog heb ik eigenlijk mijn jeugd overgeslagen. Er was geen vertier meer.”

Portretfoto Sef Cornet met opdracht voor Annie Renkien

Voor Annie waren de naoorlogse jaren bijzonder. In 1946 pakte de puinstad Venlo  de vooroorlogse traditie op van de beroemde revues van Sef en Mathieu Cornet. Het werd een eclatant succes. De voorstellingen waren avond na avond uitverkocht. Vader en moeder Renkien gingen ook naar de revue en kwamen laaiend enthousiast thuis. Annie: “Pappa zei dat het echt iets voor mij zou zijn, omdat ik een leuke stem had. Ik was nog een heel schuchter meisje. Er werd een afspraak gemaakt met Harrie Verhagen, de componist van de revue. Ik deed auditie tussen de schuifdeuren. Fien Verhagen, de vrouw van Harrie, was laaiend enthousiast. Ze ging meteen Sef Cornet halen. Daar stond ik als meisje opeens te zingen voor de grote man van de revues. Ik wist me eigenlijk helemaal geen houding te geven en deed een paar stapjes naar voren en naar achteren. Maar ik werd meteen aangenomen. 




Annie Renkien in Venose revues

Het was een heel mooie tijd. In de revue ‘Waat-e-waer!’ uit 1947 had ik de rol van jong, modern meisje dat nylons droeg. Nou, dat was wat in die tijd (zingt): 

‘Maak veur ôs maedjes vreeje baan

Weej hebbe nylonkouse aan

Ein tas van plastic aan de hand

Gebleikde haor, det steit charmant

Wannier zô’n kind op straot passeert

Is eed’re man geïnteresseerd

Hae löp al knikkend mit de kop

Taege ein straotlamp op.’ 

Onder het zingen tilde ik mijn rok een beetje op en dan zagen de mensen dat ik nylonkousen droeg. Het was echt een succesnummer. Als we na een voorstelling  naar een café gingen voor een afzakkertje, zette Sef Cornet bij binnenkomst meestal dat liedje in. In een mum van tijd stond dan het hele zaak op zijn kop!”

Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl

4 opmerkingen: