- door Albert Lamberts -
Tijdens de Cultuurzondag –
gelukkig in deze vernieuwde en geslaagde opzet terug in Venlo – mocht ik enkele
malen belangstellenden het een en ander vertellen over het Kloosterkwartier
in het centrum van de stad. De belangstelling was overweldigend, zoals trouwens
ook een dag eerder tijdens de Monumentendag vele geïnteresseerden de
Gasthuisstraat met zijn eeuwenoude panden en de aloude Joriskerk bezochten. De
naam Kloosterkwartier is al gevallen. Van een kloosterfunctie is geen sprake
meer, maar de fysieke nalatenschap van het voormalige geestelijk leven binnen
de kloostermuren is er nog.
Het kloosterleven heeft in
de voorbije eeuwen in Venlo welig getierd. De eerste kloostergemeenschap
vestigde zich begin vijftiende eeuw aan de rand van de stad, in de
zuidoosthoek. Het waren zusters, min of meer de voorbodes van tientallen, zelfs
honderden kloosterlingen, die Venlo welkom mocht heten. De zusters, broeders en
paters hadden eeuwenlang een belangrijk aandeel in het onderwijs; van lager
onderwijs tot en met hoger onderwijs en zelfs hoger beroepsonderwijs. De
zusters waren ook niet weg te denken uit de verpleging zowel in het ziekenhuis
als in de verzorgings- en bejaardenhuizen. Het werk van de eerste zusters
Augustinessen, de zusters van O.L. Vrouw van de Heilige Ursula en de elfduizend
Maagden (Mariaweide), de Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid in Blerick,
de Zusters van Liefde, de Zusters van de heilige Vincentius en van de Zusters
van de Monialen van de heilige Dominicus kan niet genoeg worden geprezen, al
werpen de vele nadien onthulde, vreselijke praktijken – Zusters van Liefde,
Krengen van Barmhartigheid … – een donkere schaduw over hun werk.
In het onderwijs hadden ook
de Broeders van O.L. Vrouw Onbevlekte Ontvangenis, de paters Dominicanen
(College Albertinum), de Kruisheren (Latijnse School) en de paters Augustijnen
(Sint Thomascollege) een belangrijk aandeel.
In de bibliotheek van het in WOII verwoeste klooster
Trans Cedron wijdt een geestelijke zich aan studie (foto collectie Albert Lamberts)
Van het rijke roomse
kloosterleven in Venlo rest op de dag van vandaag nog nauwelijks iets. Geen
enkel klooster is bewaard gebleven. Ja, de meeste gebouwen wel, maar niets van
het voorheen zo rijke kloosterleven. De ontkerkelijking, die toch vrij spoedig
na het sluiten van het Tweede Vaticaanse Concilie in de jaren zestig van de
vorige eeuw zich liet gelden, had ook gevolgen voor de kloostergemeenschappen,
die werden geconfronteerd met leegloop, waar niet of nauwelijks nog intredes
tegenover stonden. Helemaal in lijn met de sterk tanende beleving van het geestelijk
leven voltrok zich in enkele decennia wat tot ver in de twintigste eeuw vrijwel
niemand voor mogelijk had gehouden. De kerken liepen leeg, het aantal wijdingen
van nieuwe priesters daalde tot bijna nul en zelfs moesten priesters uit India
en de Philippijnen de vacatures in de zielzorg opvullen.
Deken Jos Spee van Venlo
sprak eens de veelzeggende woorden: als voorheen een pastoor wat ouder werd
kreeg hij er een jongere kapelaan bij. Tegenwoordig krijgt een oudere pastoor
er een parochie bij.
Wordt vervolgd.
Reageren? Stuur Albert Lamberts een e-mail: albertlamberts@home.nl.