vrijdag 31 maart 2023

Speeldoosje met 't Kepelke van Harry Bordon gepresenteerd

- door Sef Derkx -  

Afgelopen donderdag waren we in ’t Kepelke van Genuuje. Deze bijzondere plek inspireerde de Venlose zanger Harry Bordon tot het schrijven van het welbekende ’t Kepelke. Sinds deze week is er een speeldoosje met dit melodietje. Het eerste exemplaar werd door Josje Wolters aangeboden aan deken Jos Spee. Hij vertelde dat het liedje mensen raakt. Het wordt vaak ten gehore gebracht bij het afscheid van een moeder. Harry Bordon schreef ‘t Kepelke zeventig jaar geleden, het ontroert nog steeds. Dan heb je iets bijzonders nagelaten. 

’t Kepelke is het debuut van Harry Bordon, de charmezanger die in 1921 aan de  nu Burgemeester van Rijnsingel in Venlo werd geboren en die in 1980 in Amsterdam overleed. In de spreekkamer nota bene van de specialist bij wie hij op bezoek was vanwege hartklachten. Het kwam samen met Wie sjoeën òs Limburg is in het voorjaar van 1954 op de mark. Daarmee was de allereerste Limburgstalige plaat die in Nederland te koop was. Het was nog net in de periode van bakeliet en 78-toeren. De plaat vloog de winkel uit, stond maandenlang hoog in de hitparade en werd uiteindelijk een liedje voor de eeuwigheid. 


Bordon bezingt het Limburg van zijn jeugd, een geïdealiseerd en geromantiseerd Limburg dat nooit heeft bestaan. Zijn herinneringen aan de provincie vat hij in een gouden lijst. ’t Kepelk is, een ontroerend lied over zijn moeder. Bert van de Bergh heeft het op zijn repertoire staan en noemt het het mooiste liedje dat ooit voor een moeder is geschreven. Als hij het zingt, gaat het van hart tot hart  De door Harry Bordon bezongen kapel is die van Onze Lieve Vrouw van Genooy. Bordon heeft in de jaren erna nog veel platen opgenomen, teksten geleverd voor anderen en musicals en conferences geschreven, maar nooit meer is hij zo succesvol geweest als bij zijn eersteling. Een nauwelijks opgemerkt pareltje is bijvoorbeeld ’t Zuuje, een ander melancholisch lied over Limburg. Met deze mijmering over zijn geboortestad Venlo: ‘Ik waar te klein en wis nog neet, det elke stein dae zoeë maar leet, nog waerde veur mich kreeg in later jaore.'


Misfortuin is de rode draad door het leven van deze Venlose artiest: een moeder die jong stierf (Harry was zes!), een strenge vader, veel ruzie met zijn tweede moeder, pleeggezinnen, de verkeerde beroepskeuze, een keten van ongelukkige liefdes, twee gestrande huwelijken, als artiest na een grote hit in vergetelheid geraakt, onderbetaald, bestolen, dakloos en langdurig ziek. De levensdagen ven Harry Bordon lijken wel het scenario voor een wurgend sombere film. Zelfs na zijn dood gloorde er lang geen licht. Zijn twee grootste hits werden door velen vertolkt en zijn gaan behoren tot het muzikale erfgoed van Limburg, maar de naam Harry Bordon zei slechts weinigen wat. 

Zelfs in zijn geboortestad waar hij altijd vastelaovend kwam vieren in zijn favoriete cafés ’t Kerkske en De Witte, wisten maar heel weinig mensen dat de gast die zo uitbundig de Venlose vastelaovesliedjes stond mee te zingen, de grote man was van Wie sjoeën òs Limburg is en ’t Kepelke. Op initiatief van de stichting Luisterrijk Limburg verscheen in 2003 een cd met zijn hele oeuvre en stond Bordon weer volop in de schijnwerpers. 

Aan zijn geboortehuis kwam een bordje met een verwijzing naar Bordon. In de kapel van Genooy werd een plaquette geplaatst. In ’t Ven werd een straat naar Harry Bordon vernoemd. De stad eerde daarmee de man die als allereerste een Limburgs dialectliedje tot een tophit maakte en zo Limburg en het Limburgs onder de aandacht bracht van velen.

Reageren? Mail naar Sef Derkx: floddergats@xs4all.nl

donderdag 30 maart 2023

Géén 1 aprilgrap: talkshow ter gelegenheid van opening 'Museum De Locomotief'

 - door Sef Derkx - 

Een van de populairste horecagelegenheden in de Venlose binnenstad is café De Locomotief op de hoek van Parade en Begijnengang. Het zit er vaak mudvol. Gezelligheid en levensdrang stromen er naar buiten. Als je jong bent in Venlo, moet je in de Locomotief zijn. Jong in jaren of jong van hart of geest. De Loco bestaat veertig jaar. In dat kader is er op zaterdagmiddag 1 april (géén 1-aprilgrap) een talkshow met de kastelein uit de eerste periode Bert van den Bergh en de huidige exploitant Marc Hesselmans. Ook schuiven onder meer aan Mies Wevers en Remi Thomassen, die het pand nog kennen uit de periode dat er een gerenommeerde fietsenwinkel was gevestigd. In een nog verder verleden was op deze bijzondere plek in de binnenstad brouwerij ’t Reijpken. Ook daarover gaat het. De talkshow 'Museum De Locomotief' begint zaterdag om 14 uur, is gratis toegankelijk en wordt omlijst met live-muziek.  



















Café De Locomotief ontleent zijn naam aan een fietsenmerk. In het pand zat vroeger rijwielzaak W.A. Bedaux en die maakte frontgevel-breed reclame voor de befaamde Nederlandse tweewieler Locomotief. Als je de Begijnengang op loopt, zie je pas hoe diep het pand is. Oorspronkelijk was het geen winkel of café, maar een brouwerij. Tot 1917 was hier De Hoepel gevestigd. De brouwerij moest sluiten door tijdsomstandigheden. In die jaren kelderde de bierconsumptie drastisch. Aan de dorst van de Venlonaren lag het overigens niet. Omdat in de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) de handel in Europa stil lag en Nederland zijn grenzen gesloten hield, was er geen invoer meer van hop en brouwgranen. Erbovenop kwam een schaarste aan brandstoffen. De ene na de andere brouwerij sloot. Zo ook De Hoepel. 
















De laatste brouwer was Antoon de Rijk (1868-1924), zoon van de burgemeester van Tegelen Karel de Rijk. De familie was vermogend en stak in het begin van de vorige eeuw een flink kapitaal in De Hoepel, waardoor een voorsprong werd genomen op de concurrenten. Zo was Antoon de Rijk de allereerste Venlose brouwer die bier op fles verkocht. Dat was nieuw in die tijd. Als particulier met dorst ging je met een kan naar de brouwerij. Wie een feestje had, bestelde een 'kièndje' bier, een vat met een inhoud van vijfentwintig liter. De Rijk was ook in ander opzicht een innoverend ondernemer. Rond 1910 schakelde hij over naar een moderne brouwtechniek. Met tromgeroffel in de lokale krant kondigde hij aan dat bij De Hoepel de dorst gelest kon worden met ondergistend Lagerbier, Pilsner en Münchner. Het waren bieren die grote populariteit genoten bij jonge consumenten. Pils overvleugelde in korte tijd alle traditionele bieren. 



Nog even iets over de naam De Hoepel. Zijn er nog mensen die zich het dialectwoord herinneren? Juist, de reip. Het verkleinwoord is ‘t reipke. Onder die benaming komen we de brouwerij tegen in 1783. In dat jaar leende Willem Theunissen een bedrag van tweeduizend gulden van het bestuur van het Armenhuis. Zijn onderpand was een huis en brouwerij gelegen tegenover de Grote Kerkstraat, genaamd 't Reipken. Het wordt De Hoepel als Jan Christian Verzijl de brouwerij in het begin van de negentiende eeuw overneemt. De familie Verzijl was gefortuneerd. Ze bezat bijvoorbeeld verschillende molens, waaronder die aan de huidige Molenstraat. De molen zelf staat er niet meer, de bijgebouwen wel. Dierenspeciaalzaak Poppo is er nu in gevestigd. Maar terug naar de binnenstad en de brouwerij. De Hoepel werd onder Verzijl in korte tijd de grootste brouwerij van Venlo met vijf knechten in loondienst.

 





Als de stad vastelaovend of kermis vierde, adverteerden de cafés. Heel vaak werd vermeld dat  ze bier van De Hoepel vertapten. Het was blijkbaar een aanbeveling. Toen Louis Stauch in 1892 aan de Bolwaterstraat café-restaurant International opende, liet hij niet na te vermelden dat hij zijn klanten kon gerieven met het puike bier uit de brouwerij van de heer A. Verzijl à zes cent per glas. Ja, ja jullie lezen het goed: zes cent per glas! De lever van een gewoontedrinker gaat er spontaan van applaudisseren. Stauch had nog een aardigheid in petto voor de opening. Hij had een 'reuzenkellner' geëngageerd. Die zorgde voor de bediening, maar door zijn imponerende gestalte ongetwijfeld ook voor veel gespreksstof in het bedaagde Venlo van die dagen. 

Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.

De Halte XXL van woensdag 29 maart 2023 - Maandagmorgen in de Koestraat in Arcen

 - door Sef Derkx (met dank aan Gerrit van der Vorst) - 

Niet Arriva maar Breng brengt ons deze maandagmorgen naar Arcen. Wie vroeg in bed ligt, zit vroeg in de bus. Deze ochtend met medereizigers die uitstappen bij bedrijventerrein Spikweien in Lomm. Wij reizen verder naar halte Koestraat. 



Een etablissement aan de Markt heeft meteen onze aandacht. Door de wulpse naam: ’t Zoete Genot. We lopen een stukje de Koestraat in. Een heer op de fiets roept iets en stapt af. Wat stadsen zo vroeg in Arcen komen doen, is zijn vraag. 



Vanuit de Koestraat zijn in de Tweede Wereldoorlog joodse inwoners gedeporteerd. Ze werden slachtoffers van de Holocaust. Vanmorgen onderzoeken we wat de precieze locaties zullen zijn van de struikelstenen, die we ter gedachtenis aan hen het volgende jaar gaan leggen. Neem Otto Sternheim zijn vrouw Berta en hun zoontje. In 1935 vluchten ze vanuit Krefeld naar Nederland. Ze vestigen zich in Arcen. Ze zijn niet de enigen. Arcen telt in deze jaren vijftien joodse vluchtelingen uit nazi-Duitsland. 







Nieuwe Venlosche Courant 5 juni 1937

Nieuw Israëlitisch Weekblad, 28 augustus 1939

Het echtpaar Stern opent aan de grens Die Ente, een pension annex café-restaurant. Er wordt geadverteerd in kranten. De natuur in de omgeving wordt aangeprezen. Wie ervan wil komen genieten betaalt twee gulden per dag voor een verblijf in het pension. In de tweede helft van de jaren dertig opent Otto Sternheim een slagerij in de Koestraat. 












Lohofstraat v.l.n.r. Politiebureau, Brandweerkazerne en Minderbroederskerk tijdens restauratie, 1939 (particuliere collectie)

Sternheim wordt op 12 juni 1944 gearresteerd en vastgehouden in het Venlose politiebureau. De volgende dag wordt hij overgebracht naar Westerbork. Met het transport van 3 september 1944 vertrekt hij naar Auschwitz, waar hij meteen na aankomst wordt vermoord. Anno 2023 herinnert niets in de Koestraat aan de gruwelijke geschiedenis. 







Het is een bekoorlijk straat met woningen in verschillende stijlen. Gelukkig geen eenheidsworst. Het geldt ook voor de rooilijn. Echt ouderwets Arcens, volgens de heer met de fiets. Hij kan het weten, want hij heeft er jaren gewoond. Jammer trouwens dat de drogist Van Well zijn deuren heeft moeten sluiten. Meer winkels zijn verdwenen. De kleine middenstand verliest het van de grootwinkelbedrijven, horen we. 





Als we de Koestraat inlopen, zien we dat je er wel nog voor esoterische boodschappen terecht kunt. Heks Petroesjka en astroloog Frank bieden er hun diensten aan. Een heksenbezem en plaquette met een vliegende heks aan de muur brengen hun activiteiten onder de aandacht. Iets verderop heeft een goedgehumeurde huiseigenaar zijn woning opgefleurd met onder meer maïskolven, het gewei van een hert en een rafelige Limburgse vlag (wordt vervolgd).



Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl. 

 

maandag 27 maart 2023

De kruisweg van de Blauwe Zusters op Steyl

 - door Sef Derkx -

Sjteyl is 't sjoenste plaetske

Wat men zich dinke kan

Want wae d'r oeits gewaes is

Dae sjprik en sjtuut d'r van.

35538032

Het kloosterdorp Steyl is een kostbaar cultuurhistorisch kroonjuweel van Venlo. Het is te hopen dat de status van beschermd dorpsgezicht genoeg garanties biedt voor het behoud van 't sjoenste plaetske wat men zich dinke kan. 

Wie geeft om het architectonisch erfgoed in onze gemeente stad, weet hoe waar de woorden van de dichter Lucebert zijn: 'Alles van waarde is weerloos'. Helaas! Maar er zijn natuurlijk ook veel positieve initiatieven op het gebied van cultureel erfgoed. In de tuin van de missiezusters in Steyl staat een bijzondere kruisweg. Omdat de Goede Week nadert, hiervoor aandacht op de Floddergatsblog.

DSCN1599

DSCN1866

De kruisweg is bijzonder door de vormgeving, het abstracte ontwerp en de uitvoering in beton. De staties lijken met hun opvallende reliëfs geïnspireerd door linoleumsneden. Ze herinneren aan affiches uit de jaren zestig en zijn uniek voor Nederland volgens deskundigen.

DSCN1588

DSCN1855

Een rekening uit het archief van de zusters toont aan dat de kruisweg in 1970 is vervaardigd door de bouwfirma A. Rose in Dortmund. Het concept was van zuster Serviane Wollseifen, die eerder voor de tuin van een ander klooster van de congregatie een soortgelijke kruisweg had ontworpen. Van haar is ook de mozaïek in de kapel op de begraafplaats van de paters en broeders van Steyl. De kunstzinnige religieuze is eveneens bekend als illustrator van boeken. Vandaar dus de frappante overeenkomst tussen de staties en linoleumsneden. Z'on vijftien geleden werd door de gemeente Venlo geconstateerd dat de kruisweg in deplorabele staat was. Ruimen en vervangen door een bidweg uit de negentiende eeuw, die ergens in Duitsland opgeslagen stond, lag voor de hand. Maar die nieuw te plaatsen kruisweg was er veel meer een van dertien in een dozijn.

De actieve stichting Stijlvol Steyl die ijvert voor het behoud van het kloosterdorp, schoot te hulp. Een van de leden, oud-aannemer Wim Cruysberg, bood aan om de restauratie op zich te nemen. Dat was eerder gezegd dan gedaan. Begonnen werd met het grondig schoonmaken van de staties en het meniën van het vrijgekomen betonijzer. Op de plekken waar de beton los had gelaten, werd eerst een hechtmiddel gestreken en vervolgens werden de beschadigingen opgevuld met betonreparatiemortel.

DSCN1586

DSCN1853

Na het uitharden werden de randen afgestreken met een mix van hechtmiddel en zilverzand. Tot slot werden de omlijstingen en achterzijden dekkend geschilderd. Ook de voorstellingen zelf zijn stuk voor stuk met grote zorgvuldigheid gerestaureerd, waarbij sommige reliëfdelen opnieuw zijn gegoten en vervolgens ingezet. De achtergrond is twee keer overgeschilderd met een mengsel van rood okerpoeder met zoutzuur. De voeten van de staties zijn gestort in een bekisting. Door de alertheid van de gemeente Venlo en de inspanning van vooral Stijlvol Steylvrijwilliger Wim Cruysberg  (what’s in a name?) is de karakteristieke kruisweg van het Heilig Hartklooster van Steyl gelukkig bewaard gebleven. De foto's van drie staties van voor en na de restauratie spreken boekdelen.

Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.

 

 

.

Van nul tot nu van woensdag 22 maart 2023 - De bevrijders kwamen uit Duitsland (3 en slot)

- door Albert Lamberts -

 Op 2 en 3 maart 1945 voltooiden de Amerikanen de bevrijding van Venlo. Zij ontmoetten nauwelijks nog tegenstand. Slechts hier en daar dacht een Duitse soldaat nog aan verzet, maar dat idee liet hij weldra varen. De meeste Duitse soldaten waren tussen de 16 en 18 jaar: leden van de Hitlerjugend. Met de handen boven hun jonge hoofden, soms zwaaiend met een witte doek, gaven zij zich over. Ook voor hen was, gelukkig, de oorlog voorbij. 

Verwoesting in Venlo. Het Romerhuis staat beschadigd nog overeind (collectie Albert Lamberts)

Harrie van Boom en Gijs Bertels gidsten de Amerikanen door Venlo. Van Boom vertelde veertig na de bevrijding zijn verhaal. (In vorige afleveringen is hij al aan het woord geweest. Vandaag citeer ik hem opnieuw). De Amerikanen doorzochten de huizen, sloegen met de kolven van hun geweren deuren in: German in house? Alles ging goed. Op de Gasthuisstraat, de Markt, de Lomstraat was niets, maar toen het zo akelig stil bleef kregen we toch een unheimisch Gefühl. Het voorgevoel bleek profetisch. Van Boom: Toen we op de Geldersepoort kwamen begon plotseling het schieten. Naast me werd een Amerikaan in een been geraakt en een andere Amerikaan trok me achterover in de goot. De Amerikanen gingen niet verder. Via de Lomstraat en het Maasschriksel trok een deel van de groep in een omtrekkende beweging naar Hotel Deckers aan het Nolensplein. 

Lang verhaal kort maken: de bevrijders trokken naar de noordrand van de stad en daar werden we opeens met mortieren beschoten. Niet lang echter, want de Duitsers trokken zich terug naar het Popegebouw (toen aan de Deken van Oppensingel), hun laatste hoofdkwartier in Venlo. Wij gingen ook richting Pope en werden nog eens onder vuur genomen. Toen bleek al weldra, dat er toch nog veel Duitsers waren, want Van Boom vertelde later, dat er zich al snel diverse groepen overgaven. Angstig klonk het: Sie werden uns doch nicht erschiessen en Wann  werden wir erschossen? Werkelijk, ze huilden en dachten dat hun laatste uur geslagen had. 

Van Boom en de Amerikanen keerden met zo’n twintig gevangenen terug naar Hotel Wilhelmina, destijds Hotel Ensink. Gijs Bertels schreef later in zijn befaamde boek Die Swaere Noodt, dagboek uit de frontstad dat er in totaal nog zo’n tweehonderd infanteristen van tussen de 16 en 18 jaar in Venlo waren en onder bevel stonden van de Ortskommandant, die de stad echter al was ontvlucht. Aanvankelijk trouwens mocht de familie Van Boom blijven wonen in de villa aan de Burg. Van Rijnsingel, omdat Van Booms moeder van Duitse origine was. Maar al spoedig nam de bezetter ook Van Booms villa in beslag. Harrie van Boom vond in de Spoorstraat onderdak in het huis van Van Wylick en tot zijn verrassing trof hij daar kaarten en tekeningen aan, die hij meenam. 

Later bleek dat de kaarten exact aangaven waar er mijnen waren gelegd. Met behulp van die kaarten hebben manschappen van het Tweede Britse leger naderhand de projectielen onschadelijk gemaakt.  Wie was gebleven en wie terugkwam stak de handen uit de mouwen. De Maas- en Roerbode schreef op 5 maart 1945: Venlo’s geestkracht ongeschokt; een voorbeeld voor anderen. De journalist van de in Roermond uitgebrachte krant was poolshoogte gaan nemen in de plaatsen direct ten noorden van Roermond. Over de Rijksweg via Swalmen, Beesel, Reuver, Steyl en Tegelen naar Venlo. Overal opgeblazen kerktorens, glas- en dakschade en vooral in Beesel alles vernield. We zijn Tegelen voorbij en zien op den westoever van de Maas de wrakstukken van Blerick (duidelijker is het haast niet te zeggen) afsteken tegen en dichtbewolkten hemel. Het is als wil het ons reeds voorbereiden op wat wij over enkele minuten te aanschouwen zullen krijgen. Want al hadden wij de laatste weken reeds veel over het zoo zwaar geteisterde Venlo  vernomen, wat wij er thans met eigen oogen aanschouwen gaat elke beschrijving te boven. En wij zeggen niet te veel als wij beweren dat deze Limburgsche stad aan de Maas naar verhouding zwaarder getroffen is dan haar grootere zuster bij de monding van deze rivier in Mei 1940, en dat alleen hij die Rotterdam na het bombardement aanschouwd heeft, in staat is om zich eenigszins  een beeld te vormen van Venlo, zooals het er thans uitziet.

Reageren? Stuur  Albert Lamberts een e-mail: albertlamberts@home.nl.

 

 

woensdag 22 maart 2023

De Halte XXL van woensdag 22 maart 2023 - Van brouwerij 't Reypken naar De Loco

- door Sef Derkx/beeldmateriaal Facebook De Locomotief, particuliere collectie en Delpher

We waren onderweg naar de bushalte Koninginnesingel. Bij de vijfsprong in hartje stad werden we naar binnengeroepen. Nikolaï Maitimu van café De Locomotief vroeg of we zin hadden in koffie. Hij wilde ons iets interessants laten zien, een nieuwe muurschildering. 

De Loco, zoals het café kortweg genoemd wordt, is een van de populairste horecagelegenheden in de Venlose binnenstad. Het zit er vaak mudvol. Golven van gezelligheid en levensvreugde stromen er dan naar buiten. Het is een plek ‘wao Amor smoès’ om Funs van Grinsven te citeren. Er zijn liefdes beklonken en verbroken. Als je jong bent in Venlo, moet je in de Locomotief zijn. Jong in jaren vanzelfsprekend, maar ook jong van hart. Leeftijd hoeft niemand tegen te houden. 

Het café ontleent zijn naam aan een fietsenmerk. In het pand zat sinds de jaren twintig van de vorige eeuw rijwielzaak W.A. Bedaux. Op zeker moment brengt hij frontgevel-breed een reclame aan voor Locomotief, een oer-Nederlandse fiets. 





De koffie was heerlijk en het ogenblik brak aan om de nieuwe mural te bekijken. Die is vervaardigd door Leon Peeters. De schildering heeft een andere, eveneens dorstopwekkende fase uit de geschiedenis van het pand tot onderwerp. Oorspronkelijk was het geen winkel of café, maar een woonhuis met erachter een brouwerij. Tot 1917 was brouwerij De Hoepel er gevestigd. De onderneming moest sluiten door tijdsomstandigheden. Omdat in de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) de handel in Europa stil lag en Nederland zijn grenzen gesloten hield, was er geen invoer meer van hop en brouwgranen. Daarbij kwam een schaarste aan brandstoffen. De ene na de andere brouwerij sloot. Zo ook De Hoepel, in de jaren ervoor een van de grootste en meest innovatieve brouwerijen in Noord-Limburg. 



Het Gemeentearchief Venlo bewaart een acte uit 1783. Daarin komen we de brouwerij tegen onder de naam ’t Reijpken. Het is een Venloos verkleinwoord voor hoepel. Deze naam prijkt op de muurschildering. Onder de portretten van de broers Frans en Johan Verzijl. Het zijn telgen uit een rijke ondernemersfamilie. De Verzijls waren niet alleen brouwer, maar ook molenaar. Terug vanuit een gistend verleden naar het heden. 


De Locomotief bestaat veertig jaar. Uiteraard wordt stilgestaan bij het vierde kroonjaar, horen we van Nikolaï Maitimu. Voor klanten van vroeger en nu komt er een speciale middag op zaterdag 1 april. Met onder meer mooie caféverhalen. In een etablissement waar het vaak vol zit en klanten zich  amuseren, liggen de anekdotes natuurlijk voor het opscheppen. 

Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.  

 

 

 

 

donderdag 16 maart 2023

De Halte XXL van woensdag 15 maart 2023 - Keramist Geert Lap

 - door Sef Derkx -

We blijven in Tegelen, bij kasteel de Holtmühle. Het is prachtig weer en we hebben vanmiddag alle tijd. Een verademing in een era, waarin vaak de mantra ‘druk, druk, druk’ klinkt. Als Houdini zijn we ontsnapt uit de ketenen van een volle agenda. 


Het prachtig gerestaureerde pand bij kasteel De Holtmühle (foto Sef Derkx)

Voordat we Keramiekcentrum De Tiendschuur bezoeken, willen we genieten van de zon. We wandelen tussen de vijvers van het kasteel over een smalle weg naar een prachtig gerestaureerd pand. Heden ten dage dient het als woonhuis en  agrarisch bedrijf. Oorspronkelijk had het een andere functie. Het hoofdkantoor en de bottelarij van de Snelle Sprong waren er gevestigd. De firma heette voluit De Nederlandsche Mineraalwater Bron De Snelle Sprong. Ze was opgericht in 1887 door Johan van Basten Batenburg, de kasteeleigenaar. 


Reclameschil, vrachtauto en viltje De Snelle Sprong Tegelen (website Omroep Venlo en Last Dodo)

Het tafelwater en de limonades werden verkocht onder de voor de Tweede Wereldoorlog onbezoedelde merknaam SS Tegelen. SS was een afkorting van Snelle Sprong, de bron waar het water uit werd opgediept. Het ging de onderneming voor de wind. Al gauw werd een jaarproductie gerealiseerd van 300.000 flessen, waarvan een deel bestemd was voor de export. Tegelen werd door bruisend water opgestuwd in de vaart der volkeren.

Kaldenkerker Poort (van Wikipedia)

De Holtmühle is een kasteelcomplex met tiendschuur en twee poorten, de Kaldenkerker Poort en Venlose Poort. Na een grootscheepse restauratie in 1993 is in het kasteel een hotel-restaurant gevestigd. Interessant zijn de verschillende thematuinen, zoals de stiltetuin die rust belooft. Aan het hek van de grote kruidentuin hangt een slot. We nemen ons voor later in het jaar terug te komen, wanneer alles groeit en bloeit. Op naar de Tiendschuur. De pachters van landerijen waren ooit als pachtsom een-tiende van hun oogst verschuldigd aan de kasteelheer. De oogst werd opgeslagen in de tiendschuur. Het achttiende-eeuwse gebouw is gerestaureerd en biedt onderdak aan het Keramiekcentrum Tiendschuur, museum en atelier voor keramische kunst. 


Exterieur en interieur 
Keramiekcentrum Tiendschuur (van WhichMuseum)

Het museum is een schatkamer, waarin twintig eeuwen keramiek een plek heeft gevonden. Van de Romeinse tijd tot onze eigen tijd. Te kust en te keur, zogezegd. Het toeval leidt naar een bijzonder weerzien. Tussen alle objecten ontdekken we creaties van de van origine Venlose keramist Geert Lap (1951-2017). Zijn flinterdunne vormen zijn met de hand gedraaid. Ze zijn glad en egaal, gereduceerd tot een absoluut minimum en bedekt met een matte glazuur. Onderkoelde perfectie in keramiek. Er rest maar één conclusie. Geert Lap verdient een overzichtspresentatie in in zijn geboortestad.


Creaties van Geert Lap (van Wikipedia)

Reageren? Stuur sef Derkx en e-mail: floddergats@xs4all.nl.