donderdag 27 april 2023

De Halte XXL van woensdag 26 april 2023 - Hoky Poky (2)

 - door Sef Derkx -

De bus van Arriva stopt bij halte Hubertusplein in Blerick. Een tot dusver onbekende bestemming voor ons als ov-ontdekkingsreizigers. We komen voor De Klok en voor de Hoky Poky Bar. Het laatste etablissement is al lang gesloten, het uurwerk staat er weer sinds kort. Daarover straks. Het oog valt eerst op de etalageruit van de Baby Spa World. 

Offficiële plechtigheid t.g.v. de ingebruikname van De Klok (fot van website Wijkoverleg Blerick)

We hebben zicht op een deel van het interieur. We zien een baby poedelen in een jacuzzi. Het hoofdje in een zwembandje om de nek. Wat lief, we smelten. Op de website lezen we over de ontspannende werking. De baby slaapt er langer en dieper door. Hadden we dat maar jaren geleden geweten.

We komen echter voor De Klok, die hier vroeger stond. Het was een uurwerk op een paal. Zonder cijfers maar in plaats daarvan dunne en dikke streepjes. Zoals op de wijzerplaat van een Mondaine-horloge, die weer geïnspireerd is op een stationsklok in Zwitserland. Kastelein-zanger Bert van den Bergh (1960) woonde ertegenover als kind. In een flat uit de jaren vijftig, waar zijn ouders als eerste bewoners vanuit Venlo naar verhuisd waren. 

Afrondende fase van de bouw van de flats aan het Hubertusplein, jaren '50 (collectie Hay Janssen)Prentbriekaart Hubertusplein, circa 1965 (collectie Peter Rutten)

De benedenbuurman was de bekende slager Piek Sijmons. Iedereen sprak bij De Klok af. Het was voor jong en oud uit de wijk Hazenkamp hét ontmoetingspunt. Verliefde stelletjes troffen er elkaar, vriendengroepen die op de fiets naar VVV gingen kwamen er samen. Bert van den Bergh zong over De Klok in zijn liedje Valle en Opstaon. ‘De Klok beej De Blinde, dreit verhaole lankzaam weg.’ Een mooi beeld van de tijd die onherroepelijk weg tikt. 

Prentbriefkaart Hubertusplein met De Klok en rechts winkel familie Scholtze (website Wijkoverleg Blerick)


De heer Scholtze achter de toonbank (foto Francis Jacobs)

De Blinde was Anton Scholtze, winkelier in tabakswaren, ijs en snoepgoed op de hoek van de Dautzenbergstraat. Inderdaad blind, maar hij wist precies waar alles stond of lag en kon op de tast tot op de cent precies met de klanten afrekenen. Een fenomeen, iedereen kende hem. Hetzelfde gold voor kastelein Vaessen van de Hoky Poky Bar aan de Dautzenbergstraat. Het buurtcafé was gevestigd in een laagbouw achter de flat, waar Bert van den Bergh woonde. 

Hoky Poky Bar met vertegenwoordigend cafévoetbal elftal (particuliere colectie)

‘Meneer Vaessen was een geweldige kastelein, zijn zoon Frank is nog steeds een vriend van mij. Het café was supergezellig. Iedereen kwam er, het was een goudmijn. Ik heb er als kind mijn eerste glas bier gedronken. Kreeg het voorgezet door een van de cafébezoekers. Stoer als ik over wilde komen, dronk ik het op. Zou heden ten dage natuurlijk niet meer kunnen. Een glas bier voor een kind.’ Tot slot de opvallende naam van de bar. Hoky Poky komt van een populaire dans uit Groot-Brittannië en Ierland. In Duitsland bekend onder de naam Rucki Zucki.

Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.

maandag 24 april 2023

Van nul tot nu van woensdag 19 april 2023 - Begerige Oranje–ogen op Venlo (2)

door Albert Lamberts -

 De zusters waren dus benauwd dat Frederik Hendrik de stad voor de Staatsen zou heroveren. Zij vreesden dat zij hun (roomse) godsdienst meer zouden mogen uitoefenen, zoals de eerste keer, dat de stad door de Staatsen was bezet, tussen 1632 en 1637. (Zie aflevering van12 april: Floddergatsblog: Van nul tot nu van woensdag 12 april 2023 - Begerige Oranje-ogen op Venlo (sefderkx.blogspot.com)).

In het klooster Trans Cedron aan de rand van de stad, hield een zuster een nauwgezet dagboek bij van de ontwikkelingen, die binnen de kloostermuren zo’n enorme en ook begrijpelijke opwinding veroorzaakten.  In de kroniek van die zuster – de naam wordt niet vermeld – was trouwens al eerder geschreven over de eerste verovering en bezetting door de Oranje-prins in 1632.  Die kroniek zou halverwege de negentiende eeuw in handen zijn geweest van Lambert Keuller, gemeentesecretaris en geschiedschrijver. Mede op basis van deze kroniek schreef Keuller in 1843 deze episode in zijn Geschiedenis en beschrijving van Venloo.

In 1637 moesten de Staatsen de bezetting weer opgeven en toen noteerde een gelukkige zuster: Int jaer ons Heeren 1637 heeft Godt Almachtig door synen h. giest belieft te inspireren om ons van de ketterse slavernij  te verlossen onsen doorluchtigen prins Ferdinandus Infant van Spanien Cardinal van de H. Roomsch Kercke. Het voor de stad verschijnen van de Spaanse troepen was geheel onverwacht sonder dat wy het minste te vooren daar van gehoort hadden… 

Fraaie schematische afbeelding van de vesting Venlo in het museum De Luif (foto Albert Lamberts)

Maar goed, nog geen tien jaar na het vertrek van Staatse troepen meldden deze zich dus opnieuw voor de muren van de stad. En direct werd de stad gevorderd, maar de stedelijke autoriteiten wensten niet tot overgave over te gaan. Onmiddellijk begon daarop de beschieting door de dra in positie gebrachte batterijen, welcke, zo noteerde de zuster, welcke batterijen sij alsoo gestelt hebben, dat ons kerkcke ende convent rechts in de schuet liggende groote noot daarvan geleden heeft.

Kerk en convent werden meerdere malen getroffen, niet alleen door kanonskogels, maar ook door gloijenden bollen, die in sommige gevallen terecht kwamen op het brouwhuis, waar tevens de turf voor een heel jaar lag opgeslagen, en dwars door de koestal ging. De koijen waren so vervirt, dat men sie uyt den stal moest leijden op een andere plaat, want die daer den bol vast neven gegaen was en wilden op dieselve plats niet meer staen. 

Zoals eerder al vermeld, de kroniekschrijfster had ook oog voor wat er buiten de kloostermuren gebeurde. Zodoende liet zij een mooie beschrijving van de gebeurtenissen in 1646 na voor de historici. Uiteraard vermeldde zij, dat in het klooster dag en nacht werd gebeden, maar hele alinea’s wijdt zij aan de toestand in de stad: slechts 300 soldaten waren er in de stad; Alles bij alles toch niet voldoende om een soo groote beleggering lang tegen te houden en burgers moesten mee waken, vechten ende schieten, ende sij hebben haer soo mannelijck, ende soo dapper geschoeten dat sij grooten schaeden inden prinsen legger gedaen hebben. Volgens de zuster vroeg de prins zich verbaasd af of het binnen de muren slechts om lamen, cruppelen oft sieken ging, zoals hem was voorgehouden en dat hij juist wegens die ondermaatse bezetting zijn beleg voor de stad had opgeslagen menende, dat de stad direct zou capituleren, noch voor het ontbijt.

Prins Frederik Hendrik kwam van een wel zeer koude kermis thuis. Want volgens de kroniekschrijfster hebben liefst zo’n 2000 van sijn volck het leven gelaeten, soo dat hij seijde dat hij sijn leven wt geen statt soo seer en hadden sien schieten als wt Venlo.  

Het heldhaftig verzet van binnen de muren zou mogelijk tot niets hebben geleid, maar de hulp kwam: de stad kreeg versterking van maar liefst negenhonderd man. Keuller citeert daarna vrijwel letterlijk het verslag van de kroniekschrijfster in het klooster.  Het kwam er op neer, dat mede dankzij de versterking vanuit de stad succesvolle uitvallen werden gedaan naar de Staatse bezetter, die ten langen leste besloot de belegering op te heffen, mede op gezag van een drietal afgevaardigden van Hunne Hoogmogendheden, de Staten der Vereenigde Provinciën. 25 en 26 oktober 1646 ontruimden de prins en zijn soldaten hun posities. Op de naamdag van Sint Martinus (11 november) werd een dankdienst gehouden in de Martinuskerk, waartoe de magistraat allen de borgers geboden heeft.

Keuller haalt de slechte gezondheid van de prins aan als mede-reden, naast de enorme verliezen, om het beleg te staken, zeker met het oog op de naderende winter. 

Er valt wat voor te zeggen, dat de bezorgdheid om het leven van de prins een rol heeft gespeeld. De belegering van Venlo zou Frederik Hendriks laatste wapenfeit zijn. Hij overleed op 14 maart 1647 in Den Haag.

Reageren? Stuur Albert Lamberts een e-mail: albertlamberts@home.nl.

woensdag 19 april 2023

De Halte XXL van woensdag 19 april 2023 - Hoky Poky Bar

-door Sef Derkx - 

Het zal bekend voorkomen. Je hebt een liedje in het hoofd, dat van geen wijken wil. Het blijft maar doordreunen: In Spanje schijnt altijd de zon. Gezongen door clown Bassie en acrobaat Adriaan, een duo welbekend van de tv. De weersgesteldheid is anders vandaag in Blerick. Geen zon, integendeel. Uit een dik wolkendek miezert het als we uitstappen bij de halte Hubertusplein. We klagen niet. In Spanje zouden ze uit dankbaarheid op hun knieën vallen, wanneer het miezerde. Door de meerjarige droogte zijn er stuwmeren drooggevallen. 

Maria met kind in zijkapel Sint-Hubertuskerk, gepolychromeerd, jaren vijftig (foto Sef Derkx)

'Prijslijst' kaarsen in zijkapel Sint-Hubertuskerk (foto Sef Derkx)

We lopen eerst naar de Sint-Hubertuskerk. Vanuit de bus hadden we gezien, dat een zijingang geopend was. De openstaande deur blijkt toegang te geven tot een kapel, waar achter plexiglas een beeld staat van Maria met kind. Qua stijl uit de jaren vijftig van de vorige eeuw. Ervoor is een plankje met plastic bloemen in vaasjes, plastic flesjes voor gezegend water, devotieprentjes, beeldjes en een kerstgroepje. Een gleuf in een zijwand is bestemd om het kaarsengeld te ‘deponeren’. Het loopt op van vijftig cent tot vijf euro. We kiezen voor een grote noveenkaars uit de laatste prijscategorie. Het huidige duistere tijdsgewricht kan wel wat licht gebruiken.

Nieuwbouw Hazenkamp, 1952 (collectie Witchie van Heesch)

De parochie van Sint-Hubertus is naoorlogs. Ze bestond aanvankelijk uit tachtig gezinnen en de parochiegrenzen vielen samen met die van de nieuwe woonwijk Hazenkamp. Aanvankelijk moest men het nog doen met een noodkerk, die in de herinnering bewaard is gebleven als de Meelkerk. Een merkwaardige naam? Nee, het bedehuis stond op de plek van de in 1944 verwoeste Sint-Antoniusmolen met opslagplaatsen voor meel en graan. Architect Jacques Grubben had nieuwe loodsen ontworpen, waarin eerst de noodkerk onderdak vond. De Meelkerk was in gebruik van 1950 tot 1954.Interieur Meelkerk ( collectie Ineke Vostermans)




Bouw Sint-Hubertuskerk (Archief parochie Sint-Hubertus)

Luchtfoto Hazenkamp met rechtsboven Sint-Hubertuskerk (collectie Marcel Kikken)

De architect van de Sint-Hubertuskerk is Jan Ramaekers. De jonge parochie beschikte nauwelijks over middelen. De architect kreeg opdracht om te gaan kijken in de resten van de kerk van Hout-Blerick om te zien of daar nog bouwmateriaal tussen het puin zat voor hergebruik. Slechts twee wijwaterbakken bleken nog bruikbaar. De eerste steen werd gelegd in oktober 1953, ruim een jaar later volgde de inwijding door bisschop Lemmens. In 2018 is de kerk aan de eredienst onttrokken. We hebben nog meer op het programma staan. We komen voor de klok die onlangs op het plein is herplaatst. Ook willen we een café van vroeger zien met een uiterst raadselachtig naam. We hebben het ooit één maal bezocht, de Hoky Poky Bar. What’s in a name? (wordt vervolgd)..  

Interieur Sint-Hubertuskerk (collectie Frits Peeters)

Prentbriefkaart Sint-Hubertuskerk (particuliere collectie)

Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.



 

donderdag 13 april 2023

Van nul tot nu van woensdag 12 april 2023 - Begerige Oranje-ogen op Venlo

- door Albert Lamberts  - 

Net als tijdens de Tweede Wereldoorlog voelden ook eeuwen eerder mensen die konden lezen en schrijven zich geroepen verslag te doen van belangrijke gebeurtenissen, zoals belegeringen, gewapende uiteenzettingen en bezettingen. Zij leverden zogezegd de bouwstenen voor de latere geschiedschrijvers. (Ooggetuigen-) verslagen, vastgelegd in vaak fraaie handschriften. Het zal geen verwondering wekken, dat uitgerekend kloosterlingen, waarvan velen immers de kunst van lezen en schrijven beheersten, zich geroepen voelden om belangrijke gebeurtenissen vast te leggen.



Twee opnames uit het fraaie museum tegen de Luif: De vesting Venlo ten tijde van de Tachtigjarige Oorlog. Links de enorme stadstoren. Rechts het Romerhuis. De buste van Frederik Hendrik. (foto’s Albert Lamberts)

Enkele voor de stad Venlo significante gebeurtenissen werden bijvoorbeeld in vroeger eeuwen vooral vastgelegd door zusters. Uiteraard was de stichting van een klooster voor de nonnen van groot belang en daarover werd dan ook uitvoerig aantekening gehouden. Prachtig voorbeeld daarvan is natuurlijk de Kroniek van het klooster in de Oode: hier begint ter eeren Godts en Maria zijn ghebenedijde Moeder de fundati des cloosters inde oode. Ende voorts vervolgende van onze zalighe veranderinge hoe wij gecome zijn tot de oorden vande ghebenedijde Moeder Godts en Mahet Maria Genoept (bedoeld is natuurlijk genoemd) de oorde der Annunciatie. De geschiedschrijving begon eerst in 1614,  bijna tweehonderd jaar na de fundati, maar de kroniek vervolgde met gedetailleerde verslagen niet alleen betreffende het klooster en het kloosterleven, maar ook over het wedervaren van de stad.

De zusters hadden oog voor wat zich afspeelde binnen, maar ook buiten de kloostermuren, want niet alleen de zuster der Annunciaten schreef in prachtig handschrift een kroniek, enkele kilometers zuidelijker en ongeveer dertig jaar later hanteerde een zuster van het klooster Trans Cedron de pen om verslag te doen van een beleg van Venlo, in dit geval het beleg door Frederik Hendrik, die in 1632 de stad voor de Staatsen had veroverd, haar in 1637 weer had moeten prijsgeven, maar – houd u vast voor de volgende volzin -: Int jaer ons heeren 1646 is noch eens geheel onverwacht voor Venlo gekomen den Prins van Oranje met zijn leger: men en hadde te voren niet eens daervan hoeren zeggen, maar wel hadden wij over langen tijd gehoert, hoe dat den vreden, welcke tot Munster getractirt worde, souden haest gesloeten worden, daer wij en alle menschen seer naer verlangden, om die groten miserien daer wij soo vele jaeren in geweest waren; daarom was een jegelijck ende wij oock van deze goede tijdinges eer verblijdt, maer ons blijdschaep is seer haest in groote droefheit en benautheit verandert, sienden ons van den guesen widerom beleggert want het was maer 9 jaer geleden dat wij konincks geworden waeren, ende die benautheijt hadden wij te meer eenendeels om dat wij noch eens onder de Kettersche Regeeringe geweest waren, ende veel benautheijt geleden en vtgestaen hadden, ten anderen dat wij seer vreesden dat sij ons nu den vrijdom niet en souden laeten, van onsen goddelijcken dienst te doen int openbaer, gelijck sij te voor ons toegelaeten hadden.

Het was het tweede bezoek van Frederik Hendrik, die in onze geschiedenisboekjes de stedendwinger werd genoemd, aan Venlo, zoals boven al vermeld. Volgens de kroniekschrijfster in het klooster was wederom sprake van een hachelijke situatie, want de E.W. moeder recommandirden ons allemael seer hertelijck, dat wij nacht ende dag souden gebed houden. Pater Bartelomeus Moenen kwam vijf dagen achter elkaar de communie uitreiken om de zusters te meer ontstecken in de devotie. Bovendien maande moeder overste haar zusters penitencie te doen, ende onszelven te verootmoedigen voor Godt almachtig.

De volgende keer zal ik verder verslag doen van het beleg van 1646, maar nu reeds kan al wel worden verteld, dat het beleg niets uithaalde. Prins Fredrik Hendrik stierf in 1647. Hij is in Venlo echter allerminst vergeten. Verleden jaar werd aan de stadzijde van het stukje oude stadsmuur aan de Maas, de Luif, een klein museum ingericht en geopend. En wiens borstbeeld prijkt daar pontificaal? Juist, een mooie buste van de jongste zoon van Willem van Oranje, die Venlo tweemaal belegerde; eenmaal met succes: prins Frederik Hendrik.

Reageren? Stuur Albert Lamberts een e-mail: albertlamberts@home.nl.

 

 

 

 

 

De Halte XXL van woensdag 12 april 2023 - Op bezoek bij De Elze in Hout-Blerick

 - door Sef Derkx - 

De dag begon met een krantenartikel, waarin het Rode Kruis zijn zorgen uitspreekt. De organisatie schat het aantal mensen in Nederland in voedselnood op 400.000 en probeert de nood deels te lenigen met voedselpakketten en winkelbonnen. 




De Elze (foto van Café de Elze | Hout-Blerick (wordpress.com)

We lopen van de bushalte bij De Berckt naar De Elze in Hout-Blerick. De Baarlosestraat ligt ogenschijnlijk aan de goede kant van de inkomenskloof. De piekfijn verzorgde huizen blinken in de voorjaarszon. Vrijstaande welvaart veelal. Het knusse eetcafé De Elze is een geheimtip. Voor hoe lang nog? Bekenden hebben het er steeds vaker over. Het ligt buitenaf, maar het is er prima toeven. Vooral de culinaire thema-avonden worden geroemd. We zijn om een andere reden ernaar onderweg. Illustrator Leon Peeters heeft in het paviljoen achter het café een wandschildering vervaardigd. Met het Hout-Blericks dorpsschoon en de brouwnijverheid tot onderwerp.



Interieur De Elze (foto's Sef Derkx)

We zijn te vroeg, eigenaar Sjors Huys is nog onderweg. We kijken rond. In een hoekje brandt bij zijn foto een gedachteniskaarsje voor Giel Huys. De broer van de eigenaar is bij een ongeluk om het leven gekomen. Een altijddurend verdriet, een gemis zonder einde. Er hangt een koksbuis in miniuitvoering. Op het borstzakje is de naam Sef geborduurd. De jongste telg heeft die mooie Limburgse voornaam. 

Sjors Huys met zoon Sefke (foto Sef Derkx)

De Elzenberg aan de weg tussen Blerick en Baarlo staat op de Tranchotkaart uit het begin van de negentiende eeuw. Het toponiem zal ongetwijfeld op dat moment al enkele generaties in gebruik zijn geweest. 


Detail Tranchotkaart, begin 18de eeuw (collectie Gemeentearchief Venlo)

Prentbriefkaart De Elze, jaren zestig vorige eeuw (collectie Gemeentearchief Venlo)

De ‘berg’ was in feite een hoog opgestoven zandduin. Het logo van De Elze vermeldt het jaartal 1830. Hoeveel dorstigen zullen in de loop van de bijna tweehonderd jaar hun benen gestrekt hebben onder een cafétafeltje? Vol verlangen gekeken hebben naar het glas bier, dat voor ze neergezet werd? Op de Beeldbank van het Gemeentearchief komen we een prentbriefkaart tegen uit de jaren zestig. Voordat de familie Huys het etablissement overnam, zat er een Poolse exploitant in. De naam die destijds op de gevel prijkte was Diablice, de Duivel.

Wandschildering Leon Peeters (foto's Sef Derkx)

We lopen achterom om de schepping van Leon Peeters te zien. Drie weken werk is het geweest. Het resultaat? Een plaatje. Hout-Blerickse harten gaan ongetwijfeld sneller kloppen bij het zien van de Sint-Josephkerk en de Watermeule. Tot de Tweede Wereldoorlog was het een olie- en graanmolen. Lang diende het  als restaurant, tot de huidige bewoners het pand in 1998 kochten. Onlangs was het karakteristieke pand onderwerp in het veelbekeken tv-programma BinnensteBuiten, klik hier: De oude watermolen bij Venlo is een uniek woonhuis | BinnensteBuiten (kro-ncrv.nl). Het pand komt in de toekomst buitendijks te liggen, zodat de Maas meer ruimte krijgt bij hoogwater.  Voor de huidige eigenaar reden om er te vertrekken.

Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.

 

 

.         

dinsdag 11 april 2023

Lezing en filmvoorstelling in CityCinema over oorlog en bevrijding in Venlo en Blerick, 1944-1945

Donderdag 4 mei 2023 om 16 uur; CityCinema, Picardie 33 in Venlo

Inlichtingen en stoelreservering: Oorlog en Bevrijding Venlo & Blerick - CityCinema 

Omslag van de eerste druk van  'Die Swaere Noodt'; Gijs Bertels bediende zich van het pseudoniem Martien Blondel (collectie Sef Derkx)

De Venlose journalist Gijs Bertels hield van 13 oktober 1944 tot en met 1 maart 1945 een dagboek bij in de frontstad Venlo. Het werd in december 1945 gepubliceerd onder de titel Die Swaere Noodt. Kroniek van een belegerde stad. Het aangrijpende verslag is mede inspiratiebron geweest voor de lezing en filmvoorstelling, die Sef Derkx op Bevrijdingsdag (donderdag 4 mei) verzorgt in CityCinema aan de Picardie. De voorstelling begint om 16 uur. Het initiatief ervoor is genomen door de Bibliotheek Venlo.

Nassaustraat na het bombardement van vrijdag 13 oktober 1944 (collectie Gemeentearchief Venlo) 

Venlo en Blerick worden in oktober en november 1944 getroffen door een serie geallieerde bombardementen. De luchtaanvallen zijn gericht op de Maasbruggen, maar missen dit strategische doel. De bommen komen neer in de kernen van beide stadsdelen. Met desastreuze gevolgen.

Hulpverleners in de Nassaustraat op vrijdag 13 oktober 1944; het pand op de achtergrond is de zijgevel van het voormalige postkantoor (collectie Gemeentearchief Venlo) 

Openbare schuilkelder onder het Popegebouw, tekening Sef Moonen (gepubliceerd in 'Die Swaere Noodt')

Op zondag 3 december 1944 wordt in een groot offensief Blerick bevrijd van de Duitsers. Het lukt de geallieerden niet de Maas over te steken. Venlo op de oostelijke rivieroever blijft tot en met donderdag 1 maart 1945 bezet. De stad is bijna drie maanden lang een frontstad. Door de beschietingen over en weer is niemand zijn leven zeker, de mensen huizen in kelders. Er is gebrek aan voedsel, schoon drinkwater, brandstof, zeep en medicijnen. Ja, en wat niet eigenlijk? Begin januari 1945 wordt een groot deel van de bevolking door de bezetter gedwongen geëvacueerd.

Bekendmaking van de gemeente Venlo over de evacuatie, 14 januari 1945 (collectie Gemeentearchief Venlo)

De mensen die achter zijn gebleven, beleven in een onwerkelijke roes de bevrijding. De geallieerden komen niet van over de Maas, wat iedereen drie maanden had verwacht, maar vanuit Kaldenkerken. De bevrijding begint op 1 maart 1945 en vindt zijn voltooiing twee dagen later, wanneer het laatste stukje van Arcen wordt ontzet. De evacués keren vanaf mei in de puinstad Venlo terug.

Verwoeste stad (olieverf op doek), Sef Moonen, 1945 (collectie Limburgs Museum) 

De lezing is gebaseerd op archiefonderzoek en op de persoonlijke verhalen, die Sef Derkx in voorbije jaren heeft opgetekend. Indringend en direct tot ons sprekend zijn de fragmenten uit oorlogsdagboeken en brieven. Naast deze persoonlijke getuigenissen wordt filmfragmenten vertoond van de bevrijding van Blerick, die de geschiedenis is ingegaan als The perfect battle of Blerick. Bijzonder zijn de reportages, die filmer John Fernhout in Venlo en omgeving maakte in de dagen onmiddellijk na de bevrijding. 

The perfect battle of Blerick is begonnen (collectie Imperial War Museum, Londen)

Na de bevrijding werd de bevolking van Blerick geëvacueerd (collectie Imperial War Museum, Londen)

Tot slot wordt de iconische Puinfilm van Dré Brenneker en Baer Thiery vertoond. Dré Brenneker was in 1945 fotograaf in dienst van het Dagblad voor Noord-Limburg. Met een groep creatieve vrienden en vriendinnen bedachten ze acties om de nood van de bevolking van het zwaar getroffen Venlo en Blerick te kunnen lenigen. 

Dame sprokkelt aanmaakhoutjes in de Nieuwstraat (still uit Puinfilm/collectie Limburgs Museum)

Hoe kon de rest  van Nederland overtuigd worden, van de schrijnende situatie? Al gauw kwamen hij en zijn collega Baer Thiery (1908-1978) op het idee van een documentaire. Maar hoe eraan te beginnen in een stad waar aan alles gebrek was? 

Kapel klooster dominicanen aan de Kleine Beekstraat ((still uit Puinfilm/collectie Limburgs Museum)

Het Amerikaanse leger schoot te hulp en stelde twee filmcamera’s ter beschikking. Plus de benodigde films op 16 mm. Al op een van de eerste draaidagen ging het mis. Brenneker stond op muur van de beschadigde Martinuskerk om het restant van de toren te filmen. Ineens werd hij overvallen door hoogtevrees. De camera schoot uit zijn hand. Thiery en hij konden gelukkig verder met de tweede camera.




Van boven naar beneden: Nassaustraat, Roermondsestraat en afvoer puin naar het huidige Julianapark (stills uit Puinfilm/collectie Limburgs Museum) 

De Puinfilm doet verslag van de diepe wonden die de bombardementen van het laatste oorlogsjaar hebben geslagen. De beelden van de verwoeste binnenstad, met veel aandacht voor de ruïnes van kerken en kloosters, zijn indrukwekkend. Het is een surrealistische sfeer. De documentaire laat ook de opruimwerkzaamheden zien en de afvoer van het puin naar het huidige Julianapark. Een openbrekend wolkendek staat symbool voor vrijheid; bloeiende hortensia’s tussen het puin voor de nieuwe, beter tijden die de stad te wachten staat.

De post wordt bezorgd in Puinstad Venlo (still uit Puinfilm/collectie Limburgs Museum)

Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.

 

 

 

donderdag 6 april 2023

De Halte XXL van woensdag 5 april 2023 - De hoedenwinkel was gesloten

- door Sef Derkx -

De Koestraat in Arcen is op deze maandagochtend een oase van rust. We waren er enkele jaren geleden al eens tijdens het Scrooge Festival. Er was bijna geen doorkomen aan. Nu hebben we volop kans een van de mooiste straatjes van Arcen goed te bekijken. 

Prentbriefkaart Koestraat, begin vorige eeuw (website Stichting Heemkunde Arcen)

Koestraat, 1960 (website Stichting Heemkunde Arcen) 

Op de website van Stichting Heemkunde Arcen troffen we een prachtige prentbriefkaart aan uit het begin van de vorige eeuw. Het moet toentertijd ook al een belangrijke straat geweest zijn. Anders laat je er geen prentbriefkaart van drukken. Iemand heeft op de voorzijde een kruisje gezet en er ‘Villa nooit gedacht’ bij geschreven. Een humorist op doorreis in Arcen? Helaas, de achterzijde staat niet op de website. Vorig jaar is er een archeologisch onderzoek geweest op de plek waar een Chinees restaurant heeft gestaan. Aangetroffen bodemsporen wijzen op mogelijke bewoning in de vijftiende eeuw. We lopen dus in een straat met statuur.

Protestaffiche (foto Sef Derkx)

Terug naar nu. Hier en daar hangt een affiche van de lokale Werkgroep Wonen met: ‘Woningcrisis in Arcen! Doe er iets aan, Venlo!’ Het komt over als een bevel. In de trant van wij hebben een probleem, gooien het over de schutting en aan jullie om het  op te lossen. Aan een ander raam vraagt een poster aandacht voor een tuincursus van de Hubertinahof. Een natuurlijke, voedende en helende tuin, staat erbij. Interessant, we nemen ons voor er bij een volgend bezoek aan Arcen te gaan kijken.  

















Affiche Hubertinahof (foto Sef Derkx)

Theekoepel, 1960 (website Stichting Heemkunde Arcen) 

Als we de straat aflopen, staan we voor het gerestaureerde, achthoekige theekoepeltje. Het architectonisch pareltje is rond 1760 gebouwd door de eigenaren van het kasteel. Een lange laan die schaduw bood op zomerdagen, verbond Huis Arcen met het theehuisje. Naar verluidt dronken de dames er een kopje thee als de mannen op jacht waren. We zijn het erover eens, echt woke klinkt het niet. Jagende heren en theedrinkende dames. Wel heel rolbevestigend. Maar ja, het is ook de achttiende eeuw. Vanaf de jaren dertig van de vorige eeuw werd het kasteel niet meer permanent bewoond. Het theehuis raakte in verval. Na enkele decennia restte slechts een deel van één van de muren. De herbouw in 2009 is gebaseerd op slechts één foto van de bouwval. Heden ten dage is het Limburgs Landschap eigenaar van kasteel Arcen en dus ook van de theekoepel.

Hoedenwinkel in Arcen (foto Sef Derkx)

We nemen de bus terug naar Venlo. Onderweg naar de halte bij de Schanstoren doen we een ontdekking. Arcen heeft een prachtige winkel voor hoofddeksels. Hoeden, petten en caps voor dames en heren. Een elegante hoed lijkt ons niet verkeerd, integendeel. Helaas is Hoed van ’t Hof nog gesloten.

Reageren? Stuur Sef Derkx een e/mail: floddergats@xs4all.nl.

 

Van nul tot nu van woensdag 5 april 2023 - De fabrieksschoorstenen van ome Wim

- door Albert Lamberts -  

U zult het misschien niet geloven, maar het bestaat echt: een boek over fabrieksschoorstenen. En niet zo’n boekje van een paar pagina’s, nee, niks daarvan. Een lijvig boekwerk van ruim 460 pagina’s. Geen recente uitgave overigens, want de pil van bijna 2,5 kilo werd in Eindhoven gepresenteerd op 25 augustus 2017. 460 pagina’s over Fabrieksschoorstenen in Nederland. Het werk van Arie Johannes (Arjan)  Barnard. Bij de presentatie waren twee dames uit Tegelen op uitnodiging aanwezig: de nichtjes Annet en Rosette Siebgens. En dat had zijn reden. 

Siebgens is natuurlijk een bekende naam in Tegelen. Het echtpaar Wim en Truus Siebgens-Flos was buitengewoon actief in het Tegelse verenigingsleven. Na het overlijden van Wim jr. kwam er plotseling nog een aspect uit het leven van opa Wim sr. aan het daglicht: tekenaar van fabrieksschoorstenen en van huizen. Wie had dat gedacht van de man, die eigenlijk procuratiehouder bij Canoy-Herfkens in Tegelen was. Ah, daar ligt natuurlijk de link met de schoorstenen: Canoy-Herfkens. 

Nog fier prijkt de fabrieksschoorsteen van Canoy-Herfkens aan de Tegelse kant van de afrit van de A73 boven het landschap (foto Albert Lamberts)

Rosette herinnert zich, dat in de nalatenschap van haar vader Wim jr. een aantal tekeningen tevoorschijn kwam. Sommige tekeningen waren wel ruim anderhalve meter lang; bouwtekeningen van fabrieksschoorstenen. Architect: Wim Siebgens sr. Rosette: Daar wilde ik natuurlijk wel meer van weten. Wij realiseerden ons dat dit industrieel erfgoed is, en dus ben ik gaan googelen en kwam uit bij STIF, Stichting Fabrieksschoorstenen.  Ik heb een mailtje gestuurd met de vermelding van onze vondst. Arjan Barnard, schrijver van eerdergenoemd boek, was zeer blij met deze Tegelse vondst, mede omdat er net de laatste hand werd gelegd aan zijn boek. De verdere contacten resulteerden in een uitnodiging aan beide Tegelse Siebgens-dames om de presentatie van bovengenoemde fabrieksschoorsteenbijbel  bij te wonen op het hippe bedrijventerrein Strijp S in Eindhoven. Daar ontmoetten zij Pierre Geelen, zoon van schoorsteenbouwer Sjang Geelen. Pierre is naar Tegelen getogen en heeft er daarna voor gezorgd dat de tekeningen veilig zijn opgeborgen in het Historisch archief in Maastricht.

Canoy Herfkens dus. Inmiddels is duidelijk geworden dat Wim Siebgens sr. nogal wat fabrieksschoorstenen heeft ontworpen. Hij was de leider van de afdeling schoorsteenbouw bij Canoy-Herfkens. Hij was ook van de bouwtekeningen. Hij kwam in 1918 in dienst van Canoy-Herfkens Steenfabrieken. Hoeveel schoorstenen hij heeft ontworpen gedurende zijn lange dienstverband  is niet bekend, maar het moeten er heel wat zijn geweest. Canoy Herfkens gebruikte bijvoorbeeld in 1937 briefpapier met een briefhoofd, waarin met enige trots werd vermeld, dat het bedrijf maar liefst 2500 schoorstenen had geproduceerd. Niet allemaal in eigen huis ontworpen overigens, maar toch, Wim Siebgens sr. zal er heel wat voor zijn rekening hebben genomen. Hij tekende, Canoy-Herfkens leverde de stenen en Sjang Geelen bouwde. Trouwens, zoon Geert Siebgens, Annets vader, zat later ook in stenen en schoorstenen. Er staan nog enkele fabrieksschoorstenen fier overeind. In Tegelen bijvoorbeeld de schoorsteen van Canoy-Herfkens zelf. En een eindje verderop, nabij de Kaldenkerkerweg nog enkele schoorstenen. 

Op het Strijp-S terrein in Eindhoven staan ook nog twee Philips-schoorstenen overeind  (1948 en 1953), getekend door Wim Siebgens. Er staat nog een derde schoorsteen van begin vorige eeuw, ook van CHV. Allemaal niet meer in gebruik. In buurtschap ’t Ven in Venlo stond tot in de jaren zeventig van de vorige eeuw een schoorsteen bij Canoy-Herfkens Steenfabriek ’t Ven, vanaf 1966 Tegula. Overigens stonden de stenen reuzen niet alleen bij vooral steen- en pannenfabrieken, maar zorgden zij ook voor rookafvoer bij de zwaar verwarmde tuinderskassen.

Twee Tegelse schoorstenen op Strijp-S in Eindhoven (foto collectie Rosette Siebgens)

Even terug naar Wim Siebgens sr. Een veelzijdig mens. Zijn tekencapaciteiten waren bij slechts enkelen bekend. Hij liep er ook niet direct mee te koop, al staken zijn creaties letterlijk meters boven de andere bouwwerken uit. Hij had in zijn jonge jaren zijn tekentalent ontwikkeld. In 1911 behaalde hij zijn tekenakte. Niet meer te achterhalen, maar het schijnt dat Wim Siebgens sr. nog les heeft gehad van de toen al zeer op leeftijd zijnde beroemde Nederlandse bouwmeester Pierre Cuijpers in Roermond. Behalve fabrieksschoorstenen tekende Siebgens ook huizen, waarvan er nog enkele in Tegelen staan. In een van die huizen, Venloseweg 104 woonde de familie Siebgens zelf, pal tegenover de fabriek van Canoy-Herkens. In februari 1925 kreeg Wim Siebgens de bouwvergunning en zestig jaar was het de eerste woning in Tegelen gezien vanaf Venlo. Zij moest in de jaren tachtig van de vorige eeuw plaats maken voor de aanleg van de A73.

Wellicht staan er nog meer ‘Siebgens-huizen’ in Tegelen. Rosette Siebgens en ik zouden het op prijs stellen daarover te vernemen: (albertlamberts@home.nl)

Met dank aan Rosette Siebgens.

Reageren? Stuur Albert Lamberts een e-mail: albertlamberts@home.nl.