vrijdag 31 januari 2025

De Halte XXL van woensdag 29 januari 2025 - 't Ketske

- door Sef Derkx -

Het café aller cafés is voor mij lange tijd De Witte geweest aan de Parade. De oer-Witte welteverstaan, het café van voor de onfortuinlijk uitgepakte verbouwing. Mijn vader ging er ‘s zaterdags toepen met onder meer ‘Meister Zanders’ en de ‘De Kop van Canjels’. 



Café De Witte (collectie Sef Derkx)

Allen al jaren geleden opgestegen naar het eeuwige café, dat uiteraard geen sluitingstijd kent. Soms mocht ik mee naar De Witte. Je kreeg een glas Riedellimonade en een dubbeltje voor pinda’s uit de bolvormige glazen automaat met schuif. De pinda’s werden opgevangen in bakje gevouwen van een bierviltje. 

De kaarters dronken dröpkes, borreltjes. Af en toe werd een ketske besteld, een jonge jenever met enkele druppels Underberg. Het dialectwoord ketske is een afleiding van een merknaam. Vanaf de achttiende eeuw werd in Nieuwe Pekela door Heiman Cohen Catz een kruidenelixer bereid, dat zeer populair zou worden. Het drankje won de ene prijs na de andere en werd overladen met gouden en ongetwijfeld ook vetleren medailles. In de negentiende eeuw had de firma Catz en Zoon vestigingen in Amsterdam, Rotterdam, Batavia en in Californië. Bescheidenheid was de distillateur vreemd, het elixer werd aangeprezen als het zuiverste en gezondste ter wereld. Het zou een probaat middel zijn tegen een reeks van kwalen. Driemaal daags een glaasje Catz-Elixer was een garantie voor een goede spijsvertering en vlotte stoelgang. Het drankje heette ‘onontbeerlijk’ voor wie een lange zeereis wilde ondernemen. Wanneer het ging stormen en je groen zag van misselijkheid, was één glaasje voldoende om een zeezieke er weer bovenop te helpen. Ketske is een afgeleide in het dialect van de naam van dit wondermiddel. Het elixer is eind jaren tachtig van de vorige eeuw van de markt genomen.



In de bus vanuit Velden moest ik ineens aan mijn vader en aan zijn ketskes denken. Waarom die herinneringen die zich opdrongen? Geen idee. Het geheugen is wonderlijk. Een voorbeeld. Soms probeer je je uit alle macht een naam te herinneren. Maar lukt het niet. Dagen later schiet de naam je te binnen. Plotsklaps en zonder directe aanleiding, wonderlijk eigenlijk. Denkend aan het archaïsche ketske, vroeg ik me af in welk Venloos café je het nog zou kunnen bestellen zonder vreemd aangekeken te worden. Eigenlijk kwam alleen De Gaaspiep aan de Kleine Kerkstraat in aanmerking, een café van een teruggespoelde tijd. Wie over een onderzoekende geest beschikt, stelt niets uit. Zeker niet wanneer het over cafés gaat. Dus stapten we uit bij de bushalte aan de Goltziusstraat (wordt vervolgd). 

Reageren? Stuur Sef Derkx een email: floddergats@xs4all.nl. 

donderdag 23 januari 2025

De Halte XXL van woensdag 22 januari 2025 - Schuilen aan de Leutherweg

 - door Sef Derkx -

Wandelen is altijd goed als je last heb van je benen, had de specialist gezegd. Goede raad sla je niet in de wind. Dus wandelen we vanaf bushalte Loyolastraat naar het Manresapark. Wanneer de bomen kaal zijn, hebben bewoners aan de westzijde van het appartementencomplex een prachtig uitzicht over Venlo. In het park zijn cultuurhistorische waarden behouden gebleven. Er is een markering van de Archeo Route Limburg, waar het verhaal verteld wordt van Hulster Heinke. 

Galgenberg ( website Archeo Route Limburg)

Na zijn terechtstelling in 1754 voor het stadhuis werd zijn stoffelijk overschot hier op de Galgenberg opgehangen. Als waarschuwing aan eenieder om niet het criminele pad in te slaan. Aan de slingerweg naar de Leutherweg ligt een schuilkelder die voor de Tweede Wereldoorlog werd gebouwd. Alleen de zware ijzeren toegangsdeur is zichtbaar. Tijdens bombardementen op de Fliegerhorst konden buurtbewoners hier schuilen.

In het boek Op blote voeten van de bekende Amsterdamse fotograaf Cor Jaring (1936-2013) is aandacht voor de schuilkelder. Het is een indrukwekkende, bij tijd en wijle huiveringwekkende geschiedenis. De kleine Cor wordt aan het begin van de Hongerwinter door zijn ouders op de trein gezet richting Venlo, waar een tante woont. De reis in een ijskoude coupé duurt uren. Op het perron wacht tante, voor het station staat paard en kar klaar met op de bok zijn oom. Ze rijden naar de Leutherweg waar de familie een groentehandel heeft. Al de eerste nacht in Venlo loeit het luchtalarm. Buurtbewoners vluchten naar de openbare schuilkelder. Na een half uur klinkt het alarm ten teken dat het veilig is. De tweede avond is er weer een luchtalarm en nu is het wel raak. Na vijf minuten slaan de bommen op zo’n honderd meter afstand in: ‘Iedereen begon te gillen of te huilen. Vooral de vrouwen en kinderen waren echt in paniek.’ Plots worden twee zwaargewonde Duitsers naar binnen gedragen. De uniformjas van een van hen wordt opengetrokken om een buikwond te kunnen verzorgen: ‘Hij bloedde niet eens zo erg, maar z’n darmen puilden eruit. Het was een scheur van zeker twintig centimeter. Bij het zien ervan begonnen vrouwen en kinderen hysterisch te gillen.’ Er volgt een tweede bombardement: ‘De bunkermuren waren wel dik, maar je hoorde de bomscherven gewoon tegen de buitenmuur afketsen. Gillen en schreeuwen. En die Limburgers maar bidden van Oh, lieve Heer.’ Na een kwartier is het bombardement afgelopen en als ze weer buiten staan, voelt Cor een vuurgloed op zijn gezicht van een felle brand verderop op de Fliegerhorst.

Reageren? Stuur e-mail naar Sef Derkx: floddergats@xs4all.nl.

woensdag 15 januari 2025

De Halte XXL van woensdag 15 januari 2025 - Dwangarbeid

- door Sef Derkx -

Voordat we met de bus bij het station vertrekken, gaan we kijken naar een gedenkzuil die door bijna iedereen over het hoofd wordt gezien. Toch staat hij er al sinds 2015. De sculptuur van Franck Sonnemans bestaat uit een kolom van rvs met bovenin een glasplaat. Het monument herinnert aan een donkere episode uit de Tweede Wereldoorlog: de Arbeidsinzet.



In het najaar van 1944 zijn meer dan 7.000 jongens en mannen uit Noord- en Midden-Limburg bij razzia’s opgepakt. Ze worden als dwangarbeiders in Duitsland tewerkgesteld onder deplorabele omstandigheden. Een traumatische ervaring. Enkele honderden sterven. Zij die thuis zijn achtergebleven, verkeren maandenlang in onzekerheid over het lot van hun dierbaren. Meer dan de helft van de gedeporteerden vertrok vanaf station Venlo. Vandaar deze plek, een perk voor de   zijvleugel aan de oostzijde. Historisch is er wat af te dingen op de locatie, maar dat is muggenzifterij.


Theo Schouenberg (1914-1990) was een van arbeidslaven van de nazi’s; hij is een oom langs moederskant. In een schriftje dat is overgeleverd, heeft hij in steekwoorden notities gemaakt tijdens deze periode. Op donderdagmiddag 12 oktober 1944 wordt hij op transport gezet met bestemming Wuppertal-Varresbeek. Theo wordt aan het werk gezet in het nabijgelegen Elberfeld en Remscheid, waar hij puin moet ruimen. Hij ontmoet stadsgenoten, onder wie ene bakker Gerards en Sjraar Munten die vaak met het weinige eten in de weer zijn. Hij mist zijn vrouw en kinderen. 


Op 23 november 1944 krijgt hij de eerste brief van thuis. Het stelt hem ietwat gerust; hij schrijft meteen een brief terug. Theo lijdt onder de verschrikkelijke omstandigheden, het gemis van zijn geliefden valt hem zwaar. Op 6 december 1944 schrijft hij: ‘De slechtste Sint-Nicolaas van mijn leven.’ Het nieuws van thuis, maakt het toch al moeilijke leven nog zwaarder: ‘Venlo nog steeds in Duitse handen. Honger en ellende. Hoop met vrouw en kinderen goed.’ Eerste Kerstdag celebreert een Limburgse priester de mis. Een dagje later is er een verzetje. Hij gaat naar de bioscoop in Lennep. Wat volgt is  maandenlange wachten. Wachten op de capitulatie van de nazi’s en het einde van de oorlog, maar vooral wachten op een terugkeer. Via Düsseldorf en Luik arriveert hij op 10 mei 1945 in Oudenbosch. Twee dagen later loopt hij naar Deurne, waar auto’s klaar staan. Om vier uur die middag is hij terug in Venlo, ‘in de ruïnes van ons mooie stadje. Zo zijn dan 7 maanden vol ellende in Duitsland ten einde gekomen.’            

Met dank aan Nelly Schouenberg.

Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.

donderdag 9 januari 2025

de Halte XXL van woensdag 8 januari 2025 - Parodie op kerkelijk huwelijk

- door Sef Derkx -

Vandaag is het rustig rond de Hulsterhof. Hoe anders moet het geweest zijn op vrijdag 30 november 1753. Als een lopend vuurtje ging het nieuws rond, dat Hulster Heinke op de Hulsterhof gevangen was genomen. Hij stond in de nacht voor zijn arrestatie bloedend bij de pachter van de hoeve voor de deur. ‘Uit vrese’ hadden ze hem binnengelaten. 


Detail manuscriptkaart, 1570, met eerste vermelding van de Hulsterhof , hier aangegeven als 'Hulsert' (collectie Gemeentearchief Venlo)

De bewoners van de Hulsterhof werden door de bendeleider al geruime tijd regelrecht bedreigd. Korte tijd na zijn arrestatie meldde zich stadschirurgijn Lambertus van Elswick om de kogel te verwijderen, die Heinke had verwond. De patiënt knapte op. Om een uitbrak te voorkomen werd hij in zijn cel geboeid. Voor de gesloten deur stonden zes wachten. Nog nooit had in Venlo een gevangene zo’n strenge bewaking gehad. In het tweede verhoor onthulde Hulster Heinke zijn echte naam, Hendrick Corts. Veel processtukken ontbreken, maar duidelijk is dat de schepenbank Venlo hem schuldig achtte aan halsmisdrijven. Het vonnis stond eigenlijk al bij voorbaat vast.

Tijdens het proces was een bijzonder voorval aan het licht gekomen. Een van de getuigen was Hannes Gerards. De knecht van de Hulsterhof verklaarde onder ede dat hij een poos tevoren iets bijzonders had meegemaakt. Op de dag van de Ganzenkermis, de najaarskermis, had hij iets nodig dat in de schuur lag. Binnen trof hij Hulster Heinke aan in gezelschap van een groep mannen en vrouwen. Ze waren feest aan het vieren. Wat was er aan de hand? Bendelid Henricus en de zus van de vriendin van Hulster Heinke werden in een parodie op een kerkelijke huwelijksinzegening in de echt verbonden. 

Heinke die blijkbaar niet gesteld was op pottenkijkers had Hannes toegesnauwd: ‘Ick zal hem de spraeck ontnemen off kraeij sal geen vogel sijn.” De schertsbruidegom had de zaak weten sussen. Steven en Christina Dings, de pachters van de Hulsterhof, verklaarden dat een van de bendeleden, de Kwakzalver genaamd, over zijn kleding een wit hemd droeg. Over de arm had hij een handdoek geslagen en een bezem fungeerde als wijwaterkwast. Misschien was de Kwakzalver een en dezelfde persoon als de Venlose burger Jacobus, die de bende met raad en daad bijstond. In  een verklaring wordt over hem gezegd dat hij een ‘duyvelbander’ was, een exorcist. 

Detail met Sint-Martinuskerk en omgeving van de kaart van Venlo van C. Lowijs, 1677 (collectie archief Norbertijnen Averbode)

Hij woonde in een straatje tegenover de Sint-Martinuskerk. Een interessant figuur, kortom. Hoe het ook zij, het belachelijk maken van het heilig sacrament van het huwelijk, zal de bendeleider zwaar zijn aangerekend. Op zaterdag 26 januari 1754 werd Hulster Heinke geradbraakt.

Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.

woensdag 8 januari 2025

Al vier generaties Verhoeckx maken speculaas

 Met grote belangstelling heb ik het speculaasverhaal gelezen (Floddergatsblog: De Halte XXL van woensdag 27 november 2024 - Speculaas naar oud recept uit Venlo).

Al vier generaties (Willem Verhoeckx 1880-1959, Tilla Verhoeckx-Köhlen 1914-1982, Dries 1944 en Peter Verhoeckx 1948, Eef 1976 en Marc 1981 Verhoeckx) lang  is de sinterklaastijd de tijd waarin we zelf speculaas bakken. Het gaat dan om een deeg van circa achttien pond.

Wij maken dit inderdaad als een blanke speculaas naar voorouderlijk recept (in gebruik sinds ongeveer 1900). De Verhoeckx-en komen uit een bakkersfamilie.

Het unieke eraan is waarschijnlijk, dat we niet alleen een blanke speculaas maken, maar daarbij ook nog altijd de oude materialen gebruiken (mengbak, opzetbak, speculaasmes, oude speculaasplanken), naast meer recentere.

Het is puur handwerk, waarmee we een dag bezig zijn. Hard werken, maar met ongekende lol.

Speculaasjes die niet volmaakt uit de plank komen, worden met een scherp mesje bij gewerkt. Als de eerste speculaasjes gesneden zijn, begint ook al het bakken.

Vorige week hebben we de familietraditie weer voortgezet, alleen zonder de twee oude knarren Dries en ik. Ter aanvulling heeft mijn dochter Joke meegewerkt.

De toekomst van deze familietraditie lijkt dus gewaarborgd.

Ik heb een aantal foto’s die afgelopen jaar en dit jaar gemaakt zijn geprobeerd in volgorde gezet, zodat je een globale manier kunt zien hoe een en ander in zijn werk gaat. 

Een Engels spreekwoord zegt: The proof of the pudding is in the eating, je bent dus van harte uitgenodigd om de speculaas te komen proeven.

Groetjes, Peter Verhoeckx.







 











 

dinsdag 7 januari 2025

Van Nul tot Nu van donderdag 2 januari 2025 - Het bisdom wilde alles weten (2)

- door Albert Lamberts -

Nu tachtig jaar geleden vreesden velen in Noord-Limburg dat aan evacuatie niet viel te ontkomen. Hun angst werd bewaarheid, want in januari 1945 – grote delen van zuidelijk Nederland waren al bevrijd – werd de evacuatie van deze contreien een feit. Geestelijken vergezelden gevraagd en ongevraagd de evacués naar met name Drenthe, Groningen en Friesland. 


Achteraf wenste het bisdom het naadje van de kous te weten of en hoe het katholieke leven doorgang had kunnen vinden. Een uitgebreid vragenformulier werd de teruggekeerde geestelijken voorgelegd.   

Bijvoorbeeld vraag 4: Kerkdienst.

1. Waar en wanneer Kerkdienst (nauwkeurig opgeven aard van het gebouw, aan wien het toebehoort, waar gelegen: als het een kerkgebouw is: van welke belijdenis, naam van den resp. dienaar; dagen en uren, waarop Katholieke Kerkdienst pleegt gehouden te worden enz.);

2. Hoe en onder welke voorwaarden werd de beschikking over dat gebouw verkregen (gratis? – Aangeboden? – Gehuurd? – Met of zonder moeilijkheden? – enz.).

De Dominicaner pater Raphaël beantwoordde de vragen keurig. Kort en bondig komen zijn antwoorden neer op soepele regelingen in de dorpen rond Ulrum (Groningen), waar hij werkzaam was.

3. Is het gebouw geschikt? Kan het enigszins religieus worden aangekleed? (Ook foto’s als er gemaakt zijn).

Het bisdom wilde voorts weten of de kerk nog voor andere doeleinden werd gebruikt (4) en hoe werd voorzien in benodigdheden voor de kerkdienst (kelk, missaal, paramenten, enz.). (5)

Vraag 5 Kwartiergevers en geëvacueerden.

Eenig omschrijving van de inheemsche bewoners der plaatsen (aard - aantal – godsdienstige gezindte, enz. Hoeveel geëvacueerden (specificeren volgens diverse plaatsen of plaatsjes en volgens godsdienst.

Uit pater Raphaëls antwoord blijkt dat Ulrum 4008 inwoners telde, dat er 350 evacuées waren, waaronder 320 r.k.

Op de vraag (3) waarvandaan de evacuées waren was het antwoord: Well, Wellerlooi, Velden, Heijen, Bergen, Afferden, Tiel en Den Haag en op de vraag (4) of zij bij katholieken of andersdenkenden waren ondergebracht luidde het antwoord: bij andersdenkenden. 5. Hoe was in ’t algemeen de verhouding (beneden volgen vragen, die meer in ’t bijzonder de verhouding nagaan)? Kort en krachtig antwoord: bevredigend.

Pater Raphaël moest onder hoofdvraag 6 Bedienaren van den Godsdienst aangeven (vraag 6,1) of er nog andere zielzorgers waren, graag met naam, adres, van welke richting, enz. ? En dan vervolgens ook graag invullen of en zo ja bij wie de pater inwoonde. Er waren in de buurt werkzaam Ds. Nieuwkoop (gereformeerd, bezwaard, doch niet losgemaakt), Ds. V.d. Zaal (gereformeerd predikant) en Ds. Snoep (hervormd predikant). Adressen niet ingevuld. Vraag van het bisdom: woonde de geëvacueerde priester wellicht bij hen in? Pater Raphaël woonde tussen 26 januari (1945) tot 15 mei bij Ds. Nieuwkoop. Vraag van bisdom: Hoe was zijn (hun) houding tegenover de geëvacueerden, meer bijzonder tegenover de katholieken en hun godsdienstige behoeften en eredienst?

Wordt vervolgd.

Reageren? Stuur Albert Lamberts een e-mail: albertlamberts@home.nl.

vrijdag 3 januari 2025

De Halte XXL van donderdag 2 januari 2025 - Een eilandje van rust en van voorbije tijd

- door Sef Derkx -

Het is een loodgrijze dag eind december en we zijn van de bushalte bij de Drie Koningen in Tegelen naar de Hulsterhof gelopen. 

Hulsterhof, circa 1935 (website Heemkundige kring Tegelen)

Luchtfoto Hulsterhof, 1960 (website Heemkundige kring Tegelen)

Anno nu ligt de karakteristieke boerderij uit de achttiende eeuw ingeklemd tussen nieuwbouw. Licht deprimerend voor romantische zielen is een hoogbouw met gekleurde panelen van glas. De tien verdiepingen tellende kantoorkolos draagt de ondoorgrondelijke naam Trencadis. De website ronkt over een ‘fantastisch uitzicht over Venlo en omgeving’. Staande bij de Hulsterhof is het uitzicht op Trencadis niet zo fantastisch.

Luchtfoto Trencadis (website Trencadis)

Op een meter of vijftien afstand zoeven zonder ophouden auto’s en vrachtauto’s over de snelweg A73. Een geluidsscherm beperkt de overlast. De Hulsterhof is een eilandje van rust en van voorbije tijd. Aan de hoeve is onlosmakelijk de naam verbonden van Hulster Heinke, leider van een roverbende die rond het midden van de achttiende eeuw in Venlo en verre omgeving actief was. Het gezelschap hield zich regelmatig op bij de Hulsterhof, vandaar ‘s mans naam. We draaien de klok terug naar zaterdag 30 november 1753.

Detail manuscriptkaart, 1570, met eerste vermelding van de Hulsterhof , hier aangegeven als 'Hulsert'
(collectie Gemeentearchief Venlo)

Tussen een en twee uur ’s nachts schrikken de pachters van de Hulsterhof, het gezin van Steven en Christina Dings, op uit hun slaap door een roffel op het raam. Aan de deur staat Hulster Heinke, hevig bloedend. Zijn gezicht vol met kruitsporen. Om het bloed te stelpen is een vrouwenkleed gebonden om zijn hals. Hij vertelt dat hij beschoten is, mogelijk door een concurrent in de criminaliteit. Heinke wil onderdak in de Hulsterhof en vraagt naar de pastoor van Tegelen. De geestelijke arriveert kort na drie uur om het heilig oliesel toe te dienen. Het nieuws dat de bendeleider zwaargewond onderdak heeft gevonden in de Hulsterhof, gaat rond als een lopend vuurtje. Om negen uur komt een militaire arrestatie-eenheid bij de boerderij. Ze gaat naar binnen en treft de zwaargewonde Heinke aan in de keuken. Een officier informeert naar zijn wapens. De rover ontkent die te hebben. Maar de vrouw des huizes haalt het pistool dat Heinke in voorbije nacht heeft verborgen tevoorschijn. De bendeleider verweert zich niet en wordt geboeid afgevoerd naar Venlo. 

Hulsterhof in de sneeuw , 1966  (website Heemkundige kring Tegelen)

Heinke onthult zijn ware naam: Hendrick Corts. Hij is 21 jaar en geboren in Geldern.  Hij besluit schoon schip te maken en bekent een hele trits misdaden. De afloop van de procesgang staat eigenlijk vanaf het begin vast. Het wordt de doodstraf. Voor de rechters verschijnt op zekere dag getuige Hannes Gerards, knecht op de Hulsterhof. Hij vertelt een zeer opmerkelijk verhaal (wordt vervolgd).  


Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.