donderdag 29 februari 2024

Prix d'Orange 2024 voor schilderstalent Loepy Thissen

 - door Sef Derkx/foto Daan Lamberts -

Op vrijdag 22 maart a.s. wordt voor de zevende maal de Prix d’Orange uitgereikt. De stimuleringsprijs voor cultureel talent uit Venlo en omgeving is in 2017 ingesteld door Sociëteit Prins van Oranje. De eer valt dit jaar Loepy Thissen (1999) te beurt. De laureaat is een getalenteerde schilderes. De uitreiking vindt plaats in The Scelta Institute in de Boekend. De prijs wordt overhandigd door schilder Evert Thielen, van wie later dit jaar een grote tentoonstelling te zien is in Venlo.


Het is een cliché van formaat. In een museumzaal verzucht een bezoeker bij een abstract schilderij, dat zijn kind van vier dit ook kan. Maar stel dat een meisje van die leeftijd zo’n doek vervaardigt. Uit zichzelf. Een abstract schilderij, sprankelend van kleur en door compositie. En dat hetzelfde kind als tiener prachtig handen tekent. Gedetailleerd en realistisch. En weer later een afgebrande lucifer die bedrieglijk echt lijkt.

Een forse stap voorwaarts in de tijd. De vierjarige is anno nu een jonge vrouw. Woont nog steeds in Venlo, heeft haar atelier in Q4 en timmert flink aan de weg. Dan is het niet verwonderlijk, dat ze op de radar komt van de Sociëteit Prins van Oranje voor de Prix d’Orange.

Loepy Elaine is haar kunstenaarsnaam. Na de basisschool ging ze naar de TOPklas Muziek van het Valuascollege. De roep van de beeldende kunst was echter sterker. Dus maakte ze een oversteek naar de TOPklas Kunst. Ze kreeg er een brede basis aangeboden en bekwaamde zich onder meer in fotografie, ruimtelijke werk, tekenen en schilderen. Na de voltooiing van deze opleiding kwam er een vervolg bij SintLucas in Eindhoven. Ze koos voor de richting fotografie. Met haar goede vriendin en mede-student Daan Lamberts reisde ze dagelijks heen en weer. Fotografie was natuurlijk razend interessant, maar het schilderen bleef toch op plek één staan.

Vorig jaar maakte Loepy Elaine een maandenlange Europese tour langs belangrijke culturele plaatsen. Ze reisde met de camper Pablo en met als trouwe reisgezel Lou, een naaktkat van het ras Sphinx. De tour bracht haar onder meer naar Auvers-sur-Oise. Vincent van Gogh verbleef hier in 1890, tijdens de laatste maanden van zijn leven. Het was een bijzondere ervaring om in 2023 door dezelfde straten te lopen als haar grote held voor zijn zelfgekozen dood. Vanzelfsprekend bezocht ze op het kerkhof het graf van Vincent van Gogh en dat van zijn broer Theo. Ze was tot tranen toe geroerd.

Het oeuvre van een aanstormend schilderstalent met nog niet veel jaren op de teller, is natuurlijk nog niet groot. In het kader van de uitreiking van de Prix d’Orange presenteert ze in The Scelta Institute twintig schilderijen. De inspiratie ervoor ontstond tijdens de tour.

Sociëteit Prins van Oranje, werd opgericht in 1866. Met de Prix d’Orange wil de sociëteit de ‘culturele humus’ in Venlo van extra ‘voedingstoffen’ voorzien, zodat jonge talenten gestimuleerd worden zich te ontwikkelen en de lokale cultuur te verrijken. 

Sinds dit jaar heeft Scelta Mushrooms B.V. zich als sponsor verbonden aan de Prix d’Orange. Co. de Cultuurontwikkelaar (voorheen Kunstencentrum Venlo) staat de Sociëteit Prins van Oranje ter zijde met raad en daad.  

Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.

De Halte XXL van woensdag 28 februari 2024 - De mobilisatie in Schandelo

 - door Sef Derkx - 

Op het voorplein van De Vilgaard in Velden staat een informatiebord gewijd aan de Tweede Wereldoorlog. Er is ook aandacht voor de proloog, de mobilisatie die Nederland op 28 augustus 1939 afkondigde. Iedereen die tussen 1924 en 1939 zijn dienstplicht had vervuld, werd opgeroepen. De oproep viel ook bij mijn ouders op de deurmat. Mijn vader werd gestationeerd in Schandelo. Met andere dertigers van wie sommigen elkaar kenden van het uitgaan, fietste hij dagelijks naar de wachtpost aan de Straelseweg in het buurtschap. 


Wanneer er geen superieuren ter plekke waren, beperkten de manoeuvres zich tot het soldaat maken van meegenomen flessen bier. Er werd gelachen, sigaretten gerookt en met grote regelmaat een kaartje gelegd. De foto op het informatiebord laat het zien. De man in het midden met bril en sigaret is mijn vader. Al te serieus wordt de grensbewaking niet genomen.


Er werd op vertrouwd dat de Duitsers de neutraliteit van Nederland zouden respecteren. Ons land was immers in de Eerste Wereldoorlog ook geen strijdtoneel geweest. In 1936 sprak minister-president Hendrikus Colijn na de Duitse bezetting van het Rijnland in een radiotoespraak de historische woorden: ‘Ik verzoek den luisteraars dan ook om, wanneer zij straks hun legersteden opzoeken, even rustig te gaan slapen als zij dat ook andere nachten doen.’ De woorden zijn symbool komen te staan voor de lakse houding van de regering in de aanloop naar de Tweede Wereldoorlog. Men sliep zelfs door de gongslag heen van het Venlo-incident aan de Herongergrens bij café Backus op 9 november 1939. De confrontatie op Nederlands grondgebied tussen de Britse geheime dienst en die van Duitsland kreeg dramatische gevolgen. Het nazibewind stelde dat ons land zijn neutraliteit had geschonden. De inval op 10 mei 1940 werd mede op basis hiervan als gerechtvaardigd verklaard.

Een andere oorlog. Bij het voorplein van De Vilgaard staat een sirene van het Waarschuwings- en Alarmeringssysteem. In de volksmond hebben we het meestal over het luchtalarm. Het is er één in een landelijk netwerk van liefst 4.278 sirenes. Iedere eerste maandag van de maand is er om twaalf uur een test. Het signaal duurt 1 minuut en 26 seconden. De oorsprong gaat terug naar 1952, naar de periode van de Koude Oorlog. De VS en het Westen stonden op gespannen voet met de Sovjet-Unie. Het luchtalarm moest burgers waarschuwen voor een atoomaanval uit het oosten. Na de perestrojka was de hoop dat de Koude Oorlog voorbij was. Het lijkt ijdele hoop.

Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.

donderdag 22 februari 2024

De Halte XXL van woensdag 21 februari 2024 - De Blokhut

- door Sef Derkx/ foto's collectie Pieter Duijf -

Officieel is het halte Markt Velden, maar de bijna iedereen heeft het over de halte bij cafetaria Grandioos. Een grandioze naam die beklijft. Onze missie vandaag is BMV De Vilgaard. Voor wie het zich afvraagt, de afkorting BMV staat voor Brede Maatschappelijke Voorziening. We lopen de Schandeloseweg in. 

Prentbriefkaart De Blokhut, jaren '60

Links op de hoek is sinds jaar en dag het beste Chinese restaurant in de regio gevestigd, De Chinese Muur van de familie Au. Vroeger vond je hier café-restaurant De Blokhut. De naam stond in letters van berkentakken tegen de gevel aan de Rijksweg. Het logo zou nu een landmark voor Velden worden genoemd. In de periode dat we op Schelleshoes in Schandelo woonden, vierden we onder meer hier Gekke Maondaag en Brokken Dinsdaag. Vanwege de inspanningen op beide dagen, moesten we Krumelkes Woensdaag aan ons voorbij laten gaan.

Op bovenstaande foto van de grensbewakers met op de achtergrond de houten barak, gemaakt op 16 november 1916, zien we Thei Coppes (Smid Thei en overgrotvader van Peter Bouten) links van het smalle wachthuisje. Het meisje met bordje op hoaar schoot is Jet Coppes. Wies Coppes (van Smid Thei en oma van Peter) is het kleine meisje op schoot van Marie Mulders uit Lomm. Ze was van beroep naaister. Mooi is de motor van de trotse ordonnans-soldaat.  plaatselijke bevolking.

De naam De Blokhut, weten we van dorpschroniqueur Pieter Duijf, voert terug naar de Eerste Wereldoorlog. Nederland was neutraal en om het buurland Duitsland niet te provoceren, was de ‘s lands bewaking op enkele kilometers van de rijksgrens gestationeerd. De militairen zaten de godganselijke dag te niksen in een barak, die op deze plek was geplaatst. Nooit is in deze oorlogsjaren een vijandige militair gesignaleerd. Dit tot genoegen van de kastelein van café Coppus, nu Het Wapen van Velden. De leden van de grenswacht werden zijn beste klanten. Op de elfde van de elfde in 1918 werd in het Bos van Compiègne bij Parijs de wapenstilstand ondertekend. In een restauratiewagen van de Compagnie des Wagons-Lits. Daarmee kwam een einde aan vier jaar Eerste Wereldoorlog. De noodzaak om de grens met Duitsland te bewaken met militairen verviel. Ongetwijfeld tot leedwezen van kastelein Coppus in Velden, die zijn dorstige clientèle zag verdwijnen. 

Nieuwe Venlosche Courant, 12 september 1941

Het houten noodgebouw van de militairen werd ontmanteld en op het vrijgekomen perceel bouwde aannemer Pierre Janssen een café met zaal. Die noemde hij heel gewoontjes Zaal Janssen. De naam De Blokhut dateert van 1941 en is een vondst van kasteleinsdochter Jo Janssen, doceert Pieter Duijf. Met haar man Herm Kessel had ze het etablissement overgenomen en laten moderniseren. Bij de heropening prijkte op de gevel de nieuwe naam, die verwees naar dagen van weleer.

We lopen naar De Vilgaard. Op het voorterrein staat een informatiebord over de Tweede Wereldoorlog in Velden. Er is ook aandacht voor de voorafgaande periode van de mobilisatie. Wederom was er een grenswacht, maar die was toen in Schandelo ondergebracht (wordt vervolgd).

Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.

donderdag 15 februari 2024

De Halte XXL van woensdag 14 februari 2024 - Poepdoos in de andere Keizerstraat

- door Sef Derkx - 

 Eerder vandaag liepen we door de Keizerstraat in Venlo. Een straatnaam, die herinnert aan het bezoek van Napoleon aan de stad op 12 september 1804. 

Napoleon in de Floddergats, tekening Gieb van Enckevort

Nu zijn we onderweg met Arriva naar de bushalte bij Quatre Bras op Steyl. Doel van de expeditie is wederom de Keizerstraat. In Nieuw-Steyl. De Franse keizer zou op beide plekken zijn geweest. Zou. De ‘zou-dosis’ rondom Napoleon’s bezoek is sowieso erg groot. De naam Keizerstraat bijvoorbeeld. Als puntje bij paaltje komt, is deze niet correct. Bonaparte was nog Eerste Consul. Pas op 2 december 1804 kroonde hij zichzelf tot keizer en zijn vrouw Joséphine tot keizerin. De paus die overgekomen was naar Parijs, speelde slechts een bijrol in de ceremonie. Met de zelfkroning onderstreepte Napoleon zijn politieke onafhankelijkheid van de kerkvorst.

Kroning keizer Napoleon en keizerin Joséphine, Jacques-Louis David (collectie Louvre Parijs)

Dan het hoefijzer van Napoleon’s paard in de gevel van café De Klep. ‘Het IJzer van de Keizer’, luidt het inschrift. Een geconsulteerde hoefsmid betwijfelde het. Hij hield het op een hoefijzer uit de twintigste eeuw. Op naar de Keizerstraat in Nieuw Steyl. Maar was Nieuw Steyl niet de Alland? Jos Wolbertus is schier alwetend wat betreft de geschiedenis van Tegelen. Voor Nieuw Steyl is gekozen om af te komen van het negatieve beeld dat de naam Alland opriep. Na miljoenen investeringen in de wijk achtte de woningcorporatie de tijd rijp voor een naamswijziging. Dus niet langer Alland, een toponiem voor waterland.  


Detail Tranchotkaart, begin 19de eeuw - Nieuw Steyl is aangegeven als Hahner-Veld (collectie Gemeentearchief Venlo) 

Het tracé van de Keizerstraat is diverse keren gewijzigd, weet Jos Wolbertus. In den beginne liep ze vanaf Nabben min of meer parallel met de Roermondseweg in de richting van de huidige Industriestraat. Heden ten dage heeft de Keizerstraat aan glorie ingeboet. En dat terwijl Napoleon er geweest zou zijn, voordat hij zijn intrede deed in Venlo. Er is een prachtig verhaal, dat vroeger vaak werd opgedist. Napoleon zou ter hoogte van Steyl ineens hoge nood hebben gehad. 

Keizer Napoleon in 1804  

Hij stormde het café binnen van Beekmans, het latere café Thissen-Leenen. Vloog richting  poepdoos, ontlastte zich en vertrok zonder iemand een blik waardig te keuren. Wat achterbleef was een consulaire odeur. Kastelein Beekmans zou de deksel van de poepdoos hebben opgehangen in zijn etablissement. Inderdaad, vaak zou. Het bewuste object is helaas niet bewaard gebleven. Sterker. Marcel Dings schreef over Tegelen in de Franse Tijd. Hij acht het zelfs hoogst onwaarschijnlijk dat Napoleon ooit in Tegelen is geweest. Het lag simpelweg niet op de route van de Eerste Consul. Zonde, dat sommige verhalen dood worden gerechercheerd.

Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.

donderdag 8 februari 2024

Van nul tot nu van woensdag 7 februari 2024 - Trammelant over Jocus-mutsen

 - door Albert Lamberts - 

Over doelstelling, naam en nog een aantal zaken bestond binnen het jonge vastelaovesgezelschap eigenlijk van meet af aan grote eenstemmigheid, maar de keuze voor mutsen zorgde voor een rimpeling in de pas aangelegde Jocusvijver. Op 30 november 1842 kwam het comité, thans Raad van Elf geheten, weer bij elkaar. De haan werd als embleem gekozen en als motto de Latijnse spreuk Jocus vitae quod sal coenae. Vrij vertaald: een leven zonder lol is als voedsel zonder zout; een beetje smakeloos dus. Maar toen de mutsen. 

De zo herkenbare Jocusmutsen worden ook gedragen door niet-Jocusleden. Soms zelfs extra versierd (Foto Renier Linders)

Op de dag van vandaag vormen de mutsen van de ‘Jocus-notabelen een vast onderdeel van de outfit; de puntmutsen met de vier kleuren, wit meegerekend. Maar voor het zover was moest er een klein robbertje worden uitgevochten in de nieuwe hoonderstal Vors Joeccius E. Thiessen presenteerde die 30ste november 1842 verschillende modellen mutsen: de mutzen, welke onze respective Jocushoofden het aanzien van gekromde suikerbroden zullen geven. Het ontwerp van Dermekideler (orkestleider en lid van de raad) werd gekozen en Boudewijns (de echte naam van de dermekideler) mocht ze leveren voor vijftig cent. Per stuk. De vorst liet enkele weken later weten dat de mutsen op 28 december zouden worden geleverd en dat zij tussen zes en negen uur ’s avonds gratis konden worden afgehaald. Wie alsnog die vijftig cent wilde betalen kon dat gerust op vrijwillige basis doen. Tot stijving van de staatskas.

En toen begon het gedonder. In de Moniteur van 3 december 1842 stond een artikel van een anonieme inzender, die stelde dat er bij de aanbesteding van de mutsen-opdracht niet zuiver was gehandeld. De toewijzing aan een lid van de eigen raad, Boudewijns dus, was niet netjes verlopen. De anonieme briefschrijver raadde aan de aanbesteding nog eens over te doen, want euveral zegge ze: dao is gefoeteld.  Tegenwoordig zouden we spreken van belangenverstrengeling, maar misschien moest dat woord destijds nog worden uitgevonden.

Jocus liet de beschuldiging niet over zijn kant gaan en reageerde met een gedicht, dat in alle sociëteiten ter inzage kwam te liggen en in de volgende nummers van de Moniteur werd in het Venloos, Frans en Duits in dichtvorm geageerd tegen of voor de handelwijze van Jocus.

Vorst Joeccius Thiessen was kennelijk het anonieme gedoe helemaal moe en nodigde de bezwaarmakers uit om op de eerste zitting, 8 januari 1843, frank en vrij te komen uitleggen wat hun dwars zat en wat er zou moeten gebeuren. In ’t gesteulsel, een buutteton, konden zij hun bezwaren  publiekelijk kenbaar maken. De ton bleef op 8 januari leeg; niemand nam plaats in het gesteulsel. Einde discussie.

En zo dragen de leden van het Venloosch Vastelaovesgezelschap Jocus heden ten dage nog steeds de mutsen, die dermekideler en raadslid Boudewijns eind 1842 aanbood. De zo herkenbare mutsen met in de punt de kleuren rood, wit, blauw en geel en onderaan afgezet met een band in de kleuren wit, groen, blauw en rood. De dragers zijn leden van de Raad van Elf en leden van de diverse Jocus-commissieleden.

Reageren? Stuur Albert Lamberts een e-mail: albertlamberts@home.nl.

Het leven lachte Anny Kuster toe tot die fatale dertiende januari 1945

 - door Pieter Duijf -

In het overlijdensregister van de vroegere gemeente Arcen en Velden kwam ik twee keer het overlijden van ene voor mij totnutoe onbekende Anna Kuster uit Venlo tegen. Ze zou op 12 of op 13 januari 1945 door granaatvuur in Schandelo zijn omgekomen. Dat maakte mij nieuwsgierig. De naam zei me niets. Ik was de naam Anna Kuster nog niet eerder tegengekomen in literatuur over de Tweede Wereldoorlog rondom Velden. Ze staat niet vermeld -net als de Joodse meisjes Annie Koekoek en Mary Winnik- op de gedenkplaat op de muur van de kerkberg in Velden. Op de dag van haar overlijden was Anny Kuster 23 jaar.




Dan ga je verder speuren en vind je wat summiere informatie over deze jonge vrouw en kom je erachter dat ze in de oorlog als kantoorbediende werkte bij gloeilampenfabriek Pope en nog thuis bij haar ouders woonde. Haar vader Antoon Kuster was kleermaker en dreef daarnaast een zaak in herenkleding op de Parade 46. Het gezin woonde boven het atelier annex winkel. Antoon moet een echte vakman zijn geweest, want in augustus 1930 wordt hem tijdens een landelijke ‘tailleurswedstrijd’ een grote zilveren medaille met bijbehorend diploma uitgereikt.


Aan het einde van de oorlog -de westelijke Maasoever met onder andere Blerick was al bevrijd- lag Venlo aan de frontlinie. Bommen en granaten verwoestten een groot gedeelte van de binnenstad. Bittere kou, voedselschaarste, razzia’s, granaatbeschietingen, leven in kelders, ziektes maakten de ellende alleen maar groter. Duizenden inwoners werden gedwongen te evacueren. Schandelo werd een toevluchtsoord voor een deel van hen, zo ook misschien voor het gezin van Antoon Kuster. De Parade was een onherbergzaam gebied geworden.


Van Anny vinden we verder een bidprentje. In de tekst lezen we dat ze verloofd was. Ze moet zwaargewond ter aarde zijn gevallen en nog even geleefd hebben. Stervende is ze nog voorzien van het Heilig Oliesel. De tekst op het prentje spreekt voor zich. “De dood overviel haar onderweg,” staat er te lezen. Onduidelijk is of ze onderweg was van Venlo naar Schandelo of verbleef ze al wat langer op een evacuatie-adres in Schandelo. Dat is me niet allemaal duidelijk geworden.

Wat echter wel vaststaat, is dat op de vroege ochtend van 14 januari -één of twee dagen na het gebeurde- de Veldense bevolking met daaronder ook Venlonaren, door de Duitsers werd gedwongen vanuit Schandelo een barre tocht door de sneeuw te maken naar Straelen. Daar werden de evacuées in veewagons over het spoor op transport gezet richting de drie noordelijke provincies.

Graag wil ik wat meer te weten komen over de exacte toedracht van het verongelukken van Anny Kuster. Was ze alleen toen het gebeurde of was ze in gezelschap van familie en/of kennissen? En waar was het gezin Kuster in Schandelo mogelijk ondergedoken? Mail naar piedu12@yahoo.com of bel met 06-10313970.

(Publicatie in De Kapper, editie januari 2024)

Van slagersdochter Ria Vosbeek-Beeker we kregen inmiddels de volgende reactie:

“Ik las in De Kapper over Anny Kuster en dat verhaal trok mij erg aan. Wij waren met Pap, Mam Gerda, Martien, ik, Ria, Theo en Roos bij Van der Zanden in Schandelo ondergebracht omdat wij hier in dorp weg moesten. Ook de familie Geurts ‘Deeper’ Piet waren daar omdat hun huis vernield was. Op een keer zaten wij te eten met z’n allen toen er een granaat vlakbij insloeg. De ramen vlogen eruit en de hele tafel met eten zat onder het glas en toen werd daar een meisje binnengebracht, die heel zwaar gewond was door die granaat. Er was daar ook een Rode Kruis Post. Wij zaten vanaf de weg rechts in de kamer en het Rode Kruis links in een kamer. Ik heb altijd gehoord dat ze om eten kwam vragen omdat in Venlo geen eten meer was. Er kwamen meer mensen uit Venlo om eten te vragen.”

Ook Leo Verbeek dacht mee. Hij schreef het volgende:

“Heel vaag in mijn herinnering is Kapelaan Brueren hier bij dit ongeval uitgekomen. Ik dacht dat dit in de buurt van Zwarte Water(‘Venkoelen’) zou moeten zijn gebeurd. Zou het niet in een van de boeken van Kapelaan Brueren staan? ‘Ozze Pap zag’? Wat mij ook nog te binnen schoot was dat kapelaan Brueren toen nog niet gewijd was voor priester.  Hij was op die dag wel in priesterkleren omdat dit veiliger was voor hem. Er werd flink geschoten met granaten vanaf de andere kant van de Maas. Het was erg gevaarlijk.  Waarschijnlijk is toen op een zondag (??)dit ongeluk gebeurd.”

We spitten daarop de boeken van wijlen Leo Brueren door. Ze waren gelukkig nog verkrijgbaar bij het Boekhuis van Astrid Birsak en Paul Seelen in Venlo. In een van diens dagboeknotities (Uit het dagboek van een ‘camouflagepriester’ over oorlog, bevrijding en thuiskomst, 1944-1945, pagina 68) kwamen we de volgende passage tegen:

“12 januari. Het vriest dat het kraakt. De granaten spatten uiteen op de harde grond en zijn zo nog gevaarlijker. Er is veel aktiviteit van weerskanten. Het aantal doden en gewonden stijgt. Vandaag wordt een meisje dodelijk getroffen en een moeder raakte zeer zwaargewond. De spanning neemt overal toe. Hoe lang moet dit nog duren? De boerderijen in Schandelo zitten barstensvol met mensen uit Venlo en Velden.  Ze slapen zelfs in varkens- en kippenhokken. En dan te bedenken dat er voortdurend granaten overvliegen. Hier en daar wordt al gesproken over evacuatie naar Friesland. Er zijn Duitse soldaten die dat suggereren. Velen zeggen: ‘Dat nooit! Geen derde of vierde keer met bolderwagens, karren of fietsen de sneeuw door.’ Maar anderen denken zwijgend: ‘Wat doe je tegen geweren in de aanslag?’ Ondanks alles is er veel solidariteit en hulpvaardigheid. Uitzonderingen zijn er altijd, maar de meesten staan dag en nacht klaar voor elkaar. Dat is bij alle ellende de goede kant van de medaille. Het is ook de enige manier om door deze ellendige tijd te komen.”

Maar hiermee is het levensverhaal van Anny Kuster niet helemaal rond en zitten we nog met een aantal vragen:

-  Wat deed Anny Kuster die dagen in Schandelo? Was ze met heer familie daar ergens ondergebracht of was ze op zoek naar voedsel en woonde ze misschien tijdelijk in een klooster in ’t Ven.

-   Wie was haar verloofde?

-  Zijn er nog familieleden van haar die wat meer kunnen en willen vertellen over het gebeurde en haar. Hoe was ze? Wat was haar karakter? Wat weten oud-werknemers van de Pope nog van haar en het ongeval?

-  Vragen, vragen en nog eens vragen…

Reageer via piedu12@yahoo.com of bel met 06-10313970(Pieter Duijf)

De Halte XXL van woensdag 7 februari 2024 - Keizerstraat in Venlo en...

- door Sef Derkx - 

 Op weg naar de bushalte aan de Koninginnesingel, komen we door de Keizerstraat. De naam herinnert aan het bezoek van Napoleon op 12 september 1804. Notabel Venlo stond opgesteld op de Parade om de vorst te ontvangen. Die kwam te paard onder de Keulsepoort door, zag de menigte en sloeg schielijk linksaf de Floddergats in. Een steegje dat  weldra omgedoopt werd tot Keizerstraat. De verbijstering over de onverwachte keizerlijke wending moet groot geweest zijn. Het overgeleverde verhaal gaat verder. Napoleon’s  paard zou een hoefijzer hebben verloren. Een smid die zijn nering aan het steegje had, schoot te hulp. 



Vorig jaar vervaardigde Ger Janssen een muurschildering in de Keizerstraat. Hij vereeuwigde Napoleon doende met een selfiestick en mobieltje. De keizer heeft zijn rechterhand gestoken in zijn vest. Een karakteristieke pose, die in de achttiende eeuw populair was. Ze verwees naar de klassieke oudheid. Griekse en Romeinse redenaars staken in deze houding hun betoog af. 


Wanneer we een stukje verder het straatnaambordje fotograferen, doen we een ontdekking. In de muur van Domani is een gevelsteen met de tekst: ‘Gedachteniskapel voor onze gevallenen’. Die is ons eerder nooit opgevallen. Het huidige Domani was vanaf 1956 in gebruik als de kapel van de paters dominicanen. Er lag een boek met in schoonschrift de namen van de inwoners van de gemeente, die in de Tweede Wereldoorlog om het leven waren gekomen. Het overzicht was gerubriceerd op sterfdag. Iedere dag werd door een pater een bladzijde omgeslagen. In de jaren zestig ontstond een landelijke rel  over het gedenkboek. Wat bleek? Ook vermeld waren de Venlonaren, die als vrijwilliger dienst hadden genomen in het Duitse leger en bijvoorbeeld aan het Oostfront waren gesneuveld. Het spreekt dat dit vooral voor nabestaanden van slachtoffers van de Holocaust onverteerbaar was. Oud-verzetsman en lid van de Tweede Kamer voor de PvdA, Johan Scheps, stelde vragen erover en verzocht de minister ‘bemiddelende pogingen aan te wenden ten einde aan deze onterende wijze van het eren van gevallenen zo spoedig mogelijk een einde te maken.’ Aldus geschiedde. Het boek is weggenomen uit de kapel en wordt hopelijk in het Gemeentearchief bewaard. 


 

We hebben nog tijd voor de bus komt. Helaas is café de Keizerin gesloten. Is de naam van het etablissement ook een knipoog naar keizerin Joséphine de Beauharnais, de eerste echtgenote van Napoleon? We willen het graag geloven. Maar nu op naar de Alland ‘op Steyl’, naar de Keizerstraat daar.


Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.


donderdag 1 februari 2024

De Halte XXL van woensdag 31 januari 2024 - Twan Mientjes

- door Sef Derkx -

Arriva heeft ons bij VieCuri afgezet. We bezoeken op deze winterdag wederom de begraafplaats. Dik ingepakt tegen een snijdende wind. Het is ijsje piep. Alleen in de zon is het een beetje warm. We zijn hier om inspiratie op te doen voor een gedicht over Twan Mientjes. Aan het begin van het stadsdichterschap heb ik me het voorgenomen. 

Journalist en schrijver Twan Mientjes was een vriend, collega en mede-cafébezoeker. Maar bovenal een hartstochtelijke Venlonaar. Vooral die passie deelden we. Luister op YouTube naar Kös mich dan van Arno Adams. Het gaat over het verglijden van de seizoenen en dat wat blijvend is: de liefde. Mientjes schreef het voor zijn huwelijk met Anneke van den Homberg. Adams zong het bij die gelegenheid en nam het op in zijn repertoire. Het werd een chanson in het dialect met eeuwigheidswaarde:


Zegk ’t dan met dien auge 
Jao zegk ’t dan, zegk ’t dan
Fluuster ’t met dien auge

En kös mich dan, 
kös mich dan.


Aangrijpend. Om stil van te worden.

Twan Mientjes is slechts 46 jaar geworden. Veel te jong gestorven, natuurlijk. Wat had hij niet nog allemaal kunnen schrijven? Enkele maanden voor zijn overlijden, verscheen zijn interessante boek Het andere Limburg. Cultuurhistorische plekken in Noord-Limburg. Het was een uitgave van het Limburgs Landschap. De schrijver had alles op haren en snaren gezet om het af te krijgen. Hij wilde het boek­project per se afgerond hebben. Alsof hij iets voorvoelde. In zijn ogen werd onze provincie door buitenstaanders te vaak geassocieerd met alleen Zuid-Limburg. Het andere Limburg was een lofzang en pleitrede voor het noorden. Enthousiast en waar nodig met een kritische ondertoon schrijft hij over de plaatsen, die hij had ontdekt als journalist van het Dagblad voor Noord-Limburg.

Wij lopen over de bijna verlaten begraafplaats. De kou en sneeuw houdt mensen klaarblijkelijk thuis. Een zegen op deze plaats, waar je toch het liefst alleen bent met je gedachten. Op 1 december 2005 schoven we met vier vrienden de kist van Twan Mientjes boven het open graf. Verzonken in verdriet liep iedereen de begraafplaats af. In galerie Sir Harald Art haalden we herinneringen op. Dronken natuurlijk ook een glas.

Vandaag eindigt de Week van de Poëzie, dus tot besluit het gedicht dat op Mientjes’ gedachtenisprentje staat:

Soms voel ik me eenzaam 
zoals nu - half twee ’s nachts 

Het werk zit erop,
wat rest is de slaap
die er nog niet is


Brood en bier, 
straks een sigaret,
de lampen uit en naar boven


Welterusten.

Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.

 

 

Van nul tot nu van woensdag 31 januari 2024 - Wortelepinne Alva te slim af

 - door Albert Lamberts -

Uitgerekend in de jaren dat het Venlo bepaald niet voor de wind ging, uitgerekend toen werd het Venloosch Vastelaovesgezelschap Jocus opgericht. Met die beschouwing  begint steevast menig  jubileumboek van Jocus: Jocus elf maol elf (1963),  Jocus 13 x 11 (1985) en ook Jocus 14 x 11 (1996). Precies in die donkere dagen zag in Venlo een vastelaovesvereiniging het levenslicht.

Een comité bestaande uit mensen van naam als Thiessen, Bennert, Justen, Ferber, Gallot, Custers en de Gruyter ging energiek aan de slag om De zo dikwijls geuite wensch van alle vrienden der vrolijkheid om de vastenavonddagen op eene gepaste en aangename wijze door te brengen en de aloude lust voor vreugde en eendragt niet geheel en al uit Venloo’s muren - Venlo had toen nog steeds zijn vestingstatus en was nog geheel ommuurd – te zien verdwijnen, heeft ondergeteekende provisioneel comité doen besluiten EEN VASTENAOVENDGEZELSCHAP op te richten. Het was 27 oktober 1842.

Het provisionele comité vertrouwde er op, dat dit voorstel door de geëerde medeburgers dezer stad gunstig worde opgenomen en dat door hunne deelneming en medewerking dit doel zal ondersteund en bereikt worden.  

In 1938 beeldde een groep in de Venlose optocht de geplande annexatie van Blerick door Venlo uit. Centraal op de foto links een wortel (Blerick) en rechts een reub (biet, Venlo). De annexatie overigens werd in september 1940 doorgedrukt. (foto uit Jocus Elf maol Elf).

Ondanks dat het de stad Venlo zo halverwege de negentiende eeuw bepaald niet voor de wind ging gevoelde men kennelijk toch behoefte om vrolijkheid en vermaak onder  een vastenaovend-paraplu in te voeren. Venlo had natuurlijk al veel eerder carnavalsuitingen, maar een en ander zou toch wat meer georganiseerd en gestructureerd aangeboden moeten kunnen worden. Zo was een voorname doelstelling dat het gezelschap vanaf de eerste zondag van het nieuwe jaar – 1843 dus – alle zondagen tot vastenavond van 5 – 10 uren des avonds algemene zittingen te houden gedurende welke muziek, gezang en redevoeringen zullen plaats hebben. Een lang verhaal kort: het vastaovendgezelschap kwam er. De intekenlijst werd veelvuldig ondertekend en in Café Wullem Bours aan de Vleesstraat – nadien de plek van het City-theater – was de eerste bijeenkomst en startte een nieuwe vereniging. Comité-lid De Gruyter had twee zieken thuis en zag zich gedwongen um aan alle vermakelijkheden te renonceren.

De Gruyter had wel al ene Herman Steckler aangedragen als nieuw comité-lid en juist deze Steckler kwam met de naam Jocus op de proppen; kort door de bocht: Latijn voor grap. Dan is Joeccius natuurlijk ook niet meer ver weg.

Even over namen: Jocus in Venlo en aan de andere kant van de brug – veel later - allemaal namen die een stevige relatie hebben met de wortel: Wortelepin, Worteleschrabbers, de Poerker. Waar komt dat vandaan? Blerickenaren worden wegens hun slimmigheid Wortelepinne en Wortelepinkes genoemd. Slimmigheid? Jazeker, want door het telen van wortelen konden zij zich onttrekken aan het gebod van Alva om tien procent van het inkomen en bij in gebreke blijven tien procent van hetgeen op de akkers groeide te betalen aan de overheid. Wortelen groeien niet óp, maar onder de grond. Voilà. Wist Alva veel?

Volgende week: trammelant om Jocusmutsen.

Reageren? Stuur Albert Lamberts een e-mail: albertlamberts@home.nl.