- door Sef Derkx/foto's auteur tenzij anders vermeld -
Het
is een jubelend uitbundige nazomerdag. Niet warm genoeg voor een Déjeuner sur l’herbe, maar misschien wel
een van de laatste parkdagen zonder jas van het jaar. We maken een
hink-stap-sprong door de tijd en bezoeken drie Venlose parken. De oudste
papieren heeft het Wilhelminapark. Opvallend. Dialectsprekers gebruiken meestal
nog de negentiende-eeuwse naam: Villapark.
Tuinarchitect Pierre Rosseels uit Leuven leverde in 1889 het ontwerp voor een park in landschapsstijl. Zijn opdrachtgevers waren welgestelde Venlose families. Op de plek van het gesloopte fort Ginkel hadden ze kapitale villa’s laten bouwen. Een representatief, statusbevestigend park in het midden was een gedeelde wens. In 1892 werden de eerste bomen geplant. Enkele van die iele dwergjes staan er nog, ze zijn uitgegroeid tot majestueuze reuzen.
Wilhelminaboom, circa 1910 (fotograaf onbekend/met dank aan Paper Hills, Sint-Geertruid)We hebben afgesproken met Peter Thissen, een bevlogen pleitbezorger van het park. Vanuit zijn serre hebben we een prachtig zicht op het park. Niet alle bezoekers zijn respectvol. Wildplassen en erger, lawaai, drugsoverlast en rommel zijn al jarenlang de omwonenden een doorn in het oog. Bijna iedere zaterdag ruimen ze het afval op, maar het is een gebed zonder einde. In 1910 waren er al klachten. Het park was een: ‘rendez-vous voor hen die het niet nauw nemen met eerbaarheid.’ Gevreeën wordt er nog steeds, aanstoot wordt er niet meer snel aan genomen.
We lopen naar de iconische vijver met bruggetje. Ontelbare bruidsparen zijn op de dag van hun trouwen hier door fotografen met zachte dwang op hun voordeligst gepositioneerd. In het midden ligt een fonteintje van hardsteen, dat de status van rijksmonument heeft. Het is in de stijl van de Amsterdamse school vervaardigd en werd in 1921 geplaatst als eerbetoon aan scheidend burgemeester Van Rijn.
Bruggetje over vijver, circa 1910 (fotograaf onbekend, met dank aan paper Hills, Sint-Geertruid)Een park en een fontein horen bij elkaar. Ook aan de noordzijde van het Julianapark vinden we er een, ontworpen door kunstenaar Ger Janssen. In het midden staan drie water spuwende vissen, op de randen van het bassin zijn spuitende vissenkopjes geplaatst.
De mooiste fontein van Venlo brengt verkoeling. Het klateren overstemt het verkeersgedruis en is rustgevend. Op de bankjes rondom zitten vaak mensen te dagdromen of een boek te lezen. Even verderop is de speeltuin ’t Ponnie Weike. Het is dé plek voor families uit de buurt met kleine kinderen. De speeltoestellen zijn vrolijke improvisaties op het thema totempaal.
Motorzaagkunstenaar Roel van Wijlick nam boomstammen onder handen en herschiep ze tot sprookjesachtige wezens, die dienen als stutten. Bromberen met een kinderlach-intolerantie kunnen dit parkgedeelte beter mijden. Richting station ontvouwt het Julianapark zich anders. We vinden er weidse grasvelden. Hier en daar zitten plukjes mensen. Er wordt geschaakt, gesport en wijn gedronken. Vooral voor studenten, die in kleine studio’s wonen zonder balkon of tuin, is het hier heerlijk toeven. Het Julianapark werd aangelegd begin jaren vijftig. Voor Venlo de periode van wederopbouw na een catastrofale oorlog. Het park vlijt zich ligt tegen de binnenstad aan, op een voormalige rangeerterrein. Tot in de jaren zestig heerste nog het gezag van de parkwachter. Her en der stonden bordjes met de vermaning ‘Verboden het gras te betreden’. De geüniformeerde ambtenaar zag er met grote ijver op toe dat iedere bezoeker zich eraan hield. De verboden gazons van toen, zijn alweer sinds jaar en dag het terrein voor grote stadsfestivals zoals Stereo Sunday en het Zomerparkfeest.
Onze hink-stap-sprong eindigt in het Bergerpark, het best bewaarde geheim van Venlo. Het was tot 1998 een traditioneel stadspark. Braaf, zo niet saai met nette gazons, bosschages en een aantal bomen. Conform de tijdgeest moest hier maar eens de aangeharkte burgerlijkheid op de schop. De stadsnatuur werd op zijn beloop gelaten en het park verwilderde.
Niet iedereen stond te juichen. Bijzonder in het Bergerpark is de Rijnbeek, die er kaarsrecht doorheen loopt. Het is een restant van de Fossa Eugeniana, het Spaans kanaal waarvoor in 1626 eerste spade de grond inging. De waterweg, die Maas en Rijn moest verbinden, is nooit voltooid.
Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.