- door Albert Lamberts -
Een half jaar dreiging, angst, argwaan, hoop, valse hoop waarschijnlijk. Vanzelfsprekend waren de internationale ontwikkelingen ook Nederland niet ontgaan, zeker niet toen Hitler-Duitsland op 1 september 1939 Polen was binnen gevallen, waarmee de Tweede Wereldoorlog was begonnen. De maanden voor de Duitse inval in Nederland, op 10 mei 1940, hadden vele instanties de handen vol aan het controleren van vreemdelingen.
Het vooroorlogse Café Backus aan de Herongergrens (foto uit boek The Venlo Incident, Payne Best, uitg. Hutchinson & Co, 1950)
Het is dit jaar tachtig jaar geleden, dat onder andere Nijmegen en Venlo werden geconfronteerd met hevige geallieerde vergissings- en mislukte bombardementen, waarbij in Venlo zo’n driehonderd mensen om het leven kwamen. Op 13 oktober aanstaande worden deze slachtoffers herdacht met een uitvoering van het Requiem van Mozart in de Martinusbasiliek door het Venlose koor Vivente.
En het is dit jaar 85 jaar geleden, dat de spanningen overal in Nederland voelbaar werden. Vooral voor grenssteden zoals Venlo luidde het devies waakzaamheid; elke verdachte beweging, ieder verdacht persoon, elke niet direct verklaarbare verandering moest worden onderzocht. Het was een ware balanceer-act, omdat Nederland uit alle macht en wellicht zelfs tegen betere weten in zijn neutraliteit wilde bewaren, zoals ook in 1914, toen ons land buiten de Eerste Wereldoorlog wist te blijven. Zelfs de Duitse overval op 9 november 1939 op twee Britse inlichtingenofficieren en een Nederlandse luitenant bij het Venlose Café Backus aan de Nederlands-Duitse grens, waarbij luitenant Klop werd neergeschoten – het beruchte Venlo-incident - werd door de Nederlandse autoriteiten met fluwelen handschoen aangepakt. De Duitsers maakten er van hun kant schaamteloos gebruik van om de Nederlandse neutraliteit te laken.
In de Venlose
politiedagboeken vanaf november 1939 wemelt het van meldingen over verdachte
personen, die werden opgepakt en controles, die overal werden uitgevoerd.
Bijvoorbeeld van 10 op 11 november 1939: … werd door Sergeant Johannes
Vierkotten, oud 21 jaar, op last van den Garnizoens-Commandant alhier (Kapitein
Janssen) aan het bureau gebracht Bongartz, Wilhelm, geboren te Jüchen (Dld),
den 19 Augustus 1919, van beroep wever, wonende te Venlo, Helbeek No. 11 (bij
zijn oom). Wat was het geval? Deze Bongartz bleek in het bezit van een extract
uit de Bevolkingsregisters van Venlo, afgegeven dd 25 Oct. 1939. Bongartz was
die dag eenige keeren bij en in de nabijheid van de aldaar staande militaire posten
en versperringen geweest op den Kaldenkerkerweg, hetgeen hun verdacht voorkwam,
temeer daar hij Duitsch sprak en met minder goede bedoelingen aldaar zoo
dikwijls kwam kijken. De dienstdoende sergeant dacht dat Bongartz niet
eerlijk aan zijn bewijs van ook de Nederlandse nationaliteit was gekomen, omdat
het document niet door de burgemeester van Venlo (Berger) was ondertekend.
Bongartz kon alles verklaren, maar werd toch naar zijn oom aan de Helbeek
begeleid. Die werd vriendelijk verzocht zijn neef goed in de gaten te houden en
hem bij militaire objecten weg te houden. Dat beloofde de oom.
Vervolg op 17 april.
Reageren? Stuur Albert Lamberts een e-mail: albertlamberts@home.nl.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten