- door Albert Lamberts -
Toch valt het ergens niet te ontkennen, dat ergens
heel diep in hun harten nog iets van een goede geest aanwezig is; want, gaan
wij de wijk binnen, dan valt ons oog op een devotiebeeld van O.L. Vrouw in een
nis, voor welke beeltenis de bewoners voortdurend hun kaarsjes branden. Vooral
bij ziekten zoeken velen hier genezing en uitkomst.
Het Mariabeeldje dat door de buurtbewoners werd gekoesterd (collectie Albert Lamberts)
Tekst uit het jaarverslag van Mariahof over 1949. Mariahof? Jawel, Mariahof, een wijkhuis in de Venlose wijk Maasschriksel, Helschriksel, Peperstraat, Maaskade, Lichtenberg en Bergstraat. Het gebied werd na de Tweede Wereldoorlog vooral bewoond door burgers voorheen wonend in de Jodenstraat en ’t Hetje. Met name ’t Hetje werd voor de oorlog bevolkt door mensen, die aan de zelfkant van de maatschappij leefden, zoals beschreven en gedocumenteerd in het boek van Paul Seelen Een kijkje in ’t Hetje, Venloos vergeten sloppenwijk. Op ’t Hetje regelde men zijn zaakjes zelf, vierde men samen feest, werden onderlinge strijdpunten al dan niet met geweld opgelost, stookte men zijn eigen brandewijn, was godsdienstbeleving amper bekend, maar werd een Mariabeeldje gekoesterd. Deze mensen werden in het najaar van 1944 dakloos door de hevige bombardementen van de geallieerden in een poging de Maasbruggen te vernielen, zodat de Duitsers geen verse troepen en materieel naar het westen konden brengen. De geallieerden raakten alles, behalve de bruggen.
Na de oorlog vond een soort volksverhuizing plaats. De oorspronkelijke bewoners van Maasschrijksel, Helschriksel, Peperstraat, enz., die over het algemeen op een normaal geestelijk en maatschappelijk niveau stonden, zochten hun toevlucht in nieuwe stadswijken in een meer aangepaste omgeving en woongelegenheid.
De door hun verlaten, beschadigde woningen werden weldra weer bewoond door degenen, die iets verderop helemaal dakloos waren geworden. De nieuwe bewoners van boven genoemde straten, in totaal 189 gezinnen, vormen tezamen een afzonderlijk, op zichzelf staand geheel. De onmiddellijke aansluiting aan het centrum der stad is niet van invloed op de specifieke, typische aard van deze bevolking. Dit komt o.a. tot uiting door het feit, dat er geen normaal verkeer en omgang is (sic) met de overige bewoners der stad, aldus de eerste regels in het jaarverslag, dat een uiterst verhelderend beeld schetst van een wijk en een bevolkingsgroep in Venlo, die, eufemistisch gezegd, anders waren.
De bombardementen hadden fatale gevolgen voor de stad. Op de foto: de zuidzijde van de Havenkade richting Helschriksel (collectie Albert Lamberts)
Laten we het jaarverslag nog eens citeren: Zoals reeds werd vermeld, telt deze wijk 189 gezinnen. Het totaal aantal zielen bedraagt 680. Zeven en dertig van deze gezinnen vervullen nooit hun paasplicht en evenmin hun zondagsplicht. Vijftien gezinnen zijn erg zwak in het vervullen van hun plichten; beide ouders of een van beide (sic) verwaarlozen deze meestal. Het aantal concubinaten in de wijk bedraagt 24. In acht dezer gevallen zou een kerkelijk huwelijk nog kunnen worden gesloten. De reden, waarom dit niet gebeurt is o.a.: ze vinden het eenvoudig overbodig, “het gaat zo even goed”. Bij zestien van deze concubinaten zijn beide ouders of een van beiden reeds wettelijk en kerkelijk gehuwd. Na verkregen scheiding zijn ze weer wettelijk getrouwd. Zolang er in de bestaande verhoudingen geen verandering komt door overlijden, kan van gezond maken van deze samenlevingen geen sprake zijn. Tot slot merken wij nog op dat niet alle bewoners inheems d.i. uit Venlo stammen. Diverse vreemdelingen, vroeger opgenomen in volkslogementen, slijten hun leven in deze wijk.
Daar is geen woord Spaans
bij. Voor civiele overheid en voor de geestelijke leidsmannen in de stad en hun
organisaties was veel werk te verrichten. Voor de oorlog was er gewerkt door de
mensen van het St.-Franciscus Patronaat, sinds 1910 gevestigd in de voormalige
school aan het Helschriksel, maar dat schoolgebouw ging in de oorlog verloren. De
school zelf was toen al verhuisd naar de Valuasstraat. Het na-oorlogse wijkhuis
Mariahof lag aan het Maasschriksel tussen de St.-Jacobskapel en de toen al
verdwenen synagoge.
Over twee weken deel 2.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten