- door Sef Derkx -
We komen terug op De Halte van de vorige week. Het ging over Maarten Schenk van Nydeggen, de houwdegen die in 1586 het klooster Barbara’s Weerd bij Lomm verwoestte.
Edmond Staal van het Limburgs Landschap tipte, dat momenteel in Kasteel Arcen een zestiende-eeuwse haakbuks te zien is. Het gerestaureerde, gietijzeren handkanon is hoogstwaarschijnlijk door de manschappen van Schenk van Nydeggen gebruikt. De haak werd over de muur gelegd en ving de zware terugslag op na een schot. Interessant, we gaan binnenkort kijken. Maar eerst vandaag Barbara’s Weerd in de uiterwaarden van de Maas tussen Lomm en Arcen.
Het is rustig op deze grijze lentemorgen. Een tegemoetkomend groepje dames, op supersonische schoenen en in kleding die getest lijkt in een windtunnel, stuift voorbij. Vermoedelijk zijn ze in training voor een van de wandeltochten van de Venloop. Uit vijf kelen klinkt vijf maal een opgewekt Goojendaag! Beter kan een dag voor de eenzame wandelaar niet beginnen, toch?
Op de Rivierkaart van circa 1850 kwamen we twee mooie, oude toponiemen tegen voor het gebied waar we zijn. Het zuidelijke deel van de huidige Barbara’s Weerd heette De Mungel, verderop bij Arcen liep je door Kreeftwaard. Natuurpark Barbara’s Weerd is eind vorige eeuw door het Limburgs Landschap in ontwikkeling genomen. Het gebied wordt door een terrasrand verdeeld. Het lagere gedeelte is vochtig en wordt frequent overstroomd door de Maas. Het hogere gedeelte blijft meestal droog. Het was landbouwgrond, voordat de natuur zich onder regie kon ontplooien. Er werden aardbeien, prei en asperges geteeld. De Lingsforterbeek mondt in Barbara’s Weerd uit in de Maas. Op de waterloop staat de Wymarsche Molen of Kasteelmolen, die in 1990 is gerestaureerd. Graanbranderij De IJsvogel is er gevestigd.
Natuurbeheer wordt in Barbara’s Weerd uitgevoerd door gallowayrunderen. Het zijn levende grasmaaiers, die ervoor zorgen dat het terrein niet vol groeit met bomen. Zo dragen ze bij aan de hoogwaterveiligheid langs de Maas. De galloways zijn fijnproevers. Meidoorn, sleedoorn en bramen staan niet op hun menu. Die zijn stekelig. Door hun culinaire voorkeuren en sanitaire gedrag is er een grote variatie aan plantensoorten ontstaan, lazen we eerder. We vinden ze vandaag helaas niet, maar ergens groeien hier zeldzame soorten, zoals ogentroost, welriekend agrimonie, sleutelbloem en pimpernel. Die verscheidenheid trekt insecten aan en die zorgen ervoor dat vogels in dit natuurpareltje komen foerageren.
Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten