- door Sef Derkx -
Op weg naar lijn 2 van de stadsbus, die me naar de Vastenavondkamp brengt, kom ik acteur en cabaretier René Oostdam tegen. We komen in gesprek en ik vertel over het project ‘Een maand in de Vastenavondkamp’. René reageert enthousiast: ‘Ik heb de Vastenavondkamp nog gebouwd zien worden. Wij woonden in de Albrecht Rodenbachstraat op nummer 12. Mijn opa en oma woonden aan de Boekenderweg. De Vastenavondkamp was oorspronkelijk deels landbouwgebied, deels natuur. Je had er grote aardbeienvelden. Die waren van boer Grubben, geloof ik. Verder was er veel woeste grond, met bulten. Het was een heerlijk gebied om te spelen als jongen.’
De Vastenavondkamp is in de herinnering van René Oostdam (1957) in redelijk vlot tempo gebouwd en bewoond: ‘De Burgemeester Gommansstraat werd doorgetrokken. Daar begon het volgens mij mee. In de nieuwe wijk kwamen veel gezinnen met kinderen wonen. Of er al meteen lagere scholen in de Vastenavondkamp waren, weet ik eigenlijk niet. Misschien zijn de kinderen allemaal naar de scholen in de Hazenkamp gegaan. Of naar de Aloysiusschool bij Ons Huis. Ik kom nog weleens in de buurt van mijn jeugd. Alles is veranderd of verdwenen. Maar ons huis aan de Albrecht Rodenbachstraat staat er nog en dat van opa en oma aan de Boekenderweg ook.’
De
Vastenavondkamp vormt een onderdeel van de grootse plannen, die de gemeente Venlo na de Tweede Wereldoorlog
ontwikkelde. In 1947 telde Blerick 8.500 inwoners, dat moest oplopen tot 25.000
inwoners. De bouw van de Vastenavondkamp begon in 1957. Het was de periode van
het economisch herstel. De eerste schreden werden gezet op de route naar de
welvaartstaat Nederland. De ruim opgezette wijk is overigens niet vernoemd naar
de vastelaovend. De naam herinnert aan hoeve Vastenavondkamp, die vroeger aan
de Sint Jozefstraat stond. Begin jaren zeventig was de Vastenavondkamp klaar.
De nieuwbouwwijk was destijds geliefd bij starters en gezinnen met jonge
kinderen.
Wanneer
ben ik er zelf voor het eerst gekomen? Het zat zo. Eind jaren zestig kwam ik
zeer frequent in het befaamde jongerencafé Bonaparte in de Floddergats. Je
sloot er vriendschappen. Een jongen en meisje die iets ouder waren, woonden in
de Vastenavondkamp. Ze waren nog niet getrouwd, maar er was toch een kind op
komst. In Venlo hadden ze geen geschikte woonruimte kunnen vinden. In de
Vastenavondkamp konden ze een maisonnette huren.
Het was een eind uit de binnenstad, dat wel. Na een avond stappen wachtte je nog een flinke fietstocht. Vooral in de wintermaanden leek op de Maasbrug de koude wind van alle kanten te komen. Rugwind was de nachtbrakers echter nooit gegund. Positief als de vader in spe gestemd was, wist hij uit de regelmatige Vastenavondkamp-expeditie toch iets positiefs te halen. Je kon veel gedronken hebben, maar je kwam altijd fris als een hoentje thuis. Wanneer je toch de volgende ochtend wakker werd met een kater kon je een frisse neus gaan halen bij ‘t Zilvermeertje.
Op zekere dag arriveerde in Bonaparte het geboortekaartje van hun zoon. Met de bus ging ik naar de halte bij het winkelcentrum. Als cadeautje had ik een plastic voetbal meegenomen. Na enig navragen vond ik hun adres. De maisonnette was in de flat aan de Diependijkstraat. De huisdeur was aan dezelfde galerij waaraan tegenwoordig Het Buurthuis ligt.
O ja, nog even dit…. Onder het gesprek met de altijd enthousiaste René Oostdam vergat ik de tijd. Arriva echter niet. De volgende bus naar de Vastenavondkamp liet gelukkig niet lang op zich wachten.
Reageren? Stuur Sef Derkx een e-mail: floddergats@xs4all.nl.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten